↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: Opvallend

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Bewuste schrijfvaardigheid in Groningen

Louise Cornelis Geplaatst op 30 juni 2023 door LHcornelis30 juni 2023 1

Ik heb gister een nuttige en aangename dag beleefd in Groningen. Daar gaf ’s middags Kees de Glopper zijn afscheidscollege als hoogleraar Taalbeheersing. Dat college werd voorafgegaan door een symposium over ‘bewuste schrijfvaardigheid’. Ik was verheugd uitgenodigd te worden – dat ik in Groningen en voor Kees werkte is al best wel lang geleden. Het was daar dat ik samen met Masterstudenten onderzoek naar het piramideprincipe heb gedaan, ik kijk daar nog steeds met veel plezier op terug. Kees was toen een deel van de tijd mijn baas.

Ik vond het gezellig, heb oude bekenden gesproken en nieuwe mensen leren kennen, ik vond het leuk om in Groningen te zijn, alles vond plaats in het prachtige Academiegebouw, en zelfs de treinreizen, zo herinnerde ik me ook nog, hadden wel wat: een uitgelezen kans om urenlang rustig te zitten en een heleboel achterstallig leeswerk te doen. De NS voegde er op de heenweg nog een klein uur aan toe, en daardoor miste ik nog net wat meer van het symposium dan waar ik bewust voor had gekozen om de vroege ochtend en de lengte van de dag behapbaar te houden. (Ik ben daarmee overigens qua treinperikelen nog goed weggekomen, begreep ik van anderen.)

Ik heb van het symposium nog vier presentaties wel kunnen bijwonen. Die waren vooral heel verschillend: schrijfvaardigheidsonderzoek is breed. Voor dit blog ga ik altijd op zoek naar raakvlakken met m’n praktijkwerk. Dat is zoeken, want schrijfvaardigheidsonderzoek richt zich op het onderwijs, niet op schrijvende professionals. Desalniettemin vind ik die raakvlakken altijd wel. Soms zit dat in globale inspiratie, soms in dingen waar ik meteen iets mee kan. 

Een voorbeeld van inspiratie vond ik de vraag ‘wat is schrijfvaardigheid eigenlijk?’ Die stelde Rob Schoonen en hij liet dit antwoord zien:

Dat leidde tot wat gegniffel in de zaal: hoe moeilijk en wollig kun je het maken? Toen kwam de aap uit de mouw: het was een definitie van Kees de Glopper himself, van lang geleden!

Aan mijn begrip van schrijfvaardigheid werd nog wel wat toegevoegd, eerst door diezelfde Schoonen en later ook nog in het eigenlijke afscheidscollege: de rol van kennis. Schoonen gaf een overzicht van maar liefst twaalf soorten kennis die een rol spelen bij schrijven: van spelling en grammatica tot de ‘metacognitieve kennis’ die je nodig hebt om je eigen schrijfproces in goede banen te leiden. Dat blijft een goede voorspeller van schrijfvaardigheid.

Schoonen betoogde dat docenten (en onderzoekers) beter moeten peilen wat hun lerende schrijvers eigenlijk weten, en, zo bedacht ik: datzelfde geldt voor mij. Daar kan ik wel wat mee. Ik ben er in mijn trainingen altijd mee bezig om te benadrukken dat je bij schrijven niet alleen op het product (de tekst) gericht moet zijn, maar vooral ook op het proces: de handelingen die je verricht. Kennis is eigenlijk nog een derde aspect, en, inderdaad, onderbelicht.

Weer meer richting inspiratie ging de presentatie van Jeroen Steenbakkers. Die benadrukte het belang van schrijfonderwijs dat helemaal is aangepast aan klas, docent, moment en het unieke van het individu. Hij benadrukte het belang van de ‘drempelervaring’ en had mooie voorbeelden van wat zulk ‘subjectief’ schrijfonderrwijs kan opleveren, waaronder een geweldig gedicht dat door een VMBO-leerling was geschreven. Die beheerst de d’s en t’s niet, maar dat zou niemand moeten beletten om een eigen stem te vinden.

