↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Maandelijks archief: maart 2023

Schrijven doe je niet alleen

Louise Cornelis Geplaatst op 23 maart 2023 door LHcornelis21 maart 2023  

Wat was het leuk afgelopen vrijdag bij de boekpresentatie om zo veel mensen te zien die een rol hebben gespeeld bij het schrijven: meedenkers, proeflezers, geïnterviewden, de uitgever… Ze waren er lang niet allemaal en dit was toch al een flinke groep:

Laat staan als ik nog eens alle sporters erbij zou betrekken met wie ik in de afgelopen jaren praatte en van wie de woorden als voorbeeld in het boek zijn terechtgekomen.

Ik realiseerde me hartstikke goed iets wat ik ook wel weet van schrijven in organisaties: schrijven doe je echt niet alleen!

 

Geplaatst in Uncategorized | Geef een reactie

Mijn ethische antenne aanscherpen

Louise Cornelis Geplaatst op 21 maart 2023 door LHcornelis21 maart 2023  

Het piramideprincipe, de ongeëvenaarde denk- en schrijfmethode waar ik mijn professionele bestaan grotendeels op baseer, is afkomstig van McKinsey & Company. Het is daar ontwikkeld, door Barbara Minto. Dat zeg ik er altijd bij – ere wie ere toekomt. En ik zeg erbij dat ik zelf een paar jaar bij McKinsey heb gewerkt en het principe daar heb leren kennen.

De laatste tijd viel McKinsey niet altijd goed bij mijn trainingsdeelnemers. Soms kreeg ik er meteen een reactie op, soms bij de koffie: of ik wel wist hoe fout McKinsey bezig is geweest. Ze hadden het dan over een boek: When McKinsey comes to town. Vagelijk had ik al wel eens wat gehoord, vooral over corruptie in Zuid-Afrika, en een deel van de inhoud van het boek heeft de algemene pers gehaald, maar ik vond dat ik het toch ook maar zelf moest lezen. Dat heb ik inmiddels gedaan.

Ik vond het boek een aardige kluif. Ik heb niet alles begrepen. Het vooronderstelt kennis van onder andere het Amerikaanse zorgverzekeringssysteem en van het reilen en zeilen van het bedrijfsleven in het algemeen die ik niet altijd heb – duidelijk gevalletje van de curse of knowledge bij de schrijvers, lijkt me, want natúúrlijk wordt dit boek breed gelezen. Ik kan de details van die corruptie in Zuid-Afrika bijvoorbeeld niet reproduceren, het lijkt net of de tekst daar net om iets heen draait.

Dat ‘eromheen draaien’ zit misschien wat dieper. Ik vond het soms te wijdlopig en dan weer te kort en soms vooral suggereren in plaats van echt keihard aantonen. Hier en daar vliegt die suggestie echt uit de bocht. Het meest trof mij dit zinnetje over een triatleet die consultant wordt (omdat ik me aangesproken voel):

McKinsey values athletes for their ability to endure long hours of work, travel, and lack of sleep.

Dat vind ik een lullige insinuatie, dubbel: naar McKinsey en naar sporters. Ik endure dat allemaal helemaal niet zo best overigens.

Het boek wekt daardoor de indruk dat de schrijvers vooringenomen waren. Ze zijn gericht op zoek gegaan naar alles wat McKinsey in het recente verleden fout gedaan heeft. En ja, dan vind je nogal wat. De positieve bijdragen van McKinsey of wat de firma ondertussen heeft geleerd, de onvoorspelbaarheid van de toekomst (wie had een paar jaar geleden gedacht dat Poetin zo’n schurk zou worden?), de rol van de cliënten en van andere consultancies en meer in het algemeen van het ontsporende kapitalisme (net hiervoor las ik daarover een interessant ander boek) blijven allemaal onderbelicht.

McKinsey als the root of all evil. Dat gaat me te ver.

Desalniettemin: schokkend is het wel. Ik had uit de algemene pers al over het grootste schandaal vernomen: de rol die McKinsey heeft gespeeld in het adviseren aan Purdue Pharma over het zo veel mogelijk mensen verslaafd krijgen aan OxyContin. Dat is echt heftig, en McKinsey heeft dan ook een forse schadevergoeding moeten betalen.

