↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Maandelijks archief: augustus 2011

Berichtnavigatie

← Oudere berichten

Een kritische blik op consultacy

Louise Cornelis Geplaatst op 30 augustus 2011 door LHcornelis30 augustus 2011  

Deze zomer heb ik Het consultancy rapport. Over falende managers en inhalige adviseurs gelezen, een boek van Jörg Staute. Nee, geen linkje naar Bol dit keer, het boek is daar nog wel te koop, maar alleen tweedehands, want het stamt al uit 1998; de oorspronkelijke Duitse versie zelfs al uit 1996.

Staute analyseert en bekritiseert de consultancy-branche, die volgens hem sterk in opmars is omdat managers en politiek in gebreke blijven. Desalniettemin lijken consultants voor Staute wel de bron van alle kwaad: zijn betoog is nogal ronkend anti-consultancy. Dat schiet wat mij betreft behoorlijk door, al kraakt hij wel een aantal behartigenswaardige noten, bijvoorbeeld over de fraaie woorden waarin consultants nare adviezen verpakken: ‘bezuinigen’ en ‘ontslaan’ zul je in de meeste rapporten niet aantreffen. Maar hij gaat wel erg ver in zijn verdenking van allerlei belangenverstrengelingen, van alleen maar bezig zijn met hun eigen gewin, en zelfs van inmenging in de branche van Scientology.

Voor mij zijn consultants ook bepaald niet heilig. Ik heb me bijvoorbeeld in de loop der jaren wel verbaasd over het gemak waarmee conclusies getrokken worden (‘beat the data until they confess’) en er over het levenswerk van mensen beslist wordt (‘ontslag is een uitdaging’), en over de modegevoeligheid van de adviezen. De neiging tot verfraaien en verhullen van pijnlijke boodschappen is iets wat in mijn vakgebied, het schrijven, ook een rol speelt, en waar ik nog wel eens tegen protesteer (‘eerlijk duurt het langst’). Enzovoort. Maar ik kon me bij het lezen van dit boek niet aan de indruk onttrekken dat Staute wraak wilde nemen ofzoiets. In de inleiding vertelt hij over zijn ervaringen met afwijzing op sollicitaties door consulting-firma’s, zit dat erachter?

Twee andere bezwaren zijn dat het boek relatief oud is, al is het heel makkelijk het naar de huidige tijd te vertalen en dan nog steeds actueel, en dat het nogal Duits is: de uitgever heeft geen moeite gedaan de voorbeelden de vernederlandsen. Dat is af en toe wat vervreemdend. Daar staat tegenover dat Staute wel meeslepend schrijft en dat het boek dus lekker leest. (zie verder ook deze recensie)

Ik heb het boek natuurlijk uitgepluisd over teksten en presentaties van consultants. Anders dan de titel doet vermoeden, staat daar niet zo veel over in. Een paar raakvlakken:

  • Consultants spreken volgens Staute hoogdravend, wat past bij hun serene, onaantastbare positie. Ideeën heten concepten en met behulp van talrijke anglicismen worden platte begrippen moderner en ingewikkelder gemaakt. Zo kom je op iets wat ik ‘management speak‘ zou noemen: inderdaad ergerlijk. De taal lijkt veelzeggender dan hij is.
  • Bij presentaties gaat het er vooral om competentie en zelfverzekerdheid uit te stralen – dat is volgens Staute belangrijker dan de inhoud. Mijn indruk is dat veel consultants zelfverzekerdheid ontlenen aan de inhoud, vandaar de neiging te veel en te volle sheets over het publiek uit te storten.
  • Ook Staute signaleert dat een pijl van alles kan betekenen (hier doe ik dat), of meer in het algemeen: dat de visuele frameworks in presentaties (bijvoorbeeld de drie horizonnen van McKinsey) zonder toelichting en uitleg onbegrijpelijk en nietszeggend zijn.
  • Staute maakt korte metten met het idee dat consultants neutraal zijn. Dat doet me denken aan de discussies die ik vaak heb over ‘objectiviteit’, dat een adviesrapport ‘objectief’ zou moeten zijn. Daar geloof ik niet in: adviseren is gekleurd omdat een adviseur de belangen van de opdrachtgever dient. Volgens Staute is het eerder zo dat een adviseur z’n eigen belangen dient, maar dat is dan weer zijn cynische kijk natuurlijk.
  • Volgens Staute is er bij veel workshops (en aanverwanten) sprake van schijn-inspraak, en ook dat herken ik wel: inspraak ‘moet’ en dus zijn sommige adviseurs geneigd om iets interactiefs te organiseren terwijl de uitkomst al vaststaat. Dat vind ik de boel bedonderen. Meestal is het een kwestie van heel goed helder maken waarover deelnemers wel en niet kunnen meedenken, en hoe (passende werkvorm), zodat de speelruimte niet groter lijkt dan hij is.