Dat de presentatie van Jack Hoeksema een concreet spoor heeft nagelaten, merk ik bij het schrijven van deze blogpost. Hij liet frequenties zien van woorden en woordcombinaties door de jaren heen. Het woord leuk komt bij jonge, beginnende schrijvers veel vaker voor dan bij professionele. Ik heb tot nu toe in deze post dan ook leuk al twee keer weggeredigeerd 😉 Hij eindigde met een oproep tot leesbevordering: goed voor meer variatie in je woordenschat. Helemaal mee eens.

De laatste presentatie, van Lieve de Wachter, ging over hoe de KU Leuven ChatGPT inzet. Ik vond het een constructief en realistisch verhaal, daar waar de nuance over AI vaak ver te zoeken is. Over ChatGPT later meer.

Het afscheidscollege zelf benadrukte dus nog een keer die rol van kennis. Kees de Glopper gaf een overzicht van wat schrijfvaardigheid bevordert. Sparren, was een van de dingen die hij noemde, praten over de tekst. Hij noemde dat sparren met verwijzing naar de lezing van Renske Bouwer die ik door de treinproblemen had gemist, en dat tot mijn spijt. Gelukkig kon ik dat even tegen haar zeggen en hopelijk krijg ik nog een keer een herkansing, want haar ideeën over het belang van praten over schrijven en teksten vind ik zeer interessant.

Ikzelf leerde ook nog een nieuw woord: kakografie. Populair in de negentiende eeuw, en de invloed ervan reikt tot het hedendaagse formuleeronderwijs, waarin veel te veel nadruk ligt op het voorkomen van fouten die leerlingen nauwelijks maken, zoals tautologie en pleonasme.

De Gloppers ‘openbare les’ was goed te volgen en fraai visueel ondersteund. Erna werd hij toegesproken en daarna volgde nog een buffet, met heerlijke pasta. Ik ging dus met een goed gevulde maag terug de trein in. Wat een uitje! Mijn werk zit net op de rand van de intredende zomerrust, en dan heb ik gelukkig ook tijd voor zoiets.

Ik begreep dat een afscheidscollege in Groningen geen vanzelfsprekende zaak is, en al helemaal niet in de aula van het academiegebouw. Fijn dat De Glopper het wel voor elkaar heeft gekregen.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | 1 reactie

Berlijnse bordjes

Louise Cornelis Geplaatst op 26 juni 2023 door LHcornelis26 juni 2023  

Ik ben een paar dagen terug van een vakantieweek in Berlijn. Erg fijn gehad. In die stad is sowieso een boel te zien, en zeer zeker ook bijzondere bordjes en andere teksten in de openbare ruimte. Hier zijn er een paar – de meeste foto’s genomen door mijn man.

Deze vond ik best raak:

Grappig om dat Nederlands te zien: het is dus niet Swap-Fahrrad:

Deze, op een deelfiets, is dan wel met Rad en de woordspeling is onvertaalbaar:

We aten er de beste hummus ooit, met deze treffende slogan:

Over de muur gesproken… kippenvel op deze plek, geschiedenis die ik me nog goed herinner:

Deze vonden we grappig – de bewoners van nummer 17 hebben zo te zien meer in de melk te brokkelen dan die van 16:

Deze zagen we best veel: alsof je voor nummer 177 bij de linkerburen moet zijn:

In een binnenhofje kun je je vocabulair aan tegenstellingen bijspijkeren:

En tot slot: met die achternaam zou je in Nederland een andere naam voor je winkel kiezen. Als je het niet meteen ziet: spreek maar hardop uit:

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Actiefoto’s van een geslaagd VDSMH-congres

Louise Cornelis Geplaatst op 8 juni 2023 door LHcornelis8 juni 2023  

Afgelopen maandag heb ik een korte introductie in lezergerichte adviezen schrijven gegeven op het congres van de Vereniging van Deskundigen Steriele Medische Hulpmiddelen in Breukelen. Dat was erg leuk!