Het boek behandelt dertien andere gevallen waarin de ethiek van McKinsey op z’n best twijfelachtig is. McKinsey adviseert bijvoorbeeld rustig de fossiele industrie, maar ook ondemocratische regimes. Een klein schokkend detail vond ik bijvoorbeeld hoe het bedrijf een uitje organiseerde op een paar kilometer afstand van de kampen waar China Oeigoeren in opsluit. Een interessante casus vond ik hoe McKinsey schade-verzekeraars heeft geadviseerd om minder uit te keren: meer winst maar meer ongelukkige klanten. En zo gaat het maar door – veertien casussen lang. Heftig.

Alles bij elkaar weet ik niet zo goed wat ik ermee moet. Ik vond het boek beslist leerzaam en vind dat iedereen die iets heeft of had met McKinsey het zou moeten kennen. Maar voor mezelf? Het meeste is van na mijn tijd, al heb ik me in mijn tijd soms ook wel ongelukkig gevoeld met de rol die McKinsey had in situaties die veel banen kostten, met van die jonge consultants met zeven vinkjes die dan over oudere werknemers in een productiebaan zeiden ‘ontslag is een kans’. Ik ben blij dat ik in de loop van de tijd steeds meer opdrachtgevers heb gekregen met nadrukkelijke ethische doelen, zoals ‘groene’ investeerders.

Het piramideprincipe is op zich neutraal, al kun je het inderdaad gebruiken om onethische adviezen mee te schrijven. Ik neem me – opnieuw – voor om mijn ethische antenne uitgestoken te blijven houden, en me uit te spreken als ik denk dat iets ‘niet okee’ is.

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Over weefsel, 150 en een popconcert: 3 college-onderwerpen

Louise Cornelis Geplaatst op 21 maart 2023 door LHcornelis21 maart 2023  

Ik loop nog steeds een college-verslag achter, dus doe ik er vandaag twee in één, en dat wordt eigenlijk drie in één, want op het vorige college van Tekstanalyse (15 maart) hebben we twee onderwerpen behandeld.

Maar eerst over dat van 8 maart. Toen ging het over hoe samenhang ontstaat in een tekst. Dat is een veelomvattend onderwerp en er maar één college aan besteden is weinig. Ter vergelijking: op andere universiteiten doen ze bij een vak ‘Tekstanalyse’ alleen maar dit onderwerp, met ook nog eens een sterke focus op signaalwoorden. Nou goed, kort maar krachtig dan.

Het boek heeft het over het texture van samenhang; mij leek weefsel daarvan wel een geschikte vertaling. Je kunt met ‘draden’ de verschillende soorten samenhang zichtbaar maken, en zo zie je hoe de tekst samenhangt. Ik heb dat geïllustreerd met het eerste couplet uit ‘mijn’ tekst ‘Into my arms’. Dit is het eindresultaat, dus hier zie je het weefsel:

Het gaat onder andere om het gebruik van de persoonlijke voornaamwoorden van de eerste en tweede persoon, (deels onzichtbare) verwijzingen naar God, andere naar religie verwijzende woorden (kneel down), het betekenisverband tussen interventionist, intervene en de daarop volgende omschrijvingen ervan, en de tegenstellende en ontkennende signaalwoorden aan het begin van de strofen. Het meest bijzondere verband is dat je dus kunt verwijzen naar een God waarvan je zegt dat je er niet in gelooft.

Zulk soort weefsels hebben de studenten in hun eigen te analyseren teksten opgespoord, en daarbij werd voor mij maar weer eens duidelijk hoe gevaarlijk generaliseren is. Ik zei namelijk dat er volgens mij geen teksten denkbaar zijn zonder signaalwoorden – vanwege hun belang voor het verband. Eén van de studenten met een songtekst, Judith, ging meteen bedenkelijk kijken, en ja hoor: in haar tekst zit geen enkel signaalwoord, nouja, één when, maar dat is wel heel licht. Het verband komt tot stand door herhaling, persoonlijke voornaamwoorden en betekenisrelaties.

Vorige week ging het over multimodaliteit: tekst in relatie tot enerzijds beeld en anderzijds muziek. Frappant: de zondag ervoor was ik voor het eerst sinds coronatijd naar een popconcert geweest, en daar kon ik dit beeld maken:

De zanger gebruikte een digitale spiekbrief, een scherm dat daar speciaal voor ontwikkeld is. (Ik kon dat zo goed zien omdat ik helemaal vooraan stond, tegen het podium aan, voor het eerst ooit! Gaaf!)

