↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: schrijftips

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Een artikel zonder waarde?

Louise Cornelis Geplaatst op 12 december 2017 door LHcornelis23 november 2017  

In de Runner’s World van november stond een artikel over de VO2max. Ik heb dat met interesse gelezen, maar keek aan het eind (p. 67) een beetje op mijn neus toen het artikel eindigde met:

Dat alles gezegd hebbende, wat voor waarde heeft de kennis van de VO2max nou eigenlijk in je dagelijkse trainingen? Het antwoord is kort maar krachtig: zo goed als geen waarde. Voor wetenschappers is het interessante kost, maar jij kunt je trainingen toch beter vervolmaken door te letten op je hartslag, je snelheid en je gevoel. 

Je zou dat een soort ‘hoofdboodschap achterop’ kunnen noemen, maar dan wel een gekke. Het liet mij achter met de vraag ‘waarom heb ik dit dan zitten lezen?’ Hoe zou je zoiets beter kunnen doen? Ik heb twee ideeën:

  1. Niet schrijven. Het gebeurt in mijn praktijk regelmatig dat schrijvers nadenken over doel en boodschap van hun tekst en dan tot de conclusie komen dat ze beter niet kunnen schrijven, dat ze bijvoorbeeld beter kunnen wachten tot ze meer zicht hebben op wat er speelt. Helemaal prima – dat spaart een boel tijd, ook die van de lezers! In een tijdschrift is het misschien anders, maar het lijkt mij toch een terechte overweging: had dit artikel er wel in gemoeten?
  2. Op zoek gaan naar de relevantie die er mogelijk wel is. Ik ben geen wetenschapper en toch vond ik het artikel best interessant. Dat zit hem erin dat de term VO2max een illustere is en dat ik hem vaak tegenkom als het gaat over trainen. Dit artikel helpt mij bij het onderscheiden van zin en onzin in andere literatuur, en dat vind ik wel degelijk relevant.

Meer in het algemeen moet een schrijver zich behoorlijk kunnen inleven in de lezer om de relevantie te kunnen bepalen. Dat speelt bij zakelijk schrijven ook heel vaak – schrijvers menen dan bijvoorbeeld alleen maar te hoeven ‘informeren’ en daarvan zeg ik altijd: dat kun je net zo goed laten. ‘Informatie’ als zodanig is bijna altijd betekenisloos en onvoldoende reden om in de pen te klimmen. Bij zakelijk schrijven ben je vrijwel altijd aan het sturen.

Als schrijvers dan gaan doordenken, komen ze bijvoorbeeld op overwegingen als: ‘de lezer moet zich dit realiseren bij mogelijke vervolgstappen op dit gebied of met deze partij’ of ‘ik dek me in’. Beide heel reële doelen – goed om je ervan bewust te zijn. 

De overeenkomst is dus dat een schrijfdoel en bijbehorende hoofdboodschap niet altijd heel concreet of praktisch hoeft te zijn (‘zet stap zus-en-zo’) om relevant te zijn voor een lezer. Of het nou een hardloper of je baas is. 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Direct slecht nieuws en twee andere inzichten

Louise Cornelis Geplaatst op 6 december 2017 door LHcornelis19 november 2017  

In de Psychologie Magazine van deze maand (nr. 13 van 2017) staan maar liefst drie dingen met een raakvlak met tekst & communicatie:

  • Hoe direct kun je slecht nieuws brengen? Nou, behoorlijk direct, blijkt uit Amerikaans onderzoek: over lichaam en gezondheid zonder omhaal, over sociale zaken (relatie uitmaken, klacht over service) met een inleiding van één zin, en bij slecht nieuws dat iemands identiteit of overtuigingen raakt (beëindigen arbeidscontract, nieuwe inzichten): iets langere, maar nog steeds korte buffer, met eventueel een enkel argument er alvast in. Dit is vooral relevant voor al die schrijvers en presenteerders die zich afvragen of je wel met de hoofdboodschap voorop kan beginnen bij slecht nieuws. Meestal wel, dus, en sowieso met hooguit een korte inleiding ervoor.
  • Ik heb het er hier al vaker over gehad: expressief schrijven helpt tegen piekeren. In nieuw onderzoek is vooral gebleken dat mensen die hun gepieker van zich af schreven daarna beter presteerden op een lastige taak.
  • Hoe vaker de baas ge-cc’d wordt in e-mail, des te minder vertrouwen hebben de medewerkers onderling. De baas dc’en maakt medewerkers achterdochtig, en dat kan leiden tot een angstcultuur. Niet doen dus, al dat cc’en!   

