↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Maandelijks archief: november 2016

Een complex vraagstuk hoeft niet taai te zijn

Louise Cornelis Geplaatst op 24 november 2016 door LHcornelis21 december 2016  

Vermaak tijdens masterclassIk kom net terug van een leuke en nuttige masterclass, ‘plezier beleven aan taaie vraagstukken, van SIOO. Het was voor mij een kennismaking met SIOO; ik had daar een aantal jaar geleden wel naar gekeken toen ik uiteindelijk heb gekozen voor een opleiding organisatieverandering bij de OU (zie terugblik). Sindsdien sta ik op de mailinglijst en zo werd ik geattendeerd op deze masterclass, die me qua spreker en thematiek aanspraak en qua tijd ook goed uitkwam. Het smaakte naar meer; ik ga die masterclasses zeker in de gaten houden!

De masterclass ging over het gelijknamige proefschrift van Vermaak. Dat is honderden pagina’s dik, en het ging vanochtend dan ook in rap tempo langs de highlights. Ik ga hier geen representatieve samenvatting geven, maar er wel wat dingen uitlichten die mij opvielen.

Eerst over dat aanspreken qua thematiek: zoals ik hier al vaker heb betoogd, is beter gaan schrijven voor veel organisaties serieuze verandering, en daarmee ook nauw verbonden met taaie vraagstukken. Wat mij vooral bekend voorkwam, was dat Vermaak benoemde dat professionals vaak in de loop van een verandering nogal moeten ‘oprekken’ wat hun vak eigenlijk is. Sommigen doen dat graag, anderen maken die wending niet. Hij gaf als voorbeeld dat een brandweerman die zich als heldhaftige blusser ziet, niet aan preventie wil doen, terwijl anderen zich juist enthousiast daarop storten omdat ze het als hun taak zien de veiligheid zo veel mogelijk te vergroten. Soms moet je daarover stevig met ze in discussie.

Ik moest daarbij denken aan de vele discussies die ik heb gevoerd over rolopvatting met adviseurs en aanverwanten: adviseurs die eigenlijk geen adviseur willen zijn omdat ze zich vakspecialisten voelen (‘echte techneuten/juristen’), accountants die wel/geen adviseur kunnen/willen/mogen zijn, toetsers die eigenlijk liever zouden willen adviseren… en dat alles met consequenties voor hoe je met je klant omgaat en dus ook voor hoe je voor je klant schrijft.

Mijn interesse voor taaie vraagstukken zit ‘m ook nog anders, en dat is dat ik vaak teams help bij het schrijven in een taaie situatie. Dan is het begeleiden van die taaiheid niet zozeer mijn pakkie-aan, maar het hunne, en schrijven maakt daar een onderdeel van uit. Zo help ik op het ogenblik een management team in een grote organisatie bij het schrijven van een strategie. Ons gezamenlijke denkwerk, daar vind ik niks taais aan, dat gaat als een trein. Maar ik zie wel hoe zij worstelen met de materie, en hoe die onder hun handen verandert. Ze schrijven dus wel in en over een complexe situatie.

De masterclass was eerst anderhalf uur lang een hoorcollege, en later meer interactief met de zaal. In de tussenliggende pauze hadden we met beroepsgroepen samen gezeten om te kijken wat we met het geleerde konden en of we nog vragen hadden. Ik was bij het tafeltje ‘ZZP’ers’, en wij hadden dezelfde vraag die later door de consultants werd ingebracht: hoe praat je je opdrachtgevers af van al te simplistische oplossingen? Vermaak had twee suggesties:

  1. Zorg  dat je aan tafel komt met degenen die de verandering echt moeten doen. Vaak zijn er twee partijen: de opdrachtgever en de ‘slachtoffers’. Maar wie zijn dan de echte veranderaars? Ga daarmee in gesprek. Meestal is dat de ‘microcosmos’ van mensen die samenwerken rond een taak, zoals een paar artsen, verpleegkundigen, familie en de patiënt zelf rond één ziekenhuisbed. Sowieso is die ‘microcosmos’ (ik moest ook denken aan de petri-schaaltjes van Homan, uit die OU-opleiding) de plek waar de verandering gebeurt, van onderop.
  2. Laat je gespreksgenoot ervaren dat meer van hetzelfde niet werkt, dat de oude routine (waarvoor ze bij je aankloppen) echt niet meer werkt. Je doet dan een soort anti-acquisitie – een mooi woord dat ik ook wel herken. Als er iemand bij mij aanklopt met de vraag of ik ‘even’ een schrijftraining kan geven, dan is mijn vaste antwoord tegenwoordig: ‘dat kan wel, maar het rendement daarvan is 0’. Sinds ik zo begin, heb ik interessanter werk met langdurigere klantcontacten en meer resultaat.

