↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: Presentatietips

Voor presenterende professionals.

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Start voor gewoontedieren

Louise Cornelis Geplaatst op 31 maart 2010 door LHcornelis31 maart 2010  

Eén van de lastige dingen aan nieuwigheden is dat er nog geen uitgekristalliseerde conventies zijn. Dat zeg ik in trainingen wel eens over bijvoorbeeld het aangeven van de structuur in Powerpoint – de een doet het zus, de ander zo, en dat is allemaal goed. Vergelijk dat eens met tekst. Dankzij een eeuwenlang bestaan zijn er conventies voor bijvoorbeeld de inhoudsopgave, koppen, hoofdstukken, paragrafen en alinea’s. Die bieden houvast, en ze zijn natuurlijk bepaald niet toevallig.

Vandaag liep ik tegen een andere nog-niet-conventie aan: de betekenis van het woord start op internetforums. Dat start een lastig woord is, weten we allemaal sinds we er van Windows op moeten klikken om te stoppen met computeren. Maar dit is net anders.

Al een tijdje lees ik mee en post ik wel eens wat op twee forums: dat van Schrijven Online en dat van Fiets. Op beide pagina’s staat er een start-optie bovenaan, als broodkruimel. Bij forum 1 (Schrijven Online) leidt dat naar de homepage van de site; bij forum 2 (Fiets) naar de overzichtspagina van het forum. Dat is onhandig; ik begrijp nu waarom ik zo vaak ergens kwam waar ik niet wilde zijn. Liever gezegd: waarom ik bij Schrijven Online zo vaak op de homepage kom terwijl ik terug wil naar het overzicht van het forum.

Want ik vind het het handigste zoals het bij Fiets gaat. Dat is voor mij intuïtiever. En misschien ben ik er ook al meer aan gewend, want volgens mij is dat de meest voorkomende start-verwijsmethode. Maar het is dus kennelijk nog geen uitgekristalliseerde conventie. Jammer.

Want in elk geval belangrijk is, is om binnen je eigen site of Powerpointpresentatie eenduidig te zijn. We zijn gewoontedieren, en daar kun je als presentatiemaker maar beter bij aansluiten. Tenzij je bewust wil verwarren natuurlijk!

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Teflon

Louise Cornelis Geplaatst op 16 maart 2010 door LHcornelis16 maart 2010  

Leuke term in de post van een verwant blog van gisteren: teflon als woord dat uitdrukt dat sommige Powerpointtitels (bijvoorbeeld) niet blijven ‘plakken’. Ga ik gebruiken – ik zei tot nu toe altijd dat ik van titels vol met buzz-woorden en jargon glazig ging kijken, maar teflon is een leuk alternatief.

Teflon. Dat is dus het soort zinnen dat samengesteld lijken te zijn uit een vrij willekeurige combinatie van woorden uit deze lijst. Overigens kan ook de overheid er wat van. Een ontzettend teflon-woord dat ik de laatste tijd veel tegenkom is functiehuis, dus wat dacht je van de titel: ‘Een generiek functiehuis, 9 kritische succesfactoren’ (bron).

En terzijde: het is ook een leuk voorbeeld van hoe fraai een metafoor kan zijn zonder helemaal te kloppen. Immers, bij de ‘echte’ teflon is het de plan waar iets niet aan blijft plakken, maar deze woorden/zinnen blijven niet aan de ‘pan’ (je hersenen, begrip, geheugen) plakken, dus eigenlijk omgekeerd. Maar dat geeft niet: de metafoor doet zijn werk. Er is nooit een volledige match tussen metafoor en zijn brondomein (zoals dat met een vakterm heet). De kunst van het vinden van een goede metafoor (van harte aanbevolen bij zakelijk schrijven) is dat de metafoor voldoende spreekt, niet dat hij ‘klopt’. De tefal-metafoor is wat mij betreft zeer geslaagd.

Moraal van dit verhaal: teflon vermijden; goede metaforen gebruiken!