Over songteksten als zodanig heb ik de vorige keer dat ik er college over gaf uitvoerig geschreven. Nu iets meer over het plaatje – ik ga dat koppelen aan een stukje theorie over multimodaliteit.

Beelden kunnen bij een tekst drie soorten functies hebben:

  • ‘ideational’ – visualiseren van het onderwerp. Dat is hier duidelijk het geval: dit is in de eerste plaats een leuke illustratie bij het thema ‘songteksten’.
  • ’textual’ – iets duidelijk maken over de organisatie van de tekst. Ik werk daar zelf veel mee in de vorm van structuuraanduiders in Powerpoint. Ik had niet verwacht er veel van aan te treffen in de teksten van de studenten, maar ook daar had ik me op verkeken: Alba werkt met een exemplaar van de Volkskrant-column van Paulien Cornelisse en die heet ‘150 woorden’. Die 150 is gevisualiseerd:
    Ook mijn foto zou tekstorganiserend kunnen werken, al is dat een beetje gezocht: het is een beeld van een songtekst en dat waren de twee onderwerpen van college.
  • ‘interpersonal’ – dan doet de tekst iets tussen schrijver en lezer (vergelijk hoe Paulien Cornelisse je aankijkt). Dat zat er volgens mij niet in, maar later dacht ik: of misschien toch wel. Mijn foto doet ook iets expressiefs, door te zeggen: kijk eens, ik ga naar popconcerten. Ik vind dat zelf best wel bijzonder, als ik door de ogen van de studenten kijk. Maar, zo realiseerde ik me, dat is het eigenlijk niet. Toen ik tweedejaars student was, gingen docenten van 57 niet naar popconcerten – popmuziek was voor jongeren. Dat is veranderd natuurlijk – die lui van Big Country zijn zelf ook al de 60 gepasseerd; mijn leeftijd was denk ik ongeveer het gemiddelde van het publiek. Ergens zit echter nog steeds die oude gedachte in mijn hoofd: dat popmuziek niet voor ouderen is. (Ik hoor het mijn vader nóg zeggen: ‘Later ga je wel van echte muziek houden’). Niets is minder waar. Ik had het drie jaar niet meegemaakt, en ik dacht die zondag meteen: o, dit is zó lekker, dat gevoel van de bas in mijn lijf – dat heb je alleen live 😀 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

De piramide van Optimaal blijven sporten

Louise Cornelis Geplaatst op 20 maart 2023 door LHcornelis21 maart 2023  

Mijn nieuwe boek Optimaal blijven sporten voor 45+’ers heeft een piramidestructuur met een knipoog. Ik heb hem uitgetekend op dit Padlet-canvas. Twee dingen zijn daarin niet te zien:

  • De verbindingslijnen tussen de vakjes van de piramide. Daarom heb ik nummers toegevoegd. Hopelijk is het zo te volgen.
  • Hoe de negen interviews in de structuur hangen – die illustreren het verhaal. Dus je ziet hier alleen de hoofdlijn van de inhoud.

Wat er netjes piramidaal aan het boek is:

  • De inleiding (rood in de padlet) volgt de situatie-complicatie-vraag-antwoord-opbouw en is daarmee ‘best practice’ voor de positionering van het geheel
  • De hoofdstukken zijn elk een deel-antwoord (wit) op de vraag hoe (blauw) naar aanleiding van de hoofdboodschap van het hele boek (‘hoe blijf je optimaal sporten?’ ‘door 1 t/m 6 te doen’)
  • De paragrafen op hun beurt zijn elk een deel-antwoord op de vraag hoe naar aanleiding van de hoofdboodschap van het hoofdstuk (ook in wit en blauw). Idem voor de twee dingetjes op nog lager niveau onder 3.2 en 3.3. Zo wordt de structuur van boven naar onder dus steeds gedetailleerder en praktischer.