De fotograaf van de vereniging, Sing Dekker, maakte foto’s die ik mag plaatsen hier, dus zo wordt het een rijkelijk geïllustreerde blogpost. Om te beginnen zie je hier op de achtergrond een oefening die ik veel gebruik:

Aan het microfoontje is te zien dat het om een grote zaal en groep ging: zo’n zeventig mensen. Dat is indrukwekkend, vond ik, want het totaal aantal leden van de vereniging is rond de honderd, dus ze weten voor zo’n congres een groot deel van hun leden te interesseren.

De ochtend was over vakinhoudelijke onderwerpen gegaan, in de middag was het thema communicatie, en dan vooral beïnvloeding. Ik trapte af, en na mij verzorgde Esther Giesselbach, organisatie-adviseur van het Maasstad Ziekenhuis, een uur over gesprekken. Esther en ik hadden het voorbesproken met elkaar zodat we een op elkaar afgestemd programma hadden. Dat pakte goed uit.

Inhoudelijk ging er een wereld voor me open, door hun teksten, casussen en ook wel door het rondje langs de stands dat ik maakte. Ik kom wel eens in een ziekenhuis dus ik kon het wel plaatsen en dat maakte het interessant.

Bovendien ken ik voldoende mensen in de zorg om te weten dat dit type adviseurs best wel moeite kunnen hebben om hun adviezen opgevolgd te krijgen. Daar ging het dus ook veel over.

Ik hoop dat ik een steentje heb bij kunnen dragen, ook al relativeerde ik de rol van schrijven in beïnvloeding en heb ik – hopelijk – aangezet tot vooral meer praten. En áls je dan gaat schrijven, doe het dan lezergericht. De reacties waren enthousiast.

Ik ging ook nog eens naar huis met een fles wijn en een bos bloemen – wat echt niet had gehoeven, want ik krijg er gewoon voor betaald, maar ik vind het wel heel leuk natuurlijk:

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Bullshitdetectie

Louise Cornelis Geplaatst op 25 mei 2023 door LHcornelis25 mei 2023  

Ik heb gister een webinar gevolgd dat, tot mijn verrassing, vandaag tot een dubbelpost kan leiden op dit blog en mijn andere over sport. Het was een webinar van Mysportscience Academy over pseudo-wetenschap in sport- en gezondheidsadviezen. Ik vond het erg leuk: inhoudelijk interessant, met een aanstekelijke dosis maatschappijkritiek, en goed gepresenteerd met fraaie visuals. Ik moest bijvoorbeeld lachen om de grote foto van een poepend rund toen het ging over de vele bullshit die er rondgaat.

Want daar ging het dus over: bullshit. Die is alomtegenwoordig. Gezondheids- en prestatieclaims die niet gefundeerd zijn op gedegen wetenschappelijk onderzoek en waar veel geld aan wordt verdiend. Die claims, die zijn talig, en daar is het raakvlak tussen mijn twee vakken.

Je bullshitdetector moet bijvoorbeeld afgaan bij vage woorden die wetenschappelijk klinken. Een voorbeeld was keto-adaptation: onduidelijk wat dat is, dus niet te meten; niet te testen.

Een voorbeeld dat mij erg aansprak ging over ‘oxygenated’ water, met zuurstof verrijkt. In een reclame daarvoor staat dat veel mensen een tekort hebben aan ‘schone’ zuurstof. Dat woord suggereert dat er ook ‘vieze’ zuurstof is. Maar dat is onzin.