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Impliciet menselijk

Louise Cornelis Geplaatst op 30 november 2017 door LHcornelis19 november 2017  

Via @annekenunn  en @BryanAGarner bereikt mij een citaat van Richard Gambino over de lijdende vorm:

The effect of the habitual use of the passive voice is to create an illusory animistic world where events have lives, wills, motives, and actions of their own without any human being responsible for them.

Op basis van mijn eigen promotie-onderzoek durf ik hier te beweren dat het niet wat meneer Gambino hier beweert. Het interessante van de lijdende vorm is namelijk dat de impliciete handelende persoon vrijwel altijd menselijk is – moet zijn zelfs. In het Nederlands misschien net iets meer dan in het Engels, maar dan nog…

Ik geloof dat ik dit inzicht zelfs voor het eerst óver het Engels hoorde, ik geloof uit het werk van Scott Delancey, met als voorbeeldzinnetje:

The man was hit

Dat kan niet door bliksem zijn, dat moet door een ander persoon zijn. Bliksem kan vrijwel alleen maar als je dat expliciet maakt:

The man was hit by lightning

Een ander fraai voorbeeld ken ik via Robert Kirsner:

Er wordt gefloten

Dat kán geen fluitketel zijn, dat moet een mens zijn, die fluiter. Zelfs met door-bepaling is het gek.

Het is zelfs zo dat in een heleboel passieven de weggelaten handelende persoon ik of wij is – denk maar aan van die zinnen als:

Er kan worden geconcludeerd dat… Hieronder wordt beschreven dat… In het onderzoek werd vastgesteld dat… Er is besloten dat…

Persoonlijker kan bijna niet! Alleen: wel impliciet.

Dus, je kan zeggen dat het passief de verantwoordelijke voor de handeling impliciet houdt, en daarmee vaag en op afstand. Daar kun je een boel tactische en ook onethische dingen mee doen. Maar een animistische wereld schetsen waarin gebeurtenissen een eigen wil hebben zonder dat mensen ervoor verantwoordelijk zijn – nee. Júist niet, zou ik willen zeggen. 

Het passief kan de verantwoordelijke zo goed impliciet houden omdat wij mensen geneigd zijn onze eigen soort als de hoofd-verantwoordelijke voor alles te zien, en dus automatisch een mens invullen als handelende persoon als we geen andere signalen krijgen. Dat vond ik interessant aan mijn eigen onderzoek, dat op deze inzichten voortborduurde: wat zo’n talig verschijnselijk als het passief laat zien over hoe wij in de wereld staan.

Dus ik kon het even niet laten om dat hier uit te leggen. Zo af en toe kan ik sowieso niet laten om ten strijde te trekken tegen al te suffe dingen die er over het passief beweerd worden….

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

‘Ga ergens anders zwemmen’

Louise Cornelis Geplaatst op 24 november 2017 door LHcornelis19 november 2017  

Voor mijn collectie ‘gekke teksten in de buitenwereld’ spotte ik laatst dit exemplaar:

Zwem verder in Zwemcentrum RotterdamDe foto is helaas een beetje vaag, maar wat ik er gek aan vind, is goed leesbaar. Deze poster hing namelijk in mijn eigen lokale zwembad, en hij kondigt aan dat er een eind verderop binnenkort een nieuw zwembad geopend wordt, het Zwemcentrum Rotterdam.

De strekking vind ik gek, want ik begrijp die als: ga vanaf 22 januari ergens anders zwemmen. Sympathiek dat ze de opening van het zwembad (een 50-meterbad!) aankondigen, maar ik had andere bewoordingen gekozen. Al was het maar ‘kom eens kijken in’. 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Twee twijfelachtige twitterontwikkelingen

Louise Cornelis Geplaatst op 17 november 2017 door LHcornelis15 november 2017  

Een dikke week geleden veranderde er iets drastisch voor één specifiek tekstgenre: de maximale lengte van een tweet ging van 140 naar 280 karakters (nieuwsbericht). Daar werd heftig op gereageerd (zie dit bericht) en ook ik moet bekennen dat ik het niks vind. De creatieve uitdaging zat hem juist in dat ultrakorte schrijven. 