Geplaatst in Presentatietips, schrijftips | Geef een reactie

Inspraak = iedereen mag z’n zegje doen. Of niet?

Louise Cornelis Geplaatst op 5 februari 2010 door LHcornelis5 februari 2010  

Een tijdje geleden schreef ik in een recensie dat de overheid niet zo handig is in het begeleiden van interactie, bijvoorbeeld op inspraak-avonden, en onterecht concludeert dat dat soort directe communicatie met burgers niet zo’n goed idee is. Gisteren ben ik hier in de buurt naar een inspraak-avond geweest, en ojee, wat werd mijn mening weer bevestigd.

Het was nog niet eens zo heel slecht, want de begeleiding (provincie en ingenieursbureau) had duidelijk nagedacht over hoe je een grote groep burgers kunt laten meepraten: we werden ingedeeld in kleine groepen met een eigen voorzitter, er waren panelen die deels al waren voorzien van voorstellen en deels nog blanco, en er waren geeltjes. Interactie, dat is iets wat je doet in kleine groepen en met geeltjes immers, ja toch?

Nouja, dat kan. Maar het is iets waar je toch echt even wat beter over na moet denken wil je het in goede banen  leiden. Gisteravond gingen drie ‘klassiekers’ mis:

  • Voor wat er echt leeft, was geen aandacht, en al helemaal niet voor de negatieve emoties. De inspraak ging over een verandering in een vaarweg bij ons in de buurt, met consequenties voor het landschap. De bewoners zijn verdeeld in twee kampen, waarvan het meest luidruchtige kamp de verandering niet wil (overigens: ik sta er vrij neutraal in, vind het hooguit schokkend hoe er inmiddels geen rationele grond meer is voor de verandering terwijl die wel veel belastinggeld gaat kosten). De inspraakavond ging over het nadenken over de inrichting van het nieuwe landschap. Maar als je geen nieuw landschap wil, kun je ook niet meedenken over de inrichting ervan. Maar dat was pech gehad, zelfs toen één aanwezig echt pissig werd.
    Eigenlijk vond ik die uitbarsting een opluchting, want ik was daarvoor al wat onrustig geworden van alle verkapte agressie die ik voelde in de zaal. Dat maakte me overigens wel alert en nieuwsgierig, want dat was tijdens een Powerpointpresentatie, en ik zag me natuurlijk af te vragen: wat in deze presentatie geeft aanleiding tot agressie? Nou, het erdoorheen duwen van allemaal op de ambtenaren en uitvoerders gericht procesgeneuzel (‘drie fasen met elke fase in vier stappen en die zullen we nu allemaal gaan doornemen’) terwijl de zaal nog boos is over iets wat in het verleden gespeeld heeft. Oehoe, spreker, storingen hebben altijd voorrang!
  • De geboden vrijheid was veel te groot. Niemand van de begeleiders wilde of durfde duidelijk te zeggen wat de eisen en de randvoorwaarden zijn waaraan de nieuwe inrichting moet voldoen. Ze benadrukten talloze keren dat de aanwezigen al hun wensen kenbaar mochten maken, en dat er zeker naar geluisterd zou worden, want inspraak was heel belangrijk. Ze herhaalden dat zo vaak, dat ik na een keer of tien spijt had dat ik niet vanaf het begin had geturfd – en per keer geloofde ik het minder.
    Daarmee lag dus het hele speelveld open. Dat leidt ertoe dat elke aanwezige vrijuit zijn of haar eigen piepkleine deelbelangetje mocht ophoesten. Dat is niet alleen voorspelbaar, oninteressant en weinig constructief, het biedt ook de meeste ruimte aan de grootste mond.
    Bij zo’n te open aanpak verwordt inspraak en democratie tot ‘iedereen mag zijn eigen zegje doen’. Maar dat is een vervorming ervan. Als het straks gemeenteraadsverkiezingen zijn, stoppen we toch ook geen briefje met ons eigen belang in de stembus?
  • De begeleiding had niet veel verstand van hoe je met groepen mensen omgaat. Dat bleek uit de opmerking van de mevrouw die ons kleine groepje begeleidde dat ze ‘ook niet wist hoe je met een groep één schets kon maken’, maar het bleek ook uit van die beginnersfouten als een geforceerde groepsindeling (‘Oh, zit ik in groepje 1, ik wist helemaal niet dat er groepjes zouden zijn’), uit zo lang doorgaan met het mogen stellen van de laatste vraag dat het ‘nu toch echt de aller, aller, allerlaatste vraag’ moest zijn (en toen volgden er nog twee), het iemand niet de mond snoeren die toch al z’n zes in plaats van het gevraagde ene punt hardop wil noemen, het zo laten uitlopen van onderwerp één dat onderwerp drie(voor mij het interessantste) erdoorheen geragd moest worden waardoor daar helemaal alleen de grootste monden aan het woord kwamen, enzovoort, enzovoort.
    Dat zijn van die basisfouten die verraden dat de organisatie niet professioneel is op het gebied van het begeleiden van interactie. Elke beetje docent kan dat beter. Want anders krijg je veel te grote ordeproblemen namelijk.