Een tweede raakvlak is het domein van de drogredenen. Zo wordt er veel gepromoot met een beroep op vuistregels als ‘iets wat natuurlijk is, is goed’, de ad populum (‘als veel mensen het gebruiken is het goed’) en de autoriteitsdrogreden (‘als een succesvolle topatleet het gebruikt, is het goed’). Meer in het algemeen exploiteert de commercie onze gevoeligheid voor de ‘quick fix’. Die trucjes kun je leren doorzien.

Om een ander deel van de onzin te detecteren, moet je logisch nadenken. Bijvoorbeeld: hoe moet die zuurstof uit dat verrijkte water in je bloed komen? Dat gaat niet via de weg die water neemt, namelijk via je maag en darmen, maar via je longen. Voor andere claims heb je soms behoorlijk wat vakkennis nodig, en daar is dus een belangrijke rol weggelegd voor integere deskundigen.

Tot slot speelt media-wijsheid een rol. Media geven soms een heel rare draai aan onderzoek, en veel onzin wordt via de sociale media eindeloos herhaald.

Het is goed om sceptisch te blijven om niet in die onzin te trappen. Gebrek aan scepsis heeft zelfs vergaande consequenties. Al die niet-werkende nepmiddelen leiden af van het echte werk en kosten geld en tijd die je niet aan wel-werkende oplossingen kunt besteden. En er is echte schade. Op basis van holle claims is de omzet van de dieet-industrie bijvoorbeeld 71 miljard per jaar, en worden we gemiddeld alleen maar dikker – en ongelukkiger. Het belangrijkste effect van al die diëten is immers het beruchte jo-jo’en.

De sprekers, Asker Jeukendrup en Nick Tiller, waren zeer eensgezind in hun – voor mij dus verrassende – conclusie dat onderwijs in kritisch denken onontbeerlijk is. Daar begint het detecteren van bullshit. Ja, op de basisschool al, tot en met het hoger onderwijs. Ze zien dat echter veel te weinig. Ik kan het belang alleen maar beamen. En mijn vak heeft daar een rol in te spelen: leren de sturende kracht van taal te doorzien.

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Online registeranalyses

Louise Cornelis Geplaatst op 12 mei 2023 door LHcornelis12 mei 2023  

Het college van deze week was online. Ik ben namelijk al de hele week snipverkouden, woensdag zelfs met lichte koorts. Niet alleen hoefde ik zo zelf niet te reizen met m’n futloze lijf, ook kon ik zo niemand besmetten. Fijn dat dat tegenwoordig zo kan.

Ik had alleen al lang niet in Kaltura gewerkt, de toepassing die de Leidse universiteit gebruikt voor online video-colleges. Het was even zoeken hoe het ging, en het ging voor mij en enkele studenten gepaard met wat technische problemen met de camera’s. Dat deed me denken aan de begintijd van online werken, nu drie jaar geleden. Eigenlijk loopt het tegenwoordig meestal gesmeerd. Het ging gelukkig wel.

We hebben de registeranalyses van enerzijds de rapporten van het AcICT en anderzijds willekeurige ‘eigen’ adviesrapporten voortgezet. Mij werd vooral duidelijk dat de variatie binnen die twee groepen best groot is: bij een enkel talig verschijnsel week een AcICT-rapport duidelijk af, en in meer gevallen was er flinke variatie in de andere rapporten. Eén van die andere rapporten viel zelfs op door de grote afwijkingen, mogelijk omdat dat nogal veel getallen bevat.

Ik moest in elk geval mijn beeld bijstellen over de jargon-rijkdom van de AcICT-rapporten. Gemiddeld valt dat best wel mee. Er is geen adviesrapport zonder jargon, dat kan waarschijnlijk gewoon niet.