De knipoog zit hem vooral in de vrijheid die ik me heb gepermitteerd om de piramidale logica niet helemaal strak te volgen:

  • De vraag is eigenlijk een dubbele: ‘hoe blijf ik goed en hoe houd ik het leuk?’ Een dubbele vraag leidt vaak tot een dubbel antwoord en daarmee tot een onduidelijk startpunt voor de logica van de piramide. Maar in dit geval is het antwoord wel weer één boodschap, daarom kon het prima zo.
  • De hoofdstukken 2 en 4 hebben geen nette piramidale voortzetting.
    • Hoofdstuk 2 is eigenlijk wat ‘uitleggeriger’ dan een praktisch antwoord op de vraag hoe. Hoe je gedoseerd moet trainen is te beantwoorden in een kort zinnetje dat ook in het boek staat en dat ik vervolgens uitleg (’trainingsleer in tien principes’):

Veel lang en rustig en af en toe kort en hard, daar consistent in zijn en met voldoende rust.

    • Voor het onderwerp van hoofdstuk 4, je aanpassen aan beperkingen, is geen simpele how-to te geven. Iedereen zoekt daarin zijn/haar eigen weg, dat is de essentie ervan. Vandaar dat dat hoofdstuk bijna alleen bestaat uit persoonlijke verhalen: vier interviews.
  • Als je goed kijkt, zitten er wat probleempjes in de logica van de piramide die ik voor een adviesrapport zou willen oplossen, maar die nu wat mij betreft prima kunnen; volgens mij zijn ze niet storend bij het lezen. Hier komen ze, alleen voor de echte piramide-nerds:
      • Er is overlap tussen de hoofdstukken 2, 3 en 6, want in alledrie gaat het over goed gedoseerd trainen. In een eerdere versie van het boek stonden 3.1 en 6.1 ook wel erbij in hoofdstuk 2, maar dat werd dan een debiel lang hoofdstuk waar ik later ook weer deels op terug moest grijpen en dat een beetje ‘dramde’ over dat goed gedoseerde trainen. Het is een beetje zoeken geweest naar de herverkaveling van deze thematiek. Dat betekent natuurlijk dat er op hoger niveau ook iets net niet helemaal scherp genoeg uit elkaar getrokken is tussen die drie hoofdstukken, die zijn niet helemaal MECE, maar dat lijkt me eerlijk gezegd niet storend.
      • Zes hoofdstukken is nogal veel, en de zes paragrafen van hoofdstuk 3 ook. Niet echt té veel misschien, maar wel véél. Optimum is immers drie tot vijf elementen per vertakking van de piramide. Je ziet aan de breedte van de canvas ook al dat deze structuur wel erg breed is. Dat heeft op hoofdstukniveau te maken met het volgende punt…
      • Hoofdstuk 1 en 6 zijn afwijkend van de andere 4: van iets andere orde. Dat is misschien aan de piramide niet goed te zien, maar hoofdstuk 1 is eigenlijk essentiëler dan de andere 5. De manier van denken over veroudering die ik in hoofdstuk 1 bepleit kleurt de hele rest van het boek. Het is zelfs het enige hoofdstuk dat écht gaat over ouder worden, de andere vijf zijn leeftijdsonafhankelijk. Hoofdstuk 6 is juist ondergeschikt aan de rest: plezier houden is en blijft – als het goed is – ingebakken. Ik wilde er wat dingen over zeggen omdat ik ook wel zie dat sommige sporters het plezier toch kwijtraken. Het is een beetje een ‘grabbelton’ van dingen die met dat plezier te maken hebben.  
      • Paragraaf 3.6 is slechts op een deel van de lezers gericht: vrouwen.
      • Van de paragrafen van hoofdstuk 6 zijn 1 t/m 3 enerzijds en 4 en 5 anderzijds eigenlijk nog samen te nemen, onder iets als ‘behoud je eigen plezier’ en ‘draag zorg voor elkaars plezier’.

Het piramideprincipe heeft zich bij het schrijven weer onmisbaar betoond. Ik ben jaren bezig geweest met het boek, het heeft diverse invalshoeken, positioneringen en structuren gekend. Ik heb in die tijd talloze piramides getekend. Zo kristalliseerde het uit. Op het laatst heb ik nog al m’n piramidale denkkracht in moeten zetten om dat belangrijke hoofdstuk 1 recht te trekken, daarover schreef ik eerder. Het was me een genoegen. Nouja, dat was niet altijd meteen het geval, want het was soms ook ploeteren. Maar dankzij het instrument piramideprincipe ging dat geploeter wel de goede kant op en ben ik blij met het eindresultaat.