Het gevolg? Veel chaos, voor mij hoofdpijn, voor het organiserende ingenieursbureau een stortvloed aan opgebrachte punten die ze onmogelijk allemaal mee kunnen nemen, voor de aanwezigen dus de volgende keer de kater dat er met wat ze geopperd hebben niets is gebeurd, toegenomen antagonisme tussen de voor- en tegenstanders en tussen de tegenstanders en ‘de politiek’, een boel gemiste kansen.

Zo moet het dus niet. Hoe dan wel? Het begint met een professionelere aanpak, waarin deskundigen meedenken over hoe je zo’n interactie in goede banen leidt. En met mensen voor de groep die weten hoe je een pijnlijke boodschap brengt, hoe je met weerstand omgaat en hoe je een grote groep in goede banen leidt.

Voor de keuze van de werkvorm is het allerbelangrijkste: veel meer structureren. Dat kan met panelen, geeltjes en kleine groepen.

Bijvoorbeeld: de voorbereiders formuleren tien stellingen over de verschillende inrichtingsopties (bijvoorbeeld: een brug is beter dan een dam’ of ‘er moet een camping komen in het nieuwe gebied’). Daarover wordt plenair gestemd. Als je iets heel erg graag kwijt wil naar aanleiding van die stelling, schrijf je dat op een geeltje. De geeltjes plak je op een paneel dat bij de stelling hoort en dat er meer informatie over bevat, zoals bijvoorbeeld de al bekende eisen en randvoorwaarden. Vervolgens kiest elke aanwezige één van de stellingen om mee verder te gaan, dus per stelling één groepje dat de resultaten van de stemming, de informatie op het paneel en de geeltjes ‘omwerkt’ tot een conclusie over die stelling in de vorm van een aanbeveling aan het ingenieursbureau.

En zo zijn er talloze andere mogelijkheden. Over dat soort dingen denk ik graag mee, vind ik erg leuk om te doen. En als allerlaatste help ik dan ook nog met de Powerpointpresentatie die bij de inleiding te gebruiken is. Eentje die betrokkenheid creëert in plaats van agressie oproept

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Talent!

Louise Cornelis Geplaatst op 1 februari 2010 door LHcornelis1 februari 2010  

Afgelopen donderdag heb ik voor het eerst in jaren weer eens wat gedaan vanwege de Gedichtendag. Poëzie is een tekstsoort waar ik weinig mee doe. Schrijfambities in die richting heb ik niet, maar zo’n dag is wel aanleiding om weer eens te denken: ‘ik zou wel meer poëzie willen lezen’.

’s Avonds bezocht ik in Vlaardingen een avond waarop kinderen hun eigen gedichten voordroegen. Eén daarvan kende ik: Marijn Dekker, zoon van een vriendin van mij. Ik had al eens wat van hem gelezen, vond dat erg goed, en ik vond daarom dat ik zijn optreden op deze avond wel mocht bezoeken als aanmoediging om met schrijven door te gaan.

