Structuur in balans
Tijdens een training vorige week kreeg ik de vraag voorgelegd hoe erg het is als de structuur van een rapport uit balans is. Symptomen daarvan zijn bijvoorbeeld: een hoofdstuk is extreem veel korter of langer dan de rest, het ene hoofdstuk heeft geen onderverdeling in paragrafen terwijl het andere wel tot vier decimalen door-onderverdeelt (paragraaf 1.2.3.4), of het structuurontwerp, de ‘boom’ of piramide, is naar één kant veel dieper dan naar een andere (zie afbeelding).
Ik werd een beetje verlegen van die vraag. Ik voelde me niet in de positie om er een scherp antwoord op te geven. De afgelopen weken ben ik namelijk zelf met precies die vraag aan het worstelen geweest. De structuur van het boek over mijn Afrika-reis waar ik mee bezig ben, was uit balans. Ik had een eerste hoofdstuk met vier paragrafen waarvan ik na kritische herlezing vond dat ik twee van de vier onderwerpen er met de haren bij had gesleurd. Toen heb ik er dus maar drie nieuwe hoofdstukken van gemaakt, maar die waren extreem kort: het kortste was zes pagina’s, terwijl de hoofdstukken verderop de 30 halen. Hoe erg was dat?
In principe hoeft een disbalans tussen de hoofdstukken geen groot probleem te zijn. Soms heb je nu eenmaal over een deel van het verhaal meer of juist minder te vertellen dan over de rest. Als je er na kritische beschouwing achterkomt dat dat het geval is – soit. Dan maar een beetje uit balans.
Vaak echter is er toch echt een probleem, waarvan de disbalans een symptoom is. Dan is er nog nadere synthese nodig (wat betekenen die korte stukjes samen?), of is het juist noodzakelijk een grote klont op te splitsen. Of er is nog nader onderzoek of denkwerk nodig om de korte stukken uit te diepen. Of misschien klopt de hele structuur nog niet. Doorslaggevend moet zijn of je de lezer er een dienst mee verricht de materie op deze manier in te delen.
Ik heb uiteindelijk besloten de disbalans in mijn boek-in-wording erg te vinden. Gaandeweg werd het probleem me duidelijk: ik wilde met die losse stukjes iets zeggen wat ik nog niet eerder goed onder woorden had gebracht. Om dat wel te doen, was nieuw denkwerk nodig, plus een herverkaveling van de structuur. Eén ding moest er helemaal uit, een paar kleine stukjes verhuisden naar andere hoofdstukken of vice verse, er kwam een nieuw onderwerp bij en zo werd het toch een samenhangend eerste hoofdstuk van ongeveer dezelfde lengte als de andere. Hèhè. Veel beter. Maar wat een werk! Al dat schuiven met tekst, het leek wel rummikubben. Is dat nou schrijven? Ja, zeer zeker!
Op de vraag hoe erg een disbalans in de structuur is, is geen eenduidig antwoord mogelijk, en er is al helemaal geen eenduidige oplossing te geven. Het maken van een goede structuur is niet een kwestie van het opvolgen van een paar tips of trucjes. Sterker nog, het gaat er niet zozeer om in hoeverre een structuur van een tekst of presentatie volgens de regeltjes van de theorie is. Waar het om gaat, is dat je in de voorbereiding kritisch, lezergericht denkwerk verricht. Structureren is een werkwoord.
Reacties
Structuur in balans — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>