 

Geplaatst in schrijftips, verschenen | Geef een reactie

‘Optimaal blijven sporten voor 45+’ers’ is verschenen

Louise Cornelis Geplaatst op 17 maart 2023 door LHcornelis17 maart 2023  

Met veel plezier en trots kan ik aankondigen dat vandaag mijn nieuwe boek is uitgekomen:

Het is hier nu mede daardoor een beetje druk, zodra ik meer tijd heb, zal ik het hier hebben over de speelse piramidestructuur die erin zit.

 

 

Geplaatst in verschenen | Geef een reactie

Ik hoor niet bij een boek over boeken lezen

Louise Cornelis Geplaatst op 13 maart 2023 door LHcornelis13 maart 2023  

Door de familieomstandigheden is het er al even niet van gekomen om te schrijven over het college Tekstanalyse. Er is een college niet doorgegaan, maar net daarvoor zat er een blogpost in mijn hoofd die daarin is blijven steken. Daarom nu maar.

Voor het derde college (22 februari) was het thema ‘discourse communities’: in de tekst schept een schrijver een identiteit van zichzelf (’to write is to have an identity’ staat er in het boek) en een beeld van de lezer die die voor ogen heeft. Samen vormen zij de gemeenschap rond die tekst. Het gaat daarbij dus om wat de tekst doet, niet zozeer om de ‘echte’ lezers of schrijvers. Het zit ‘m bijvoorbeeld in dingen die kennelijk bekend en vanzelfsprekend zijn. Denk aan moeilijke of specifieke woorden en impliciete stukjes redenering.

Ik had als voorbeeld een stukje tekst waar ik mee geworsteld heb. Het gaat om de inleiding van het boek De lezende mens. De betekenis van het boek voor ons bestaan. Als lees- en boekenliefhebber en ook nog eens ‘beroepslezer’ móest ik dat wel lezen, leek me, en het leek me daarom dat ik in de discourse community van dat boek zou thuishoren. Toch ging dat op de eerste pagina’s mis. Ik voelde me buitengesloten, zozeer zelfs dat ik het boek eerst terzijde heb gelegd. Ik moest moed verzamelen om verder te lezen, en nog steeds gaat dat niet van harte. Ik heb het nog steeds niet uit namelijk, ondanks dat er zeer zeker interessante dingen in staan. Maar ik vind het een worsteling, en dat begint al met de allereerste alinea:

Heen en weer zwalkend tussen de wereld van tekst op papier en die van informatie in de digitale ruimte sta je opeens stil voor je boekenkast. Terwijl je naar de muziek luistert die de computer de kamer in streamt, vraag je je af waarom je wel je platen, cassettes, dvd’s en cd’s hebt weggedaan, maar je boeken nog niet.

Dit gaat niet over mij. Ik zou van mezelf nooit zeggen dat ik zwalk tussen papier en digitaal, en ik stream nauwelijks en heb mijn cd’s niet weggedaan, ik heb zelfs nog een enkele plaat. En ik heb wel ook e-boeken. Hoe is het mogelijk – één alinea en ik denk al ‘deze tekst is niet voor mij’. (Als schrijfadviseur zou ik hier zeggen: houd het bij jezelf. Dus schrijf niet je maar ik.) 

Kort erna wordt het nog erger:

Dat het fysieke boek, de boekwinkel en de bibliotheek ondanks de digitale ontwikkelingen nog steeds een gevoelige rol spelen in onze samenleving, blijkt uit de kortstondige euforie die heerste toen op 28 april 2021 de coronalockdown werd opgeheven. De ochtend daarop tweette dichter-schrijver Marieke Lucas Rijneveld met hartjes en bubbels en al: ‘Ik schreef een ode aan de geschriftmatrozen, aan alle boekhandelaren. Sinds gisteren zijn de boekhandels weer open!’ Tegelijkertijd is de tekst die hij op Twitter publiceerde een ode aan de magie van het lezen. Nederlanders die graag boeken lezen omdat ze alles verder al op hun smartphone doen, reageerden enthousiast op dit goede nieuws.

Ik herinner me inderdaad euforie toen die lange lockdown van 2020/2021 werd opgeheven. Maar niet omdat de boekhandels weer opengingen. De boekwinkel hier in de wijk is al jaren geleden failliet gegaan helaas, en ik koop dan ook veel van mijn boeken online. De lockdown maakte op dat punt voor mij dus niet veel uit – mijn euforie betrof onder andere de zwembaden.