Naast schrijven doet Marijn (groep 7) aan toneel, en was het daarom dat hij van zijn leeftijdsgenoten verreweg de beste voordracht had? De meeste andere kinderen ragden zonder op of om te kijken zo snel mogelijk door hun gedicht. Marijn nam veel meer rust en hij keek bij dat soort adempauzes op van zijn papier, de zaal in.

Het voordragen van poëzie en van teksten in het algemeen is best gewaagd. Immers, de meeste teksten zijn in de eerste plaats geschreven om gelezen te worden, niet gehoord. Het goed voorlezen van een geschreven tekst vraagt oefening, en het schrijven van voordrachts-teksten is iets anders dan van lees-teksten.

Bovendien hoeft een schrijver niet automatisch een goede ‘performer’ te zijn. Marijn kan het wel allebei, en dat is hartstikke knap. Ik ga hem in de gaten houden! En zelf weer eens wat vaker poëzie lezen.

Geplaatst in Opvallend, Presentatietips, schrijftips | Geef een reactie

Bedrijf op één bil? Passie!

Louise Cornelis Geplaatst op 27 januari 2010 door LHcornelis27 januari 2010  

Ter presentatie-inspiratie, of meer in het algemeen voor wat meer passie (met dank aan Saskia): http://www.ted.com/talks/lang/eng/benjamin_zander_on_music_and_passion.html

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Afwezigheid van zelfbewustzijn: last of lust?

Louise Cornelis Geplaatst op 21 januari 2010 door LHcornelis21 januari 2010 2

Ik eindigde mijn verslag van de training in Oekraïne ermee dat ik er zelf ook wat van had opgestoken. Meerdere dingen, zelfs, wat ik overigens ook wel zou verwachten als ik een groep slimme, kritische en ervaren professionals aan het nadenken zet over presenteren. Dan hoor ik dingen waar ik niet aan gedacht had, en dat is voor een deel de lol van dat soort werk. Maar ik doelde op één onderwerp in het bijzonder.

Eén van de consultants legde als adviesvraag aan mij en de andere aanwezigen voor: hoe vergroot ik mijn zelfbewustzijn tijdens presentaties? Achtergrond was de ervaring die hij had zich na een presentatie te realiseren dat hij zich amper kon herinneren wat hij had gedaan of gezegd, wat anderen hadden gezegd, en wat er verder ws gebeurd. Bovendien was hij tijdens zo’n presentatie niet in staat zichzelf bij te sturen. Hij ‘verdween’ als het ware in het presenteren.

Voor mij een herkenbaar verschijnsel, in twee opzichten. In de eerste plaats kan ik meevoelen met wat hij bedoelt: ik heb die ervaring ook, gelukkig tegenwoordig niet vaak meer. In de tweede plaats heb ik me in het kader van mijn schrijfwerk over sport ook wel eens verdiept in het verlies van zelfbewustzijn in relatie tot sportprestaties (o.a. leidend tot een artikel in Fiets en een hoofdstuk in mijn bijna te verschijnen boek over mijn Afrika-fietsreis).

Verlies van zelfbewustzijn is namelijk iets geweldigs. Het is de ego-loosheid waar mystici over reppen, en het is een van de meest kenmerkende aspecten van flow, de piekervaring die we kunnen hebben als we worden uitgedaagd het maximale van onszelf te geven. We presteren dan op ons best, een reden waarom bijvoorbeeld topsporters op zoek zijn naar flow. Maar flow laat zich niet heel makkelijk afdwingen. Het is niet helemaal controleerbaar en het bevindt zich op een wankel evenwicht tussen te moeilijk en te makkelijk.

