Ik had vorige week een productieve week: naast Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig verschenen kort na elkaar columns en een artikel in Tekstblad (ook een ‘oude’ online) en Fiets. Leuk om te merken dat daar op Twitter op werd gereageerd. Zie https://twitter.com/#!/search/lhcornelis. Zie bijvoorbeeld hoe @maartendegendt mijn online column in twee woorden treffend samenvat: ‘pot, ketel’!
Categorie archieven: verschenen
Net uit: column én artikel in Fiets
Net verschenen: Fiets van mei, met daarin een Fietsvrouw-column én een artikel van mij. Dat artikel gaat over sportverslaving. Ik interviewde ervoor Bram Bakker, Arie Dijkstra, Sabine Janssen en Coen van Schijndel. Het was één van de leukste schrijfklussen van de afgelopen tijd, en ik ben blij met het resultaat – de redactie heeft er een grappige cartoon bij laten maken en verder ziet het er ook fraai uit. Wat een productieve week, zo!
Column ‘Heavy lezers’ online
Eén van m’n Tekstblad-columns van een tijdje terug is net online gezet, zag ik: http://tekstblad.nl/artikel/heavy-lezers
‘Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig’ is uit!
Gisteravond is verschenen het e-boek, de e-bundel eigenlijk, die ik heb samengesteld: Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig.
De aankondigende tekst:
We horen het regelmatig in de media: de jeugd van tegenwoordig kan niet schrijven. Het hoger onderwijs slaat alarm en voert een taaltoets in, of we zuchten en steunen over dramatische spellingsblunders als hij krijgd en dat betrefd. Maar hoe terecht is die verzuchting? Betekent d/t-fouten maken dat je niet kunt schrijven? Wat is schrijfvaardigheid precies, en is die wel zo veel slechter dan, zeg, een generatie geleden? Hoe belangrijk is spelling eigenlijk? En is het niet zo dat jongeren ook veel méér schrijven, dat is toch een positieve ontwikkeling?
In deze bundel geven elf jongeren een antwoord op deze en andere vragen. Hun standpunten en conclusies verschillen aanzienlijk, maar stuk voor stuk zijn de betogen de moeite waard om mee te nemen in de discussie over schrijfvaardigheid. De jeugd van tegenwoordig over hun eigen generatie. En schrijven, dat kunnen déze jongeren in ieder geval best wel!
Met een inleiding van mijzelf, en een voorwoord van Joop van der Horst. Uitgegeven bij de nieuwe e-boek-uitgeverij Ons Woord en daar dus ook te koop, voor € 6,49 (bestelpagina).
Ik ben blij dat het er is (dat heeft even geduurd – het is het resultaat van het college dat ik vorig jaar om deze tijd gaf in Leiden), en trots op het resultaat. Dus ik zou zeggen: zegt het voort!
Vooraankondiging: ‘Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig’
Weinig geweblogd de laatste dagen, nouja, het was een lang weekend, maar verder was ik bij vlagen ook een beetje drukdrukdruk met de laatste loodjes vóór het verschijnen van de bundel Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig, die ik heb samengesteld en geredigeerd. Ik heb onder andere drukproeven nagekeken, of hoe heet dat als het gaat om een e-boek (want dat wordt het).
Net daarvoor had ik mezelf vorige week ingewijd in de wereld van het e-boek: een reader gekocht en me door de gekke beveiligingsfratsen heen geworsteld die uitgevers nodig vinden om de boeken te verkopen.
Zo niet de uitgever van de bundel, die wil het anders gaan doen. Hun website is gister online gegaan: Ons Woord. Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig staat al aangekondigd op de homepage en kan elk ogenblik verschijnen: er moet nog een heel klein puntje op de i.
En dan is-ie er dus: de bundel over de schrijfvaardigheid van ‘de jeugd van tegenwoordig’, waarover zo veel geklaagd wordt. In de woorden van elf leden van die generatie komen een boel feiten en argumenten in de discussie aan de orde. En dat is nodig, want de discussie wordt vooral op basis van impressies en met een boel drogredenen gevoerd. Er zit ook nog een voorwoord bij van niemand minder dan Joop van der Horst.
Nog heel even geduld dus, en dan is-ie er! De bundel ziet er inmiddels prachtig uit, en hij zal voor een zacht prijsje te koop zijn. Want dat is een ander statement van Ons Woord: e-boeken zijn nog veel te duur. Ze kunnen niet meer schrijven tegenwoordig dus niet.