Wel aardig, dus, een keer zo’n kritisch blik. Maar voor inside information over het reilen en zeilen van het bedrjifsleven vond ik De Prooi talloze malen beter.

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Twee inspirerende workshops op de Learning Lane

Louise Cornelis Geplaatst op 29 augustus 2011 door LHcornelis29 augustus 2011 1

Afgelopen vrijdag ben ik een dagje naar de Learning Lane gegaan, een zomerfestival voor mensen die in training, coaching, opleiding en aanverwanten werkzaam zijn. Ik ging in het bijzonder voor twee workshops op die dag, en die waren inderdaad zeer de moeite waard. Ze vallen onder één noemer, namelijk die van: op zoek naar nieuwe werkvormen.

1. De eerste workshop was door Freerk Teunissen & Miriam Kerver van de School voor Schrijftraining en ging over de Schrijfcarrousel, een nieuwe en originele werkvorm bij schrijftrainingen. Ik had daar een tijdje geleden over gelezen, en ik wilde hem wel eens ondervinden. Dat is gelukt, en Freerk en Miriam deden het enthousiast en prettig, vond ik.

We kregen een tekst en trokken blind een kaartje uit een grote stapel (de Schrijfcaroussel ziet er nog het meest uit als een kwartetspel: grote stapel kaartjes in enkele categorieën verdeeld). Daarop stond een kleine herschrijfopdracht die in de tien minuten die we kregen goed te doen was. Dus daar ging ik lekker mee aan de slag. Na die tien minuten schoven we allemaal ons kaartje door en deden we nog een ronde, enzovoort.

Per kaartje kijk je zo dus op een specifieke manier naar de tekst, en doe je daar wat mee. Maar er zijn ook andere manieren, bijvoorbeeld met zijn tweeën aan een creatief kaartje werken, of je eigen kaartje houden en de teksten (als die verschillend zijn) doorschuiven. Je kunt er dus op verschillende speelse manieren mee werken, en dat sprak me wel aan.

Ook fijn was dat we een exemplaar van dat ‘kwartetspel’ meekregen en dus desgewenst meteen met de Schrijfcaroussel aan de slag kunnen. Ik ga dat zeker doen, al heb ik daar ook nog wat werk aan, want ik heb inmiddels wel gezien dat er weinig kaartjes tussen zitten die bruikbaar zijn in mijn trainingen. De meeste kaartjes betreffen correctheidszaken (‘verbeter de spelling’) en dingen die wel leuk zijn, zoals woorden tellen om de gemiddelde zinslengte te bepalen, maar die volgens mij weinig toevoegen aan de schrijfvaardigheid van mijn trainingsdeelnemers.

Ik zal dus zelf kaartjes moeten maken met opdrachten die als strekking hebben ‘Zet de hoofdboodschap voorop’ en ‘Verbeter de argumentatie’ of ‘Reconstrueer de piramide van deze tekst’. Maar dat kan dus ook, sterker nog: het wordt aangemoedigd. Want op de site kun je eigen opdrachten toevoegen. Die openheid is één van de sterke punten van de Schrijfcaroussel: Freerk en Miriam vinden het helemaal niet erg als je ‘aan de haal’ gaat met hun idee, integendeel, dat moedigen ze juist aan.

2. De tweede workshop was van Erik Broers van Het nieuwe trivium (en een van de schrijvers van het mooie boek Vrije Ruimte. Filosoferen in organisaties). Erik deed die dag workshops van de drie onderdelen van het klassieke trivium: de op taal gebaseerde vrije kunsten retorica, dialectica en grammatica.  Ik schoof aan bij grammatica, al dekte die naam de lading niet helemaal, want het ging niet zozeer om wat wij onder dat woord verstaan, maar om het poëtisch argument, iets waar ik op dit blog ook al eens over had geschreven. Bij het poëtisch argument probeer je door ‘nieuwe taal’ de essentie van iets te raken. Dat interesseert me omdat in veel zakelijke teksten juist aan die essentie voorbij wordt gegaan, en de taal juist abstraheert, verhult, wollig maakt – mede daardoor zijn zo veel adviesrapporten zo saai en zo grijs.