En ik denk ook: mensen voor wie fysieke boekwinkels een grote rol spelen in hun leven – dat zijn binnenstadbewoners van grotere steden, lijkt me – grachtengordel misschien zelfs? In elk geval dus niet lezers uit een Rotterdamse volksbuurt. Enne – lees ik graag boeken omdat ik verder al alles op mijn smartphone doen? Uh – nee, die omdat neem ik niet voor mijn rekening.

Dit is nog steeds niet alles wat er gebeurt op het gebied van het scheppen van een discourse community. Een gevulde boekenkast is vanzelfsprekend, naar muziek luisteren ook, Marieke Lucas Rijneveld moet ik kennelijk ook kennen (al is het maar om de verwijzing met hij te kunnen plaatsen) en Vlamingen horen er niet bij, gezien het specifieke van de coronalockdown – de Nederlandse dus. Of toch wel, met dat Nederlanders in de laatste zin (die ik überhaupt niet snap).

Nou, zoveel hobbels, en toen moest ik dus moed verzamelen om verder te lezen. Wat in elk geval inderdaad de juiste verwachting schept voor het boek is het wat knorrige over de digitale ontwikkelingen, wat al achter het zwalken schuilgaat en de euforie rond fysieke boeken. De auteurs zien inderdaad het ‘diepe’ lezen van papieren boeken als het enige echte lezen, hoog verheven boven alle andere vormen van lezen, en bedreigd door al die nieuwlichterij van de digitale wereld. Ik moest denken aan die twee oude brompotten van de Muppetshow. Ik vind het een eenzijdig beeld van lezen en het sikkeneurige komt op andere plekken in het boek ook terug. In de passages waar dat geen rol speelt, zoals bijvoorbeeld over de geschiedenis van het boek, lees ik het wel met veel plezier.

Met de vergelijking met Statler en Waldorf, stap ik buiten de analyse van de identiteit van de schrijver zoals die in de tekst naar voren komt. Ik wéét namelijk dat het er in het echt twee zijn, twee mannen, en eentje is emeritus hoogleraar, dus de leeftijd klopt ook. Maar dat doet er eigenlijk allemaal niet toe voor de discourse community. Daar hoor ik voor mijn gevoel niet echt bij. Dat verhindert mijn leesplezier. Vandaar dat het zo lang duurt voor ik het boek uit heb.

Ik ben het college met dit voorbeeld begonnen. Daarna hebben de studenten de discourse community van hun eigen tekst in kaart gebracht. Dat was nog best wel zoeken af en toe, zeker omdat het vaak om implicietere dingen gaat dan in mijn voorbeeld. Dat is best extreem namelijk!

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Verdrietig maar mooi

Louise Cornelis Geplaatst op 7 maart 2023 door LHcornelis6 maart 2023 1

Ik had vorige week een bijzondere schrijf- en communicatietaak. Mijn schoonvader, Leen Vermaas, is op 24 februari overleden. Hij is 90 geworden en het laatste jaar was moeilijk voor hem, dus met zijn overlijden kunnen we vrede hebben, maar hij was ons wel zeer dierbaar.

Mijn eerste taak was het schrijven van de tekst voor de kaart, samen met mijn man. Met dat soort teksten heb ik niet veel ervaring, maar ik weet wel hoe je zo’n soort schrijfproces het beste doet: schrijvend. Dus we zijn op een gegeven ogenblik samen achter de computer gaan zitten en ik ben maar begonnen met het intypen van de losse flodders die we tegen elkaar hadden gezegd. Dat was het nog helemaal niet, maar zo hadden we wel wat om aan te schaven. En dat schaven lukte wel. Ik moet dan altijd denken aan dit citaat:

The important thing is that you write, and that you give yourself permission to write crap, if necessary. Crap you can edit. A blank page will never be anything but. (No Plot? No problem, p. 165).

Dat gaat over het schrijven van een roman, maar het werkt net zo bij elk ander genre.

Wat ik bij het veranderen van de crap in een goede, persoonlijke tekst een bijzondere schrijfervaring vond, was het aanpassen van het woord overgrootvader. Dat stond er op een gegeven ogenblik. En ja, dat was Pa: hij had vier achterkleinkinderen, maar dat woord past niet bij hem, het is te gewichtig. Mijn man heeft toen zijn nichtje gebeld om te vragen hoe haar kinderen Pa noemen. Ik zat nog steeds aan het toetsenbord, luisterde mee, veranderde het woord eerst in oude opa en daarna heb ik nog van de d een w gemaakt. Ouwe opa – en toen klopte het helemaal en was het persoonlijk: onze pa, opa en ouwe opa. Frappant hoe veel dat lettertje uitmaakte.

