Een paar dagen na mijn post van vorige week realiseerde ik me dat ik onlangs misschien toch een situatie had meegemaakt die vroeg om luisteraargericht leren spreken en dat daar misschien in de toekomst meer behoefte aan komt.
Dit was de situatie: mijn man en ik zaten in de trein. Aan de overkant van het gangpad, dus quasi naast ons, maar in tegenovergestelde richting, zaten een volwassen vrouw aan het gangpad en een jongen van een jaar of tien bij het raam. Vóór ons zaten nog twee wat oudere jongens die bij dat reisgezelschap hoorden. Er ontspon zich een gesprek tussen de jongen naast de vrouw en de twee voor ons. Daarbij keerde die naast de vrouw zich naar het raam toe. Dus op drie manieren sprak dat kind niet luisteraargericht: er was vrij grote afstand, het zat met zijn rug naar de gesprekspartners toe en met zijn hoofd daar ook nog eens maximaal vanaf gedraaid.
Wij zaten als het ware ‘in’ het gesprek, dat vrij luid was natuurlijk, en niet heel interessant – het ging erover of Ajax of PSV de betere club was.
Ik vond het gek. Als ik de opvoeder was geweest (geen idee of de vrouw dat was), had ik gezegd: als je met hen wil praten, ga je er maar naartoe. Of omgekeerd: de twee andere jongens dichterbij gehaald. Want dat kon ook, en dat maakte het gekker: de twee stoelen tegenover vrouw en kind waren vrij. Ze hadden dus dichtbij elkaar kunnen zitten. De luisteraars waren dus ook niet sprekergericht.
Ik vond het vooral een rare en voor ons ook licht hinderlijke situatie (ik heb al lang geleden besloten om dat in de tweede klas maar te accepteren of ergens anders te gaan zitten). Waarvan ik me afvroeg of het te maken had met de gewenning van kinderen aan de mobiele telefoon. Daarbij hoef je immers ook niet bij elkaar te zitten of je lichaam richting de gesprekspartner te richten.
Dit was natuurlijk een eenmalig geval, maar ik dacht wel: deze kinderen hadden iets kunnen of zelfs moeten leren over hoe je met elkaar praat, en hoe je luisteraargericht spreekt, dan wel sprekergericht luistert. En als ik gelijk heb met mijn associatie met de mobiele telefoon, dan zou het kunnen dat de generatie die nu opgroeit, later moet leren hoe je dat doet: spreken en luisteren in de fysieke wereld. Ik ben benieuwd, ik ga het in de gaten houden!