Tegen het eind zei Vermaak zijdelings ook nog wel iets wat ik interessant vond en onmiddellijk herkende, terwijl het er weinig over gaat: hoe modewoorden in organisaties (en daarbuiten) allemaal maar een tijdelijk bestaan hebben omdat ze afvlakken in hun betekenis. Mensen gaan ermee aan de haal op een manier die hen goed uitkomt, en daarmee verliest het begrip zijn oorspronkelijke waarde. Ze worden als het ware uitgekleed en als label geplakt op opvattingen die er toch al zijn.

Vermaak gaf als voorbeeld het begrip appreciative enquiry, waarin volgens hem enquiry de centrale notie is, en dat doe je dan op een waarderende manier. Maar in organisaties is het al verworden tot ‘laten we een beetje aardig zijn voor elkaar’. Op dezelfde manier heb ik al waargenomen dat de agile–begrippen hun oorspronkelijke betekenis verliezen: elk werkoverleg heet tegenwoordig een scrum en ‘agile gaan werken’ het zoveelste eufemisme voor een pijnlijke reorganisatie. Agile is nu nog hip, maar ook al op z’n retour, dat kun je daaraan zien.

De ochtend vloog om, Vermaak is een prettige spreker met veel humor en zeker het interactieve gedeelte was heel flitsend. Ik vond het heerlijk om te luisteren en eens niet zo veel te hoeven, anders dan in bijvoorbeeld mijn recente ACT-opleiding. En bij dat luisteren had ik veel herkenning, ik hoorde wat mooie one-liners, en kreeg interessante inzichten in organisaties. Ik vond het ook grappig om te zien hoe Vermaak een rommeltje maakt van z’n flipovers (beetje te zien op de foto hierboven) – héél herkenbaar. Daarvoor had hij een PowerPointpresentatie van maar een handjevol slides. Ja, dat kan echt! 

Een belangrijke les: een complex vraagstuk wordt pas taai als je het probeert te versimpelen. Als je het ziet als wat het is (namelijk: complex) dan is het niet taai maar interessant en spannend. Dan kun je bijvoorbeeld zien dat een blokkade niet het werk verstoort, maar juist het werk is. Problemen ontstaan juist als je een complex vraagstuk versimpelt en omgekeerd. Die knoop ik in mijn oren! Vermaak zei dat je met een beetje complex vraagstuk rustig 30 jaar verder kan. Hé, grappig, dat is ook zo’n schrijfprocestheorie, dat het 30 jaar kost om echt goed te leren schrijven. En dat is geen probleem, dat is leuk. Dat inzicht, daar gaat het om!

 

Geplaatst in Veranderen | Geef een reactie

Titel = kernzin

Louise Cornelis Geplaatst op 23 november 2016 door LHcornelis23 november 2016  

Binnenkort geef ik ergens een training die zowel over tekst als over presentaties gaat. Dat is uitzonderlijk: niet alleen gaat het in trainingen bijna altijd ofwel over tekst, ofwel over presentaties, maar meer in het algemeen is mijn indruk dat een organisatie, of zelfs een hele branche, ofwel in tekst ofwel met presentaties communiceert. Ik bedoel: er zijn volgens mij niet veel adviseurs die voor hun klanten ongeveer even veel schrijven als presentaties maken.

Maar goed, mijn opdrachtgever van volgende week dus wel, die maken zelfs al hun genres in beide vormen, dus een projectvoorstel kan zowel in Word als in PowerPoint gemaakt worden, maar een eindrapport ook, en alles ertussenin. Ze willen dus aan beide aandacht, in één training, voor mensen die al een stevige kennis van het piramideprincipe hebben maar die het lastig vinden een piramide in tekst dan wel een presentatie te vertalen.