De tweede taak, nouja, zelf-opgelegd, was spreken bij de uitvaart, in het crematorium. Ik wilde graag vertellen wat Pa voor mij heeft betekend. Ik wist al lang wat ik wilde zeggen, dus mijn tekst stond binnen een kwartier al op papier. Daarna heb ik nog wel geschaafd ook, er vooral concrete details aan toegevoegd zoals namen van plaatsen om het beeldender te maken en herkenbaarder voor de toehoorders. Ik doe dat niet spontaan zo, maar ik weet dat het werkt – op zo’n moment heb ik houvast aan mijn vakkennis. Er zaten ook andere retorische dingetjes in zoals aankondigingen en herhalingen, maar dat gaat bij mij vanzelf.

Voor wat betreft de emotionele kant gaat het echter om iets anders dan vakkennis. Het enige wat ik weet is dat ik net zo lang moet oefenen totdat de grootste lading eraf is. Dan weet ik ook dat ik het kan en durf – en een bijzondere eer vind.

En dus ging het vrijdag goed, ten overstaan van ongeveer honderd mensen. Waar ik eerst nog bang was geweest dat het te veel over mij zou gaan, kreeg ik een aantal reacties dat ik Pa zo mooi neer had gezet. Daar was ik blij mee, dankbaar voor. Mijn man zei ook nog: een schoonkind kan geloofwaardiger mooie dingen zeggen over een ouder dan een eigen kind – het buitenstaanderperspectief helpt.

Het was goed zo. En nu bijkomen. Mijn werk lag vorige week helemaal stil, deze week pak ik de draad weer op.

 

Geplaatst in schrijftips | 1 reactie

Hoe krijg je zo’n zin voor elkaar?

Louise Cornelis Geplaatst op 6 maart 2023 door LHcornelis4 maart 2023  

Deze zin staat op het Rotterdamse ‘Aanslagbiljet Gemeentelijke heffingen Belastingjaar 2023’ – die brief met de WOZ-waarde die we onlangs in de bus kregen:

Het verschuldigde bedrag zal vanaf de eerste vervaldag in 12 maandelijkse termijnen vervallen en worden afgeschreven op of omstreeks de vervaldag.

Volgens mij denkt niemand bij wat je moet betalen in termen van vervallen, dat is eerder omgekeerd – als iets vervalt, hoef je het niet meer te betalen. Bovendien staat er nergens vervaldag, alleen vervaldatum, en dat is er maar één.

Ook ‘verschuldigde bedrag’ is eenmalig. Erboven staat ‘Totaal te betalen’ en is sprake van een vordering (in vorderingsnummer), en verderop heten de bedragen aanslagen. Helemaal onderaan gaat het dan weer wel over bedragen die automatisch worden afgeschreven.

Ten slotte: met de ellips, het weggelaten grammaticaal onderwerp van ‘(zal) worden afgeschreven’, gaat ook iets mis. Ik neem dat het ‘het verschuldigde bedrag’ is, en dat klopt dan niet, want het is niet het hele bedrag, maar het termijnbedrag.

Het is zo’n zin waarvan ik denk: hoe krijg je het voor elkaar, na al die aandacht bij de overheid voor begrijpelijke taal? Soms snap ik nog wat er is misgegaan – dan heeft er een jurist naar gekeken, zal ik maar zeggen. Maar dat kan dit toch niet verklaren, dan zou het beter moeten kloppen.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Recente berichten

  • Schrijven doe je niet alleen
  • Mijn ethische antenne aanscherpen
  • Over weefsel, 150 en een popconcert: 3 college-onderwerpen
  • De piramide van Optimaal blijven sporten
  • ‘Optimaal blijven sporten voor 45+’ers’ is verschenen

Categorieën

  • Geen rubriek (9)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (290)
  • Opvallend (477)
  • Piramideprincipe-onderzoek (96)
  • Presentatietips (149)
  • schrijftips (814)
  • Uncategorized (39)
  • Veranderen (36)
  • verschenen (194)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2023 - Louise Cornelis
↑