In de workshop hebben we bij zo’n potentieel grijs en saai thema (‘succes in organisaties’) eerst een retorische tekst geschreven (stellig en overtuigend), daarna een dialectische (vragend en onderzoekend) en ten slotte dan de poëtische, of althans, een poging daartoe. Want waar de eerste twee me goed afgingen, bleef ik bij de derde hangen in het eerste beeld dat bij me opkwam maar dat ik eigenlijk te persoonlijk vond – en toen zat ik klem en ik was met het eindresultaat niet tevreden. De tijd was daarvoor ook te kort. Onderweg terug naar huis bedacht ik iets beters – maar goed, zo gaat dat.

Ik leerde ervan dat er voor het poëtisch argument niet echt een ‘recept’ of methode is – het is een kwestie van doen. Het is wel iets om eens mee te experimenteren in mijn trainingen, om de deelnemers te laten proeven van verschillende soorten taal en schrijven.

Inspirerende dag, dus!

Geplaatst in schrijftips | 1 reactie

Tips van Tekstblog voor alinea’s en uitstelgedrag

Louise Cornelis Geplaatst op 24 augustus 2011 door LHcornelis24 augustus 2011  

Vandaag verwijs ik alleen maar even door, naar twee aardige recente posts op Tekstblog:

  • Over het belang van een goede alinea-opbouw: http://www.tekstblog.nl/de-psychologie-van-structuur De sprong van waarnemingspsychologie naar kernzinnen vind ik wat groot, maar de voorbeelden in de tweede helft van de post zijn mooi en het is een belangrijk punt.
  • Over uitstelgedrag bij het schrijven, leuk beschreven, met een goeie tip waarin een wekker een rol speelt: http://www.tekstblog.nl/schrijfadvies-arjen-van-veelen-wie-wil-schrijven-moet-lezen/

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Colleges in aantocht/Discongruentie

Louise Cornelis Geplaatst op 23 augustus 2011 door LHcornelis23 augustus 2011  

Nog even en het nieuwe studiejaar start. Net als vorig jaar ga ik college geven, meer dan toen zelfs. In Groningen gaat het onderzoekscollege over het piramideprincipe op herhaling, met twee groepen zelfs. De bedoeling is dat de studenten vervolgonderzoek gaan doen, dus verder gaan met waar we vorig jaar gebleven waren. Er is in datzelfde kader inmiddels ook een student van het vak van vorig jaar zijn scriptie aan het schrijven over het piramideprincipe!

Aan de VU ga ik het vak ‘lezers in zakelijke communicatie‘ geven. Daarmee is mijn werkweek in september en oktober al voor meer dan de helft gevuld, dus als er onder jullie zijn die in die tijd nog iets van me willen, dan moet je snel zijn!

Natuurlijk zal ik de voor de praktijk interessante zaken uit die beide colleges weer hier melden. Een eerste dingetje is er al. Ik was ter voorbereiding weer (voor het eerst sinds verschijningsjaar 1997) aan het bladeren in het proefschrift van Rob Neutelings, De eigenzinnige lezer. Hoe Tweede-Kamerleden en gemeenteraadsleden beleidsteksten beoordelen. Dat boek gaat dus over het lezen van beleidsteksten. Al vaker roep ik dat beleidsteksten iets wezenlijks anders zijn dan adviesrapporten. Ik dacht daarbij altijd vanuit de schrijver, die met zijn tekst consensus wil bewerkstelligen.

In Neutelings’ boek staat het natuurlijk van de andere kant belicht: die van de lezer. Die is zeer kritisch. Daar vloeit een belangentegenstelling uit voort. Ik citeer (p. 33):

De schrijver van een beleidstekst heeft er belang bij om parlementaire kritiek op zijn voorstellen te voorkomen. Discussie over de beleidstekst maakt de kans kleiner dat zijn beleidsdoelstellingen en middelen werkelijkheid worden (…). Tweede-Kamerleden hebben een heel ander belang: zij willen een helder zicht krijgen op de beleidsvoorstellen, opdat ze die kunnen beoordelen. Deze belangentegenstelling leidt tot een beleidstekst die de doelen van de schrijver dient en realisatie van de doelen van de lezer bemoeilijkt. Doordat de tekst weinig directe aankopingspunten voor kritiek biedt, zal de lezer daar naar moeten zoeken.