Verschenen: Tekstbladcolumn over moeten’s en mag-niet’s
Net uit: Tekstblad nummer 2 van dit jaar, met daarin een column van mij over een onderwerp dat op dit weblog ook regelmatig de revue passeert, namelijk dat goed schrijven niet een kwestie is van het toepassen van al die moeten’s en mag-niet’s die veel schrijfadviseurs en -trainers op je af sturen. Als je die allemaal serieus neemt, krijg je namelijk geen letter meer op papier uit angst om te zondigen, en op elk regeltje is wel een uitzondering te bedenken.
Weer drie mini-columns uit
Net uit: Oase Magazine jaargang 4, nummer 5, met daarin drie mini-columns over sport van mij. Van eentje ben ik wel blij dat ik er eindelijk eens een publicatiemogelijkheid voor heb gevonden: het verhaal over hoe ik toen ik in 1998 een zomergriepje had, de Tour de France herontdekte. Die dag zou mijn leven veranderen, en dat was dan ook het thema van die week in het blad: belangrijke momenten. Voor Oase Magazine schrijf ik namelijk altijd op thema: ik krijg een aantal thema’s van de redactie, en daar schrijf ik dan een column bij, over mijn eigen sporten of over dat van anderen, inclusief de topsport. De andere twee thema’s waarbij ik voor dit nummer een column geschreven heb zijn ‘als een coach’ (thema voor de week dat het EK voetbal plaatsvindt) en ‘Wat bezielt je?’.
Verschenen: twee bijdragen in Leven
Net uit: Leven van lente 2012, met daarin van mij een recensie van piepvandaag.nl en een achtergrondartikel over de duurzaamheid van plantaardig eten. Je hoort immers zo vaak dat er voor één kilo dierlijk eiwit zeven kilo plantaardig eiwit nodig is. Is dat wel zo (niet in het algemeen) en waar blijven die andere kilo’s (onder andere in mest en in het dier)? Dat heb ik voor dit artikel uitgezocht.
Verschenen: digitaal artikel over voorbijgaande teksten
Meestal meld ik mijn verschenen publicaties hier zodra ze verschijnen. Er is nu echter al ruim een week een artikel uit en nu pas denk ik: oja, ook nog aankondigen hier. Dat is niet toevallig: het is mijn eerste artikel in een elektronisch tijdschrift. In papieren gevallen wacht ik tot het tijdschrift op de mat ploft, en ik leg het dan naast mijn computerwerkplek. Die aanwezigheid herinnert me eraan dat ik er nog over moet bloggen, en dat gebeurt dan eigenlijk altijd de eerstvolgende keer. Maar een digitaal tijdschrift doet niet ‘plof’ en ik kan het niet op dezelfde manier op mijn bureau leggen, vandaar dat het me was ontschoten. Ik moet ook zeggen, hoe leuk ik dit artikel ook vind, doe mij maar papier, hoor!
Goed, dan nu over het stuk: vorige week verscheen een artikel dat ik samen schreef met Mike Huiskes, collega van de RuG. Het heet ‘Take your turn in writing. The transitory nature of documents in organizations’ en het is verschenen in e-Organisations&People (e-O&P, voorjaar 2012).
Mike en ik betogen dat schrijven in organisaties en in het onderwijs ervan zou opknappen als we een tekst als een conversationele beurt zouden beschouwen: je schrijft iets, daar wordt over gepraat, bijvoorbeeld in de vorm van feedback of als input in een vergadering, en dan kun je weer verder. Dat in tegenstelling tot de visie dat de tekst het eindproduct is, waarvoor je een cijfer krijgt (onderwijs) en dat eigenlijk liefst ‘perfect’ moet zijn (organisaties) – en dat is het dan. Een tekst is een stapje in de communicatie – dat is niet alleen reëel, maar het brengt schrijven en praten ook dichter bij elkaar, waardoor schrijven minder het eenzame en puur op de inhoud gerichte gevecht voor het perfecte eindproduct wordt.
Vanuit die visie werk ik trouwens al langer, en ik probeer daar in bijvoorbeeld trainingen handen en voeten aan te geven. Het zit ook achter de post van eergister, over dat het verbeteren van de tekstkwaliteit van adviesrapporten gericht zou moeten zijn op het verbeteren van de kwaliteit van de besluitvorming: je schrijft om het besluitvormende gesprek te faciliteren, niet om een waarheid definitief in beton te gieten.
Net uit: Fietsvrouwcolumn #78
In Fiets van maart, met een observatie van een cultuurverschil tussen fietsen en hardlopen: hardlopers oordelen minder hard over elkaar. Kunnen wij fietsers wat van leren!