In de voorbereiding realiseerde ik me iets wat ik vagelijk wel wist, maar nog nooit zo helder onder woorden had gebracht om het uit te kunnen leggen (straks) of (hier) op te kunnen schrijven: de verhouding tussen de kernzin en de rest van de alinea is hetzelfde als die tussen titel van de slide en de rest ervan, dus de visualisatie. En die relatie is er een van hoofdboodschap versus uitwerking daarvan. Niet helemaal meer zo strikt volgens die ene vraag van het piramideprincipe, maar wel vergelijkbaar.

Dus hoe maak je goede slides dan wel alinea’s? De hoofdboodschap lees je af uit je piramide, dat wordt de titel dan wel de kernzin, en die werk je dan in de rest van de slide/alinea uit. Hartstikke simpel.

Twee consequenties:

  1. Als je van een slide de titel afdekt of van een alinea de eerste zin, dan zou een niet-ingewijde lezer die ongeveer moeten kunnen raden. En het omgekeerde geldt ook: dek de rest af, en de lezer zou die op basis van de kernzin/titel moeten kunnen raden. Dat maakt straks leuke oefeningen.
  2. Een lezer met grote haast heeft aan kernzinnen of titels genoeg om de hoofdlijn van het verhaal goed te kunnen volgen, en kan dus ook op basis van alleen die zinnen steeds besluiten om de rest van de alinea/slide te lezen, of snel door te gaan. Ik ga er hierbij wel van uit dat de kernzin op de eerste plaats staat, dus vooraan in de alinea. Maar dat ‘moet’ eigenlijk sowieso, bij piramidaal schrijven.

Een kernzin kan ook nog wel  meer doen, zoals relaties leggen met eerdere alinea’s en met het hogere hiërarchische niveau. Dat is voor PowerPoint-titels lastiger te realiseren. Het is een van de mooie dingen van tekst…

 

Geplaatst in Presentatietips, schrijftips | Geef een reactie

What if het Nederlands was?

Louise Cornelis Geplaatst op 18 november 2016 door LHcornelis9 november 2016  

Cover What If?In het meest recente nummer van Tekstblad (nr. 4) zegt Kitty Kilian in de rubriek ‘Mijn favoriete schrijfoefening’ dat in het boek What if? de beste schrijfoefeningen staan. ‘Van dat boek heb ik meer geleerd dan van de hele School voor de Journalistiek’ zegt ze.

Dat maakte me nieuwsgierig, dus ik heb het boek gekocht en deels gelezen, althans, doorgebladerd.  Het viel mij niet helemaal mee, moet ik zeggen. Ik had door die School-voor-Journalistiek-uitspraak verwacht er meer oefeningen in aan te treffen die ook relevant zijn voor schrijvers van non-fictie, maar dat valt vies tegen.

Voor de oefening in Tekstblad weet ik bijvoorbeeld ook geen plek in mijn eigen werk. Je moet dan drie mensen die je kent beschrijven, elk in één zin, aan de hand van één detail. Leuk, maarre… de relatie met adviesrapporten schrijven is wel heel dunnetjes, en ‘mijn’ schrijvers hebben heel andere problemen. 

Verder is het vooral heel erg véél. Het zijn 82 oefeningen, alleen losjes thematisch geordend. Als je uit het boek zou willen leren schrijven en dus zelf een keuze moet maken uit de oefeningen, krijg je nergens houvast. Er is geen leerpad, geen prioritering, en als je alles wilt doen, ben je jaren bezig, want sommige oefeningen zijn best tijdrovend. Hoe bepaal je dan wat voor jou nuttig is?

Het boek zou je wel kunnen zien als goudmijn voor schrijfdocenten. Zij kunnen dan die ordening aanbrengen. Je kunt natuurlijk sowieso niet echt leren schrijven uit een boek – iets wat Kitty Kilian ook benadrukt overigens: er is altijd feedback nodig. Dus zonder een docent ofzoiets lukt het niet.