Flow is geweldig, en het wegvallen van zelfbewustzijn hoort daarbij – maar wat de consultant beschreef, is een negatief verlies van zelfbewustzijn. Het is niet zozeer opgaan in de ervaring in het hier-en-nu, maar een verlies van. Dat is ook iets wat ik herken vanuit de sport en uit het dagelijks leven: dan ben je van A naar B gefietst en je hebt onderweg niets gezien.

De vraag is dus: wat onderscheidt, in de eerste plaats bij presenteren, de twee soorten van afwezigheid van zelfbewustzijn? De antwoorden erop in de Oekraïne-groep heb ik op deze manier bij elkaar geraapt:

  1. Bij de ‘foute’ vorm is er te weinig doelgerichtheid. Voor flow moet je op weg zijn naar een helder doel, en je voortgang ten opzichte van dat doel moet zichtbaar zijn. Daar kun je de kick van krijgen die flow doet ontstaan: yes, het gaat goed!
  2. Bij de ‘foute’ vorm is het lichaamsbewustzijn te beperkt. Kenmerkend voor flow is het ‘openstaan’ van al je zintuigen: je leeft op dat moment met alles wat je hebt. In een negatieve variant lijk je eerder alleen maar ‘in je hoofd’ te zitten.
  3. De oorzaak van het verschil tussen ‘foute’ en ‘goede’ afwezigheid van zelfbewustzijn ligt dieper en buiten de ervaring als zodanig (dus niet ter plekke 1-2-3 oplosbaar). Bij sporten kan vermoeidheid een oorzaak zijn. De consultant was zich ervan bewust dat faalangst voortkomend uit perfectionisme bij hem een rol speelde. Als je van jezelf een perfecte presentatie vereist, kun je bijna alleen maar ontevreden zijn over de voortgang ten opzichte van dat doel. Dat staat flow in de weg.

We concludeerden dat het verschil tussen een als probleem ervaren verlies van zelfbewustzijn en flow niet zo heel groot is. Het is een kwestie van zorgen dat het kwartje de goede kant uit valt. Dan kan presenteren een piekervaring worden. Voor een stap in die goede richting tot slot drie adviezen:

  1. De eerste twee verschillen van hieboven leiden tot een eenvoudig uit te voeren advies: stel jezelf een helder en controleerbaar tussentijds doel dat je aandacht lager in je lichaam legt. Bijvoorbeeld: halverwege een keer je voeten voelen of een diepe buikademhaling doen (zie punt 2). Om jezelf daaraan te houden, kun je een merktekentje aanbrengen op de sheets of in je aantekeningen: dáár ga ik even bewust staan of ademhalen. Je lijf en je aandacht heb je altijd bij je, dus zo’n tussentijds doel is altijd haalbaar, en het doet wat nodig is.
  2. Ter bestrijding van faalangst en perfectionisme: stel jezelf realistischere doelen en ontwikel een dito kijk op jezelf. Daarvoor kan gerichte faalangstreductie nuttig zijn (bijvoorbeeld met behulp van de RET), samen met feedback (al dan niet met behulp van video-opnames). En natuurlijk is bij angst ook een goede (maar niet overdreven) voorbereiding (inclusief oefenen) belangrijk, zodat je kunt vertrouwen op die basis.
  3. Een ander advies was geen echte oplossing, maar een manier om je eigen zwakke punten te ondervangen: doe zo’n presentatie met z’n tweeën en laat iemand anders meeschrijven of andere dingen doen waardoor je geen essentiële zaken vergeet. Die ander kan dan meteen observeren en feedback geven (nodig voor het advies hierboven).
Geplaatst in Presentatietips | 2 reacties

Training in spijkerbroek

Louise Cornelis Geplaatst op 20 januari 2010 door LHcornelis20 januari 2010 3

De afgelopen dagen heb ik gewerkt op een wel heel bijzondere plek: Oekraïne. Niet de Oekraïne, heb ik geleerd: sinds het een zelfstandig land is, is het lidwoord weg. Toen ik ervoor gevraagd werd, moest ik in de atlas kijken om te zien waar het land precies lag. Zeker omdat ik daarbij hoorde dat het ook zou gaan om skieën.