Bovendien heb ik de indruk dat mijn leesinspanning voor tweets van 280 tekens meer dan verdubbelt ten opzichte van 140. Het kan zijn dat dat gewenning is, maar het kan ook zijn dat 280 tekens complexere mededelingen mogelijk maken, met dus meer verwerkingstijd. Dat werd overigens aardig geparodieerd in deze tweet van @academicssay:

Al eerder was me een ander (nieuw?) verschijnsel opgevallen, en dat was het vergroten van de tekstruimte door het opnemen van een plaatje met tekst, zoals bijvoorbeeld in deze twee van @tekstschrijver (die ik overigens met plezier volg als vakgenoot):

Nou is dit tekstplaatje nog een beetje ‘opgeleukt’ met de ballonnen, maar dat hoeft niet, zoals bij deze van @jeukendrup:

Nou goed, dat is dan weer een citaat, dus dat mag een aparte status krijgen, maar toch vind ik het niet zo geschikt: het is me te veel nadruk op de tekst. Het wordt zo een beetje een tegeltjeswijsheid, vind ik – het is ook net een lijstje eromheen. Nou, dan moet je wel iets heel bijzonders te zeggen hebben.

Helemaal moeizaam vind ik de volgende combinatie, waarin de tweet zelf het plaatje ontkent. Dat werkt niet, volgens mij, juist door die nadruk:

Overigens heb ik van Asker Jeukendrup via Twitter een boel geleerd – het gaat me om de vorm, niet om de inhoud.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Redigerende baas mag zich beperken

Louise Cornelis Geplaatst op 14 november 2017 door LHcornelis14 november 2017  

Bij een paar van mijn opdrachtgevers speelt op het ogenblik het thema van de ‘redigerende baas’: de baas klaagt erover dat hij nog veel moet verbeteren aan het eindproduct van zijn schrijvende medewerkers en/of de medewerkers begrijpen niet waarom hun baas nog zoveel verandert aan hun teksten.

Ik heb enkele voorbeelden van door bazen geredigeerde teksten geanalyseerd en in veel gevallen zie ik de rationale van de verbeteringen niet zo. Soms lijkt het erop dat de baas iets verandert om het veranderen. Of stokpaardjes berijdt. Of een stijlideaal voor ogen heeft dat ik relatief vind. Misschien verbetert de tekst wel, zeg van een 7,2 naar een 7,4, maar is dat de moeite waard? De moeite waard van enerzijds de uren werk van de baas en anderzijds van het frustreren van de medewerkers? Wetende dat lezers van zakelijke teksten veel meer gericht zijn op inhoud dan op stijl? 

Mijn antwoord schemert door de vragen heen: ik betwijfel het zeer. Redigeren is belangrijk voor zover het zorgt voor grotere lezergerichtheid van de tekst. Maar je moet het wel weten te beperken. Ik merk dat zelf ook: eigenlijk is het nooit af, en ook ik heb mezelf wel eens betrapt op het scheppen van versie 57 waarin ik die ene zin waar ik ontevreden over ben maar weer eens omgooi, en nog eens, en nog eens… Het kost heel veel tijd en het is bijna een toevalstreffer of de laatste versie beter is dan de voorlaatste, of de op-twintig-na-laatste.

Leidinggevenden mogen wat mij betreft vaak best wat terughoudender zijn in hun bemoeienis met de laatste fase van het schrijfproces. Maar ik heb al gemerkt: da’s een lastige boodschap. Het lijkt erop dat redigeren ook iets te maken heeft met het plaatsen van een stempel: de tekst gaat erdoor ook naar de leidinggevende ‘rieken’. In dat opzicht vervult het werk wel een functie. Dat is prima, maar laat dat dan wel duidelijk zijn. Voor beide partijen. 

 

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Piramideprincipe leren trainen?

Louise Cornelis Geplaatst op 3 november 2017 door LHcornelis3 november 2017  

Op 16 november organiseert Kiezel Communicatie hier in Rotterdam een training over het geven van training in het piramideprincipe (in de leer van Barbara Minto), met mij als docent. Dat wordt dus een train-de-trainer-bijeenkomst, vooral bedoeld voor ervaren schrijftrainers. Als je interesse hebt om mee te doen, hoor ik dat graag – liefst zo snel mogelijk! Hieronder vind je iets over doel, aanpak en voorbereiding van de training.  