Neutelings noemt dit een discongruente communicatiesituatie. En heel in het kort gezegd: een adviessituatie is veel minder discongruent. Natuurlijk, een opdrachtgever zal een adviesrapport ook kritisch lezen. Maar als het goed is, dient het rapport juist zijn belangen. En dat is echt iets heel anders.

Hoed je dus voor boeken en trainingen en dergelijke die beleids- en adviesrapporten over één kam scheren. Er is weliswaar een grijs gebied waarin de twee situaties in elkaar overgaan, maar in hun standaardvorm zijn ze zeer verschillend. Met ook duidelijk verschillende consequenties voor de schrijvers. Waar een beleidsschrijver verhult, hoeft een adviseur dat niet te doen, is hij zelfs misschien verkeerd bezig door dat te doen. Waar een adviesschrijver erop gericht is om het rapport zo toegankelijk mogelijk te maken voor de lezer, hoeft een beleidsschrijver dat om tactische redenen juist niet doen. Enzovoort.

Discongruente communicatiesituatie – die term ga ik onthouden!

Geplaatst in Piramideprincipe-onderzoek, schrijftips | Geef een reactie

Workshop columns schrijven

Louise Cornelis Geplaatst op 22 augustus 2011 door LHcornelis22 augustus 2011  

In de meest recente editie van Schrijven Magazine staat een complete workshop columns schrijven, van Yke Schotanus. Ik heb hem natuurlijk met interesse bekeken, want columns zijn één van mijn favoriete tekstsoorten. Gelukkig maakt de workshop het onderscheid tussen polemische columns en anekdotische ‘cursiefjes’ – met erkenning van de grijszone daartussenin. Voor het hele terrein een boel ideeën, tips en oefeningen – de moeite waard dus!

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Verschenen: 1e Oase van het nieuwe schooljaar

Louise Cornelis Geplaatst op 18 augustus 2011 door LHcornelis18 augustus 2011  

Net uit: Oase Magazine jaargang 4 nummer 1, met daarin drie mini-columns over sport van mij. Eentje ervan vind ik zelf een van de bijzonderste die ik ooit geschreven heb. Ik krijg van de redactie altijd thema’s op, dit keer onder andere ‘heftig’. Ik liep er net over na te denken hoe ik dat in zou vullen toen het 9 mei werd, de 3e dag van de Giro d’Italia. Voor de niet-wielerkenners onder u: die dag overleed renner Wouter Weylandt na een val in de afdaling. Ik zat live te kijken naar wat mij betreft te schokkende beelden. De camera hoeft niet altijd overal zo dicht op te staan. Daar was mijn onderwerp, realiseerde ik me na een paar uur. Maar ik voelde me er eerst helemaal niet goed bij, het was me al te zeer ‘de een z’n dood….’ Dat ebde weg, en ik stuurde hem toch maar in. Toen ik vandaag mijn column herlas, voor het eerst sinds mei, kreeg ik weer kippenvel. Ik zie het bovendien nu meer andersom: hoe meer mensen er nog eens bij stilstaan, op een goede manier, des te minder zinloos is zo’n overlijden.

Geplaatst in verschenen | Geef een reactie

Schrijven en lezen op één wetenschapspagina

Louise Cornelis Geplaatst op 18 augustus 2011 door LHcornelis18 augustus 2011  

Interessante wetenschapspagina in de NRC van afgelopen dinsdag. In een klein berichtje linksonder gaat het maar weer eens een keer over de gunstige effecten van schrijven op de psyche, dit keer in het bijzonder over het opschrijven van wat je echt belangrijk vindt in het leven (waarden). Dat helpt tegen onzekerheid.

Daarnaast een wat groter artikel onder de titel ‘Clou verklappen vergroot leesplezier‘. De inhoud ervan vond ik frappant: mensen blijken meer te genieten van een verhaal als ze de afloop ervan al kennen. Ze hebben er misschien een hekel aan als de afloop verklapt wordt, maar dat is waarschijnlijk iets sociaals, dat een ander je het plezier afneemt. Maar als je weet hoe het verhaal afloopt, bijvoorbeeld als de auteur zelf dat met een ‘spoiler’ vertelt, valt er nog steeds veel te ontdekken en genieten aan het verhaal, en je deelt de hoop en angst van de personages. Het blijkt dat lezers verhalen met zo’n verklapte afloop beter waarderen.

Natuurlijk doet dit me denken aan de discussies over de hoofdboodschap voorop. Daarmee ‘verklap’ je eigenlijk ook al heel veel. Bij sommige mensen roept dat weerstand op. Ik zei altijd al dat je een adviesrapport nu eenmaal anders leest dan een detective of een thriller. Nu kan ik hen vertellen dat zelfs bij detectives en thrillers de hoofdboodschap voorop zetten helemaal geen kwaad kan!