Maar als ik docent fictie was, zou ik het nut van dit boek nog beperkt vinden. Het is namelijk ontzettend Amerikaans. Het is niet alleen in het Engels geschreven, wat voor de bruikbaarheid toch wel een hobbel is – het gaat bij fictie soms om de subtiliteiten die in je moedertaal al lastig genoeg zijn. Maar het bulkt ook van de voorbeelden uit en verwijzingen naar de Amerikaanse literatuur. In de meerderheid van de gevallen heb ik geen idee.

Gelukkig staan er ook veel voorbeelden in uit het werk van cursisten. Die vond ik het leukste om te lezen.

Wat als er een What if? in het Nederlands zou zijn? Het boek vertalen zou een reusachtige klus zijn, althans, als je het ook echt zou bewerken voor de Nederlandse situatie, dus met Nederlandse voorbeelden en verwijzingen naar de Nederlandstalige literatuur. Ik weet niet of dat de moeite waard zou zijn. Want het bezwaar van de beperkte bruikbaar- en toegankelijkheid zou dan nog steeds gelden.

Enne – oja: van Bernays en Painter moet je wel een notitieboekje bijhouden 😉

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Weer mini-columns verschenen

Louise Cornelis Geplaatst op 14 november 2016 door LHcornelis7 november 2016  

Het is vaste prik: in de eerder deze maand verschenen editie van Oase Magazine (jaargang 9, nummer 2) staan weer mini-columns van mij over sport, drie dit keer. Zeg aan onder andere over het gebrek aan ‘schone’ sportkleding en aan vrouwelijke rolmodellen: het eerste vind ik een groter probleem dan het tweede! Je zit immers niet aan je sexe vastgepind bij de keuze voor een held. Maar je zit helaas wel zo’n beetje vast aan de grote ‘uitbuitmerken’ voor je sportkleding.

Geplaatst in verschenen | Geef een reactie

Goed schrijven is time-management

Louise Cornelis Geplaatst op 10 november 2016 door LHcornelis9 november 2016  

Eerder deze week was er van mijn netwerkclub, de Vrouwelijke Ondernemers Overschie, een avond over time-management, met professional organizer Martine Vecht van Bien-être. Het was een leuke avond en ondanks dat ik mijn eigen time volgens mij aardig manage pikte ik er ook nog wel wat van op.

We kregen aan het eind ook nog tips op papier mee, en eentje daarvan viel me op. De tip luidt ‘minder mailen loont’ – want op een verstuurde mail krijg je er gemiddeld 1,6 terug, zeker als je nogal kwistig bent met cc’s en vragen voor de vorm. En de e-mail, ja, die kost ons allemaal (te) veel tijd, toch? Nou, goed schrijven helpt ook. Ik citeer Martines handout:

Wat voor jou logisch lijkt, kan toch multi-interpretabel zijn. Lees je mail dus na op onduidelijkheden. Je krijgt geheid meer mail als je slordig formuleert.

Mee eens! Sterker nog: omdat je eigen schrijven voor jezelf zo logisch is, moeten belangrijke teksten zelfs door een ander worden nagelezen op onduidelijkheden. Dat hoeft niet bij elk mailtje natuurlijk. Maar goed schrijven (en een effectief schrijfproces!), ja, dat scheelt tijd.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Hoogste tijd voor links

Louise Cornelis Geplaatst op 8 november 2016 door LHcornelis31 oktober 2016  

Het is alweer even geleden, maar nu dan: de regelmatig terugkerende oogst aan nuttige, relevante en leuke links:

  • Mooi bericht over dat goede tekst echt belangrijk is: de Belgische fiscus schreef een slimme brief en dat leverde 18 miljoen euro op. (Ik snap alleen niet wat er nudging is aan gewoon een korte, heldere brief schrijven met een duidelijke boodschap en goede onderbouwing. Hooguit is het beroep op de groepsdruk nudging, maar de financiële sanctie expliciteren toch echt niet.)
  • Interessant en eigenzinnig standpunt over de zo vaak gesignaleerde gebrekkige leesvaardigheid van studenten: dat het niet aan hun leesvaardigheid ligt, maar aan het beroerde schrijven van academici. Ik kan me er wel wat bij voorstellen….
  • Ook al ben ik al jaren bezig met de lijdende vorm (waar ik ooit op promoveerde), toch leerde ik de term handlijding, voor een handleiding vol met lijdende vormen, pas uit deze blogpost. Ik ga ‘m onthouden!
  • Nuttige tips om je interne criticus tot zwijgen te brengen, noodzakelijk in de creatieve schrijffase. Ik meen te zien dat het is geïnspireerd door de ACT, want ook daarin geef je bijvoorbeeld je kritische verstand een naam, leer je je gedachten te relativeren in plaats van voor waar aan te nemen, en stel je je waarden centraal. Overigens vind ik de titel ook een voorbeeld van een rare jouw, waar ik laatst over schreef.

