Zoals ik vorige week al even meldde, heb ik de afgelopen tijd Ons feilbare denken gelezen, Daniel Kahnemans Thinking fast and slow. Ik had daar al vaak in positieve zin over gehoord, en het is inderdaad zeer de moeite waard: ik vond het een interessant boek, leerzaam en ook erg leuk vanwege de vele voorbeelden van vragen en opgaven erin, zodat je als lezer actief mee kunt doen/denken. De leerzaamheid ervan vind ik vergelijkbaar met die van Helder Denken: beide boeken schudden je wakker voor wat betreft het gemak waarmee je denkfouten maakt.
Voor wat betreft zakelijk schrijven haal ik er drie dingen uit:
- Ik trof in het boek een interessante schrijftoepassing aan: het premortem (Kahneman ontleent het idee aan Klein). Het is toepasbaar in de situatie waarin je, bijvoorbeeld als management team, een beslissing moet nemen over het al dan niet uitvoeren van een project. Stel je dan eens voor dat we in de toekomst reizen, het project is achter de rug, en het is dramatisch misgegaan. Schrijf dan eens op hoe dat is gekomen – dat is het premortem. Het moet individueel, dus schrijvend, om zelf na te denken en op die manier zo veel mogelijk verschillende rampscenario’s op te sporen. Zo voorkom je de over het algemeen veel te rooskleurige inschattingen van het verloop van een project, en vooral de grote kans van toevalligheden en onvoorspelbare zaken waarop je geen controle hebt, maar die wel tot mislukking kunnen leiden. Het lijkt mij een fraaie toepassing!
- Kahneman heeft het zelf op een paar pagina’s (70-72) ook over schrijven, vooral over hoe je ervoor kunt zorgen dat je zakelijke tekst zo overtuigend mogelijk is voor ‘systeem 1’ (snel denken). Uitgangspunt daarbij is het vergrote van cognitief gemak, want systeem 2 (langzaam denken) is lui, dus als je via systeem 1 (snel, intuïtief denken) systeem 2 de indruk kan geven dat het rapport okee is, is systeem 2 geneigd dat verder zonder al te veel kritiek over te nemen. Kahneman doet enkele aanbevelingen:druk belangrijke uitspraken vet af (wordt eerder geloofd), gebruik goed papier voor optimaal contrast met de letters, gebruik als kleuren rood en blauw in plaats van pasteltinten, gebruik eenvoudige taal, kies memorabele formuleringen (zoals op rijm), en citeer bronnen met gemakkelijk uit te spreken name (‘Artan’ blijft beter hangen dan ‘Taahhut’). Hij voegt er gelukkig wel aan toe dat de boodschap zelf natuurlijk ook moet kloppen!
- Vorige week verwees ik al naar de blogpost waarin een relatie wordt gelegd tussen schrijven met de criticus aan en uit en langzaam versus snel denken. Ik weet niet helemaal zeker of het inderdaad zo werkt – als ik met de criticus uit aan het schrijven ben, zoals in eerste versies of mijn dagelijkse morning pages, dan denk ik volgens mij wel degelijk af en toe ook ‘slow’ – volgens mij is alle schrijven óók ‘problem solving’, dus ook creatieve freewriting. En de criticus aan is deels juist ook ‘fast’, althans voor het gedeelte dat intuïtief problemen opspoort – dat vage gevoel van ‘hier klopt iets niet’. Wát er dan niet klopt, dat vergt inderdaad slow thinking, en het verbeteren vaak ook. Ik denk dat bij schrijven fast en slow allebei aan de orde zijn, in elke fase.
Ik zou het interessant vinden om meer te weten te komen over de relatie tussen schrijven en deze twee denksystemen. Mij zou vooral ook interesseren of het mogelijk is door middel van schrijven systeem 2 te activeren. Vooral vanwege de luiheid ervan – ik hoor opdrachtgevers klagen over ‘cognitieve luiheid’ van hun medewerkers (‘ze dóen wel een heleboel, maar ze denken niet na’). Schrijven en denken zijn nauw verbonden, misschien kun je door schrijven beter of meer leren denken? Ikzelf denk vaak schrijvend na, daar zijn die morning pages bijvoorbeeld ideaal voor. En met welk systeem dat is, wat maakt het uit – het werkt!