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Shortmail

Louise Cornelis Geplaatst op 15 augustus 2011 door LHcornelis15 augustus 2011  

Wil je alleen nog maar korte e-mails ontvangen? Dan is er nu Shortmail. Dat is een e-mailservice waar berichten maximaal 500 tekens mogen bevatten. Als er iemand een te lang mailtje naar je stuurt, krijgt die een mail retour met het verzoek bondiger te zijn. Inspiratiebron is Twitter met z’n gedwongen bondigheid van 140 tekens.

Idee achter Shortmail is dat kort en bondig zijn lukt als het het moet, dus dat het niet meer nodig moet zijn om door lange e-mails te worstelen. Maar Shortmail is niet alleen korter: de makers ervan willen de gebruikers ook vrijwaren van spam en de structuur van de mail is meer ‘conversationeel’ en ‘sociaal’ – zo zeggen de bedenkers ervan (en zie ook hier).

Ik weet niet precies wat ik me daarbij voor moet stellen, en ik ga het ook niet uitproberen, omdat er nou eenmaal boodschappen zijn waarbij echt iets verloren gaat als je ze tot 500 tekens moet beperken. Tenzij je e-mail-bericht alleen een verwijzing bevat naar een langere tekst, bijvoorbeeld op een blog – zoals je op Twitter ook veel ziet. Maar dat schiet ook niet echt op, daar wordt het niet echt korter van. Ik houd gewoon niet van strenge lengte-beperkingen op tekst (al vind ik twitteren best geinig). Ik heb al heel vaak gezegd op trainingen: als Einstein de relativiteitstheorie op 1 A4’tje had uitgelegd, had niemand het begrepen. Laat staan in 500 of 140 tekens.

Maar wat ik wel heel mooi vind aan Shortmail is wat de bedenkers ervan zeggen (bron):

Limiting messages to 500 characters puts the burden of conciseness onto senders. Blaise Pascal famously said, “If I had more time I would write a shorter letter.” With unstructured email, we leave ourselves open to those who would take our time. With Shortmail, all messages must be concise.

Dat vind ik een belangrijk en nog veel te weinig gehoord inzicht: goed (niet noodzakelijk kort) schrijven is serviceverlening aan de lezer. De burden die de schrijver op zich neemt, maakt het de lezer makkelijker. Ongestructureerde rommel over de muur gooien is net zoiets als zeggen: ‘hier, zoek het maar uit, ik heb daar geen zin in’. Wil je zo met je lezer omgaan?

Máár ik blijf erbij: ook lange teksten kunnen goed gestructureerd zijn. Ik ben blij dat mijn krant niet beperkt is tot 500 tekens bijvoorbeeld. Of een goed boek. Of deze blogpost. De drang tot kort mag niet doorslaan.

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

En tot slot… (nog 1 keer over Buitenkunst)

Louise Cornelis Geplaatst op 12 augustus 2011 door LHcornelis12 augustus 2011  

Aan het eind van een week nog één keer over Buitenkunst, dan houd ik erover op. Waarom zo veel over een week schrijven voor theater op een weblog over zakelijk schrijven? Voor mij bestaat het raakvlak tussen zo’n week en m’n ‘gewone’ werk uit drie delen:

1. Door op zo’n heel andere manier te schrijven breid ik mijn ‘gereedschapskist’ uit. En goed schrijven bestaat uit het hanteren van een uitgebreide gereedschapskist: voor elk publiek, elk doel, elke situatie het juiste gereedschap gebruiken. In die zin is een goede schrijfcursus altijd nuttig voor me.

2. Ik vind schrijven gewoon leuk – en ook dat is nuttig, want ik vind het belangrijk dat ik als trainer enthousiast ben over wat ik zelf train. Zo’n week Buitenkunst doet me weer realiseren wat er leuk is aan schrijven, zoals het spelen met taal en het ontdekken van inhoud. Bij adviesrapporten liggen de accenten misschien anders, maar toch is het ook weer niet iets compleet anders.

3. Het ‘kijkje in de keuken’ van andere schrijftrainers en -docenten is ook de moeite waard. Mits het een goede aanpak is, en op dat punt is mijn ervaring bij Buitenkunst nog alleen maar positief geweest. Dit keer leerde ik onder andere hoe nuttig het is om de feedback in de training te moeten verwerken. Als daar ruimte voor is, ga ik dat in mijn trainingen ook vaker doen.