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Precies! Bedoel ik ook!

Louise Cornelis Geplaatst op 2 november 2016 door LHcornelis1 november 2016  

Eergisteren schreef ik over ‘strijken en rennen’ als effectieve probleemoplossende schrijfstrategieën. Als ik op dat moment de weekendkrant al helemaal uit had gehad, had ik er meteen iets daaruit aan kunnen verbinden. Ik las het desbetreffende artikel pas gisteren, en toen schoot ik in de lach: daar zegt iemand precies wat ik ook bedoel!

Het gaat om ecoloog Marten Scheffer, die in de Wetenschapsbijlage van de NRC geïnterviewd wordt over plotselinge omslagen. Het artikel begint zo:

creativiteit1Daar ben ik het helemaal mee eens. Het doet me denken aan die keer dat ik hoorde hoe er bij een van de vakgroepen waar ik wel eens voor heb gewerkt gesignaleerd werd dat de studenten onvoldoende ‘lef’ hadden om interessante uitspraken te doen. Tot mijn verbazing leidde dat ertoe dat er een extra methodologievak bijkwam in de opleiding. Dat kwam op mij over als het paard achter de wagen spannen. Overigens, juist dat lef zeggen pas afgestudeerden in rap tempo (praktijkshock!) te moeten ontwikkelen in hun eerste baan.

En tegen het eind staat er dit:

creativiteit2creativiteit3We delen niet alleen een inspiratiebron, aan het einde zegt Scheffer precies wat ik eergisteren ook wilde zeggen: dat werkgevers tolerant moeten zijn als je andere dingen doet dan achter de computer blijven zitten, omdat je strijkend of rennend, of pokend in een kampvuurtje, betere ideeën krijgt.

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Geen notitieboekje

Louise Cornelis Geplaatst op 1 november 2016 door LHcornelis31 oktober 2016  

Gister schreef ik over schrijven bij het strijken en rennen. Maar hoe onthoud je dan je goede invallen? Bij het strijken zou je nog wel een notitieboekje klaar kunnen leggen, maar rennend is dat geen doen. Welnu, ik geloof wat dat betreft in een tip die elders in hetzelfde Schrijven Magazine staat, namelijk in een interview met Kathelijn Vervarcke. Eén van haar schrijftips is (p. 13):

Gebruik geen notitieboekje. Echt goede ideeën moet je kunnen onthouden, dat is een goede methode om slechte ideeën van goede te onderscheiden.

Dat is nogal tegen de teneur in de meeste schrijfadviesboeken in, maar ik ben het ermee eens. Niet dat ik helemaal geen notitieboekje heb – ik heb standaard een schrift in mijn tas zitten. Dat is om aantekeningen te maken en om kladversies te schrijven of zomaar wat te freewriten.

Maar dus niet om invallen op te schrijven. Want die krijg ik, zoals ik gister schreef, vooral fietsend en wandelend. En de goede blijven inderdaad altijd hangen. Dat is een kwestie van vertrouwen: als het echt belangrijk is, hoef je geen moeite te doen iets te onthouden.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Recente berichten

  • Mijn ethische antenne aanscherpen
  • Over weefsel, 150 en een popconcert: 3 college-onderwerpen
  • De piramide van Optimaal blijven sporten
  • ‘Optimaal blijven sporten voor 45+’ers’ is verschenen
  • Ik hoor niet bij een boek over boeken lezen

Categorieën

  • Geen rubriek (9)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (290)
  • Opvallend (477)
  • Piramideprincipe-onderzoek (96)
  • Presentatietips (149)
  • schrijftips (814)
  • Uncategorized (38)
  • Veranderen (36)
  • verschenen (194)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2023 - Louise Cornelis
↑