Skieën? In Oekraïne? Jawel. In het grensgebied met Roemenië en Slowakije ligt een hoek van de Karpaten, met bergen tot 2000 meter hoog, en dat geeft Oekraïne een skigebied. Er lag echter nu slechts een paar centimeter sneeuw en skiën was amper mogelijk. Wandelen wel, onder een stralende zon. Dat was heerlijk, en ik heb mijn ogen uitgekeken op dit voor mij onbekende land. Arm, een duidelijke Sovjet-erfenis, exotisch ogende orthodoxe kerken, een stugge, ontoegankelijke bevolking, onverwacht lekker eten en hier en daar een teken van toenemende welvaart.

Men spreekt er Oekraïens, een taal die ik op gehoor niet kan onderscheiden van Russisch of Pools. Cyrillisch schrift, wat wel weer leuk was om te ontcijferen (ik kan dat net omdat ik ooit een blauwe maandag wat Russisch heb proberen te leren).

Maar ik was er voor meer dan een toeristisch uitstapje. Ik was mee met een klein consulting bedrijf (11 consultants) die regelmatig zo’n uitstapje maken: iets leuks combineren met een trainingsprogramma. Slim idee, want mijn ervaring met de trainingen bij zulke bedrijven is dat het lastig is om de consultants bij elkaar te krijgen en te houden bij een training die midden in hun gewone werk valt: de klant hoeft maar te bellen en hulp, weg zijn ze. Dat kan niet als je ze naar Oekraïne meeneemt, en dat creëert een intensieve werksfeer.

Ik heb in 3 dagen tijd 5 dagdelen training verzorgd, met tussendoor onder andere dat wandelen. En late avonden, dat wel, voor een deel van de groep. Nouja, ik lag er op tijd in, en ik vond de discipline de volgende ochtend acceptabel.

De training ging over presenteren. De bedoeling was dat de consultants vrijer, persoonlijker en interactiever zouden leren presenteren, dus los zouden komen van een te grote Powerpoint-afhankelijkheid. Als voorbereiding hadden ze daarom Echte leiders gebruiken geen Powerpoint gelezen (hier ook al eens besproken).

En, toeval bestaat niet: ze werden verplicht hun eigen oefenpresentaties tijdens het weekend zonder beamer te doen, want uitgerekend de koffer waarin de beamer van het bedrijf zat, bleef achter in Dortmund, waarvandaan we gevlogen waren. Wat overigens verder vervelend was, natuurlijk, want er zat meer in die koffer dan alleen de beamer en er was nog een koffer kwijt, wat een boel geregel betekende om te zorgen dat ze beide goed terecht zouden komen. Maar voor de training pakte het wonderwel uit: met een cold turkey afkicken van de Powerpointverslaving.

Hoofdonderdeel van de training waren de oefenpresentaties, waarin de consultants aan de rest van de groep (inclusief mij) advies vroegen over een bepaald aspect van hun eigen presenteervaardigheden, bijvoorbeeld: wat is de beste structuur voor een presentatie, wat doe je met volzinnen op een slide, hoe houd je een groep op de goede koers tijdens een discussie, enzovoort. Het waren dus presentaties-en-interacties over presentaties en interactie: het mes sneed aan zeker twee kanten.

De groep pikte de vorm erg goed op: de adviesvragen waren relevant, er werd gepresenteerd en met verschillende werkvormen voor de interactie geësperimenteerd; er werd meegedacht en geholpen, goede feedback gegeven. En gelachen.

Mede dankzij de bijzondere plek, het improviseren met de visuele hulpmiddelen (met een stift op een A4’tje kun je ook een grafiek maken) en de open verhoudingen binnen het team vond ik de balans tussen een informele sfeer en goed werken uniek.