Kortom: in zo’n week in de zomer doe ik inspiratie op. En op dit blog heb ik daar de afgelopen week in gedeeld. Vanaf volgende week is het weer ‘business as usual’!

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Buitenkunst-teksten 5

Louise Cornelis Geplaatst op 12 augustus 2011 door LHcornelis12 augustus 2011  

Tot slot nog drie korte teksten van vorige week. De eerste schreef ik bij gastdocente Tjitske Jansen, toen we werkten vanuit een mooie herinnering, en in een vrije vorm. De thematiek sluit losjes aan bij mijn meest recente Tekstblad-column, en het is voor mij een jaarlijkse ervaring:

De marathon

Hmm, het is toch langer fietsen dan ik had verwacht. En overal staan mensen, op sommige plekken rijen dik. Daar zie ik gelukkig nog een plekje aan het dranghek, pal vooraan en niet te dicht bij de fanfare. Snel zet ik mijn fiets weg en stel ik me strategisch op.
“Weet u op hoe veel kilometer we hier precies zitten?” vraag ik aan de vrouw naast me aan het hek. “Net voorbij de 30,” zegt ze. Ik sla aan het rekenen. Hij dacht aan 3 uur 15, het is nu kwart over één, dus dan zou ik, uh… – ja, net op tijd zijn hier, maar dan moet hij wel snel komen nu.
“Ik sta hier voor mijn man,” zegt ze. “Ik ook,” zeg ik, en dus niet voor een praatje. Ik tuur gespannen naar de lopers. Nog niet, nog niet, nog niet, ik heb hem toch niet gemist? Potverdorie, dat zou balen zijn – maar dan gaat hij wel ontzettend goed.
Is dat hem? Nee, die heeft iets groens aan, dat kan niet kloppen.
In de verte, daaro? Nee, weer niet – hè. Hij moet nu echt wel heel snel komen, anders is-ie ingestort.
Daar is-ie, daar is-ie, daar komt-ie! Oh, wat ziet het er nog goed uit! Natúúrlijk herken ik hem van verre, altijd toch, er is geen ander zoals hij.
“Gaat goed Henk!” roep ik als hij voorbij komt. Ja, hij hoort het, er kan zelfs nog een klein zwaaitje af.
“Dat was de mijne,” zeg ik tegen de buurvrouw. Dan draai ik me om en loop terug naar mijn fiets. Als ik opschiet, kan ik hem bij 35 nog een keertje zien passeren.

De andere twee schreef ik een keer tussendoor. Dan was ik zo af en toe op zoek naar woorden om uit te leggen wat ik mooi vind aan de Flevopolder, en waarom ik het elk jaar zo’n kick vind om erdoorheen te fietsen, op weg naar Buitenkunst – iets wat lang niet iedereen begrijpt, maar ik denk ook dat je er echt voor moet fietsen, in de auto zie je het niet. In ieder geval, hier zijn twee pogingen, de eerste op de fiets, de ander niet:

1
Groen
In alle tinten en vormen
En dat voor heel lang
En naar alle kanten
Met daarin één richting:
De kant die ik opga
Dat is ruimte.

2
Jij was ooit de bodem van de zee
Had je dit toen durven dromen?
Uit jou komt al dit groen
In jou ligt een greppel
Over die greppel ligt een brug
En op die brug zit ik.

Ik heb wel vaker gemerkt dat als ik me een tijdje intensief met ‘slijpen’ aan mijn taal bezig houd, als het dus ook mooi moet klinken en ik daar de tijd voor neem, er als vanzelf iets meer poëtisch uitkomt. Terwijl ik van mezelf denk dat ik niks heb met poëzie schrijven… Volgend jaar bij Buitenkunst daar maar eens iets mee doen?

Geplaatst in verschenen | Geef een reactie

Berichtnavigatie

← Oudere berichten

Recente berichten

  • Fouten inchecken
  • Verkeersborden spreken elkaar tegen
  • Alweer een goed boek van Van Bogaert (2)
  • Ik blijf nog even bezig met ChatGPT
  • ChatGPT over adviezen

Categorieën

  • Geen rubriek (9)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (287)
  • Opvallend (473)
  • Piramideprincipe-onderzoek (96)
  • Presentatietips (149)
  • schrijftips (806)
  • Uncategorized (38)
  • Veranderen (36)
  • verschenen (192)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2023 - Louise Cornelis
↑