Het doel van de dag is om trainers in staat stellen om zelf goede trainingen piramideprincipe te geven, door:

  • Hen beproefde werkvormen zelf te laten ervaren. We gaan dus aan de slag met oefeningen en andere werkvormen uit mijn trainingspraktijk. Ik hoop niet alleen dat de eigen piramidevaardigheden van de deelnemers daarvan verbeteren, maar ook dat ze inzien wat de meerwaarde is van de methode – wat mij betreft veel meer een instrument om helder, logisch en lezergericht te denken dan een ‘teksttrucje’.
  • Op de ervaringen met die werkvormen te reflecteren, en het zo dus te hebben over de didactiek van het piramideprincipe.
  • Te bespreken wat er verder nog bij trainingen piramideprincipe komt kijken. We gaan het aan de hand van mijn en eigen ervaringen en hopelijk ook die van de deelnemers hebben over de grenzen aan de toepassing ervan, de (reële en ‘weerstanderige’) bezwaren ertegen, over hoe organisaties ermee werken, wat mensen er moeilijk aan vinden, wat er leuk aan is, enzovoort.

De voorbereiding betreft leeswerk (mijn boek Adviseren met perspectief en een artikel dat ik verstrek), en wie teksten of presentaties heeft van zichzelf of van opdrachtgevers/deelnemers waar mogelijk iets ‘piramidaals’ mee aan de hand is, dan die graag meenemen. 

Dus wil je een kijkje in mijn keuken en een leuke en nuttige dag samen aan de slag…. dan hoor ik graag van je! 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Houd het bij één simpele vraag

Louise Cornelis Geplaatst op 13 oktober 2017 door LHcornelis10 oktober 2017  

Ik zag laatst een mooi voorbeeld van hoe snel de goede intenties van een schrijver door de lezer niet begrepen worden. In een tekst stond de aankondiging van een grote verandering, ‘op drie fronten’, en daarna volgde deze opsomming:

  1. Wat: andere producten verkopen
  2. Hoe: verantwoordelijkheden anders beleggen
  3. Wie: personeelsbestand aanpassen

Ik snapte er niks van. Is dit nou één verandering met drie aspecten, of zijn het drie veranderingen (zo begrijp ik op drie fronten), maar dan valt 2 toch ook onder wie en ook aan 1 en 3 kleven hoe-aspecten (etcetera)?

De schrijver kon het uitleggen: het waren wel degelijk drie veranderingen. Hij had gedacht ze met die vraagwoorden duidelijker uit elkaar te halen, maar het tegenovergestelde was het geval. Voor de schrijver was het heel helder en logisch zo, maar ik vind het een typisch voorbeeld van een associatieve logica. Als lezer moet je daarvoor te veel meedenken met de schrijver; diens logica is niet altijd de jouwe.

Wat dan? Houd het zo simpel mogelijk! Drie veranderingen: aan de producten, aan de aansturing en aan het personeelsbestand. Klaar. Tussenliggende vraag is een simpele welke. Dat hoef je hier niet eens expliciet te maken. Eén vraag, met een eenduidig antwoord, dát kunnen lezers bevatten.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Tekstpraktijk bij het Rijk

Louise Cornelis Geplaatst op 10 oktober 2017 door LHcornelis5 oktober 2017  

In de meest recente editie van Tekstblad (jaargang 23, nummer 4) staat een goed artikel van mijn gewaardeerde collega Jeanine Mies over de ’tekstpraktijk’ bij het Rijk – over waarom goede schrijfintenties vaak sneuvelen, zo staat het als vraag in de ondertitel. Mies geeft daar vijf antwoorden op, een overzicht dat ik herkenbaar vind, en waar ze adviezen aan verbindt:

  1. Schrijven in een bubbel. Je gaat schrijven zoals gebruikelijk is in een organisatie en op een gegeven moment zie je niet meer wat ‘gek’ is. Dat burgers zichzelf zo niet noemen bijvoorbeeld, of dat andere mensen echt niet weten wat PPS is (publiek-private samenwerking). Om de bubbel te doorbreken moet je af en toe de blik van een buitenstaander organiseren. 
  2. Schrijven terwijl je nog denkt. Vaak is een tekst nodig om over de inhoud met anderen te kunnen overleggen, maar voor die ‘praatversie’ gaat dan de ‘wet van behoud van tekst’ gelden. Eigenlijk zou je dat praten moeten doen aan de hand van iets schematisch. 
  3. Blindstaren op B1. Alsof heldere taal alles is. Maar een tekst met allemaal goede en heldere zinnen en woorden kan toch de plank misslaan. Met inhoud en structuur is meer leesbaarheidswinst te boeken dan met formuleringen. 
  4. Iedereen mag reageren. Dan geldt wat Mies de Wet van Scholten noemt: de kwaliteit van een tekst is omgekeerd evenredig aan het aantal mensen dat eraan heeft meegeschreven. Het is belangrijk dat de regie bij één iemand rust!
  5. Onvoldoende ondersteuning. Weliswaar doet de overheid al veel, maar dat wordt niet altijd als hulp gezien, soms eerder als wijzend vingertje. Of soms mag beter schrijven niet van de leidinggevende. Goed schrijven vraagt om een goede schrijfcutuur. Overigens niet alleen bij de overheid, voeg ik er maar aan toe! 

Aanrader, dat artikel, voor iedereen die met schrijven en tekstkwaliteit in organisaties bezig is!

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Leuker of makkelijker maken ze het helaas niet meer

Louise Cornelis Geplaatst op 3 oktober 2017 door LHcornelis2 oktober 2017  

Toen ik in 1991 afstudeerde als Neerlandicus, was de Belastingdienst net bezig met het weliswaar niet leuker, maar wel makkelijker te maken, en daartoe nam ze een aantal van  mijn vakgenoten aan. Een tijdlang onderscheidde de Belastingdienst zich dan ook positief op het gebied van tekst- en formulierkwaliteit. Maar toen kwam de klad erin, ik heb dat als ontvanger van Belastingdienstpost zien gebeuren en ik weet er ook ietsje van van achter de schermen – van het tekstkwaliteitsteam is niet veel meer over. Nog wel wat, gelukkig. 

Ik moet zeggen: de achteruitgang van wat ooit ‘best practice’ was gaat me nog steeds aan het hart. Onlangs ontving ik weer een tekst van de Belastingdienst waarvan ik dacht: het zou met een klein beetje moeite zo veel beter kunnen.

Het betrof een reactie op BTW-suppletie: ik had vorig jaar te veel afgedragen en zou dus wat terugkrijgen. Het papier dat ik ter bevestiging daarvan ontving, heet ‘uitspraak op bezwaarschrift’, wat het veel groter doet klinken dan het volgens mij was. Bezwaarschrift? Ik ervoer het als ‘uitkomt van herberekening’. 

Rechts onder staat een blokje tekst dat begint met ‘U heeft het bezwaarschrift niet binnen de gestelde termijn ingediend’. Ook al staat er eerder al dat ik inderdaad het opgegeven bedrag terugkrijg, toch schrik ik dan. ‘O, shit, ik was te laat, ik krijg mijn geld niet’. De tekst gaat verder met iets over niet-ontvankelijk zijn in het bezwaar, geen beroep kunnen aantekenen, dat ik daar dan weer tegen in beroep kan gaan… hola zeg, waar gáát dit over? 

Pas onder de helft staat ‘De inspecteur komt aan het bezwaar tegemoet’. O, dus ik krijg mijn geld wél? Als je dat in de tekst gewoon zou omdraaien, dan scheelt dat enorm voor mijn leeservaring.

En als je gewoon krijgt wat je hebt aangevraagd, dan zou ik alles over bezwaren wel in ultra-kleine lettertjes of op de achterkant zetten. Of weglaten, maar dat zal van de juristen niet mogen. 

Hier is het tekstblokje:

Tekstje van Belastingdienst

Enne – waarom zou ik die achterkant moeten lezen eigenlijk? 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • ‘Vermijd contact’ – waarschuwing of gebruiksaanwijzing?
  • Hoe schrijf je een goede songtitel?
  • Uit de Microsoft-cloud
  • Druk met schrijven met AI
  • Welweg?

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (316)
  • Opvallend (544)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (153)
  • schrijftips (888)
  • Uncategorized (45)
  • Veranderen (38)
  • verschenen (202)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