Deze ’training in spijkerbroek’ (ik had van tevoren even gecheckt of het wel echt okee was dat ik vanaf het eerste moment inderdaad in spijkerbroek en op stevige stappers zou verschijnen – natuurlijk, graag zelfs!) is mij zeer goed bevallen. Ik heb er zelf ook nog wat van opgestoken, en dat is altijd leuk. Wat? Daarover schrijf ik later deze week!

(i.v.m. lay-outproblemen staan de foto’s in het bericht hieronder)

Geplaatst in Opvallend, Presentatietips | 3 reacties

Oefen!

Louise Cornelis Geplaatst op 13 januari 2010 door LHcornelis13 januari 2010  

Behartigenswaardig pleidooi voor het oefenen van een presentatie op een aanverwant blog vandaag. Helemaal mee eens. Van veel presenteerders gaat alle voorbereidingstijd en -energie zitten in het maken van het Powerpointmateriaal. Zonde!

Edit, ietsje later: ik doe het ook, hoor, oefenen. Hardop, maar wat ik vooral ook veel doe is m’n presentatie door mijn hoofd laten gaan als ik op de fiets zit ofzoiets. Dan weet ik ook wat de stukjes zijn die er nog niet in zitten, of overgangen die nog niet logisch zijn en waar ik dus nog even naar moet kijken. Ik doe dat vaak eerst, dan maak ik het materiaal, en daarna ‘repeteer’ ik nog een aantal keren. Arbeidsintensief, ja, dat wel. Mij zul je dan ook niet horen beweren dat het houden van een goede presentatie een makkie is!

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Activerende werkvormen in plaats van de Powerpoint-reflex

Louise Cornelis Geplaatst op 11 januari 2010 door LHcornelis11 januari 2010  

Ik heb net een punt gezet achter het voorbereiden van een vierdaagse training. Of nouja, ik ga vier dagen weg, naar de Oekraïne nogalliefst, en daarvan train ik in totaal ongeveer 5 dagdelen. De meeste andere trainingen die ik geef, zijn één of twee dagdelen, en dan hebben de deelnemers daarna de tijd om te oefenen en ik om me te bezinnen op de volgende bijeenkomst, waarin het resultaat van dat oefenen centraal staat. Dat gaat nu anders, want tussen de dagdelen trainen door gaan we skieën en wandelen enzo – niet werken in elk geval.

Hoe dan ook: ik ga dus mee op de combi uitje + training, de training gaat over presentatievaardigheden – en dat vergde even goed doordenken wat ik met zo’n groep gaan doen. Ik ben er goed uitgekomen, geloof ik, ik ben benieuwd en heb er zin en en zal naderhand natuurlijk op dit weblog vertellen hoe het is geweest.

Wat ik nu kwijt wil, is dat Het gaat steeds beter! weer eens van waarde is geweest. Dat boek is al van voor dit weblog (2006), vandaar dat ik het er nog niet eerder over heb gehad, maar het verdient die aandacht wel. Het boek bevat een overzicht van een groot aantal werkvormen voor de ‘opleidingspraktijk’, maar in mijn ervaring zijn de werkvormen breder bruikbaar dan in opleidingen: ik zou graag zien dat er in organisaties in het algemeen meer gebruik van gemaakt werd.

Eén van de dingen die in de komende training aan de orde gaan komen en waar ik vaker op hamer, is dat het geven van een Powerpointpresentatie niet de meest geschikte werkvorm is om iets te doen met mensen. Als je het niet heel goed doet, is een presentatie passiviteit uitlokkend eenrichtingsverkeer. De presenteerder zet het publiek een trechter op de kop en giet daar informatie in. Het publiek hoeft standaard niets anders te doen dan te ‘consumeren’, en  Dat is niet de manier waarop mensen iets leren of waarop je tot betrokkenheid en interactie komt.

In Het gaat steeds beter! staan activerende werkvormen: de inspanningen van de deelnemers staan centraal. In het boek zijn die gericht op leren, maar mijn ervaring is dat de werkvormen met een beetje creativiteit ook zijn te gebruiken voor bijvoorbeeld brainstormsessies, vergaderingen, discussie-bijeenkomsten, enzovoort. En zeker voor trainingen in het bedrijfsleven.