Iets wat me ook opviel, was de kleurloosheid van de bijvoeglijke naamwoorden. Die woordsoort heeft een slechte reputatie (voorbeeld schrijfadvies), maar toch troffen we er vrij veel aan, ongeveer evenveel bij het AcICT als in de andere rapporten. Best wel saaie: onderlinge (samenwerking), inhoudelijke (invulling), gezamenlijke (mijlpalen), noodzakelijke (functionaliteit).  Eén van de andere rapporten had bijvoorbeeld vaak intergemeentelijk in de frase ‘intergemeentelijk plan’. Als dat twaalf keer op één pagina voorkomt, denk ik inderdaad: dat kan best wel een beetje minder.

De resultaten van het tellen van de talige verschijnselen konden we woensdag makkelijk aan elkaar doorgeven via de chat. Online werken heeft best wel voordelen. Desalniettemin hoop ik woensdag weer fris en fruitig live in Leiden te kunnen zijn. Dat is dan al het laatste!

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Tellen is beperkt

Louise Cornelis Geplaatst op 4 mei 2023 door LHcornelis4 mei 2023  

Op het college van gister hebben we registeranalyse gedaan – letterlijk. We hebben allemaal een ander, recentelijk gepubliceerd rapport van het Adviescollege ICT-toetsing en een willekeurig ‘eigen’ adviesrapport.

Met allemaal bedoel ik: de zes studenten, en ik ook. Met zeven rapporten aan beide kanten hebben we een aardige massa om de rapporten van het AcICT te vergelijken met een – kleine – steekproef aan andere adviesrapporten.

Met letterlijk bedoel ik dat we gister aan het tellen zijn geslagen. Want dat is wat registeranalyse volgens Conrad & Biber is: kwantitatief met talige verschijnselen aan de slag, op basis van hypotheses over verwachte verschillen tussen genres. We hebben onder andere gebiedende wijzen, persoonlijke voornaamwoorden, toekomende tijden en lijdende vormen geteld.

Daaruit bleek vooral behoorlijk wat variatie, soms ook binnen de AcICT-rapporten. En er waren ook wat verrassingen. Ik noem er twee:

  • Met een enkele uitzondering vonden we in de rapporten nauwelijks die toekomende tijden, gedefinieerd als voorkomens van zul (inclusief zult en zullen) en zal. Ik zou voorspeld hebben dat het meer is, aangezien adviseren gaat over toekomstige activiteiten. In mijn twee rapporten vond ik in totaal welgeteld één zal, dat was alles. Verrassend. Ik heb ook niet zo gauw een verklaring. Het gebruik van zullen is in sommige kringen taboe, omdat het als wollig wordt gezien, misschien is dat het?
  • In de AcICT-rapporten troffen we meer passieven aan dan verwacht. De hypothese was dat de directheid die het Adviescollege voorstaat daar strijdig mee is. Toch waren het er nog best wel veel. We telden in het advies-gedeelte. In mijn AcICT-rapport waren het er zes, tegen acht in een vergelijkbaar volume in het ‘andere’ rapport. Dat ontloopt elkaar niet veel. Maar ik zag al gauw dat het om heel andere passieven ging.
    • In mijn ‘andere’ rapport, dat over de fundering van ons huis waar ik over vertel in het filmpje in de e-learning, was de verzwegen handelende persoon van elk van de passieven de ik of wij van de adviseurs: er wordt geadviseerd, er wordt geconcludeerd, er wordt verwacht. Persoonlijke voornaamwoorden van de eerste persoon komen er dan ook niet in voor. Het rapport lijkt daarmee op hoe er in de wetenschap geschreven wordt: onpersoonlijk.
    • In mijn AcICT-rapport was de verzwegen handelende persoon nooit wij. Als het AcICT het over zichzelf heeft, schrijft het gewoon wij. De passieven betroffen meestal juist de kant van de lezers, bijvoorbeeld:

Zorg dat er invulling wordt gegeven aan de volgende punten:

Werk (…) een scenario uit waarbij GPS (…) moet worden aangepast

Dat laatste punt, dus het verschil in hoe de lijdende vormen gebruikt worden, is kwalitatief, dus dat kom je niet op het spoor als je alleen maar telt. Tellen is een goede start, maar getallen zeggen niet alles.