Het boek gaat dus mee naar de Oekraïne om twee redenen: ik heb er zelf een paar dingetjes uitgehaald om de dagen op een speelse en toch leerzame en nuttige manier mee te beginnen (luister- en feedbackgeefoefeningen), en ik hoop dat ik de deelnemers kan uitdagen ook eens iets anders te doen met hun publiek dan er een Powerpointpresentatie in gieten. Dat is namelijk het doel van de training: weg van de Powerpoint-reflex. Ik ben benieuwd of dat gaat lukken!

Geplaatst in Leestips, Presentatietips | Geef een reactie

Nogmaals Been en Luyendijk

Louise Cornelis Geplaatst op 26 oktober 2009 door LHcornelis26 oktober 2009  

Twee aanvullingen op de posts op dit weblog van vorige week:

1. ‘Hmm,’ bromde mijn Feyenoord-informant nadat hij vorige week mijn stukje over de schrijfstijl van Mario Been had gelezen, ‘Been laat het deze week anders mooi afweten.’ Wat is het geval? Vorig weekend verloor Feyenoord van Sparta, een gevoelige nederlaag gezien de ranglijst en de Rotterdamse rivaliteit. Voor het eerst dit seizoen volgde er niet binnen 24 uur een mailtje van Mario Been. Eerder verlies had hij nog ruiterlijk toegegeven; ging dit hem te ver? Kom op, Mario, noblesse oblige!

2. Over Joris Luyendijks hekel aan Powerpoint: in Villamedia Magazine van 23 oktober duikt op p. 8 (‘Nieuws’) Luyendijk weer op. Het stukje gaat over Luyendijks visie op de werkwijze van de Nederlandse journalistiek, die hij achterhaald vindt. Hij verwoordde die visie in de Johan de Witt-lezing. Wat mij opviel, was dat er staat dat Luyendijk een ‘niet-uitgesproken lezing’ hield: hij heeft zijn tekst alleen in papieren vorm uitgereikt. Hij wordt geciteerd: ‘Drie kwartier luisteren naar een persoon die een tekst voorleest, kunt u zich iets voorstellen dat nog saaier is?’ In plaats daarvan sprak hij ‘losse gedachten’ uit.

Enerzijds heb ik hierbij een sterk gevoel van herkenning: Luyendijk doet wat ik zo vaak heb aangeraden. Als een presentatie alleen maar dient om mensen iets mede te delen, zet het verhaal dan op papier en geef het ze. Daarvoor hoef je zelfs niet bij elkaar te komen.

Anderzijds weet ik ook dat ik dat altijd slechts quasi-aanraad: om mensen erover na te laten denken waarvoor je dan wél bij elkaar komt. En met dat in mijn achterhoofd vind ik Luyendijks actie toch jammer. Drie kwartier luisteren naar een goede spreker is helemaal niet saai, en kan juist betrokkenheid creëren die je op papier nooit krijgt. Tekst voorlezen is niet hetzelfde als goed spreken.

Net als met het Powerpointverhaal lijkt het erop dat Luyendijk zich nogal laat bepalen door slechte voorbeelden van spreken en presenteren. Het is goed dat hij die slechte praktijk niet accepteert, en misschien weet hij ook wel dat hij geen goede spreker is, en inderdaad bloedeloos zou moeten voorlezen. Maar het is jammer dat hij niet zelf probeert het wél goed te doen.

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Fietsen langs de sporen van het Nederlands in de VS
  • Het kan wel: ‘Into my arms’ vertalen
  • Programma afgerond
  • Makkelijke taal is moeilijk
  • Spelen bij Tekstblad

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (322)
  • Opvallend (556)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (154)
  • schrijftips (900)
  • Uncategorized (47)
  • Veranderen (39)
  • verschenen (206)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • december 2025
  • november 2025
  • oktober 2025
  • september 2025
  • augustus 2025
  • juli 2025
  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