Ik vond het tellen leuk, dat is ‘echt’ onderzoek-in-actie. We gaan er volgende week mee verder. Wordt vervolgd dus!

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Anders denken over roddelen

Louise Cornelis Geplaatst op 1 mei 2023 door LHcornelis1 mei 2023  

Afgelopen woensdag heb ik een leuk webinar gedaan. Het werd georganiseerd door SIOO en het ging over boeken. Ik had gekozen voor de workshop bij het boek Roddel je naar de top van Dominique Darmon, ook de workshopleidster. Dat onderwerp maakte me nieuwsgierig: hoe roddelen een positieve communicatievorm kan zijn.

Dat was ook inderdaad het belangrijkste inzicht uit de workshop: dat roddelen een slechte reputatie heeft, maar dat we het allemaal doen (het is universeel menselijk) en dat het ook goed en nuttig kan zijn. Als je nooit roddelt, zit je bijvoorbeeld niet in de sociale kanalen. Dan hoor en weet je niks buiten het officiële kanaal om, en dat is te beperkt.

Interessant vond ik om te beginnen de definities. Roddelen is over iemand praten als die persoon er niet bij is, en dat kan dus ook positief zijn. Als je roddelt, praat je over wat je zelf hebt waargenomen en wat dus ‘waar’ is. Dat is iets anders dan een gerucht verspreiden – dan praat je over iets wat je niet zelf hebt ervaren en wat dus niet waar hoeft te zijn. Dat maakt de mogelijke onderwerpen ook breder.

Om okee te zijn, kent roddelen een ‘sweet spot’ van onder andere tijd, plaats, cultuur, onderwerp, hoeveelheid, met en over wie die maakt of roddelen positief of negatief uitpakt. Aardig weetje daarin vond ik dat in Nederland roddelen over hoe iemand eruit ziet gevoeliger ligt dan in andere landen. Inderdaad voelde ik gêne bij het voorbeeld.

Ik had zelf net een werksituatie meegemaakt die ik ongemakkelijk had gevonden – er werd toen nogal gepraat over iemand die er niet bij was. Ik vond eigenlijk dat ik te veel hoorde, dus dat ik dingen hoorde die ik niet wilde horen. Het was schipperen voor me geweest om het gesprek in goede, meer productieve banen te leiden. Dat was werk-inhoudelijk en ik had het daarom op het moment zelf niet als roddelen gedefinieerd, maar in de workshop dacht ik: dat was het dus wel. En dat ik me er ongemakkelijk bij voelde, illustreert hoe nauw het komt. Het was te veel.

Een andere herinnering die de workshop opriep was een positieve. Hoe nodig roddelen is, daaraan moest ik denken toen het ging over hoe het verdween tijdens de lockdowns. Ik had het toen moeilijk omdat alle contact met m’n groepen en de mensen met wie ik samenwerk beperkt werd tot ‘on stage’ communicatie via de webcam: functioneel, met z’n allen, netjes en keurig. Koffie dronk ik in mijn eentje, niemand bracht me naar de deur. Dan hoor ik dus alleen de brave dingen. Ik herinner me nog hoe ik midden in de eerste lockdown bij wijze van uitzondering toch naar een opdrachtgever ‘mocht’ en hoe zeer ik toen genoot van het praatje bij de koffie. En ja, toen hebben we geroddeld. En wat knapte ik daarvan op! Eindelijk hoorde ik weer eens iets anders. Ik ervoer dat toen vooral als warm bad van onderling contact. 

Dat roddelen toen was toen niet schadelijk, en dat hoeft dus ook echt niet. Ondanks al die boodschappen die we allemaal hebben gehoord: dat het niet hoort, niet mag, schaadt, enzovoort. Het is voor mij woensdag uit de taboe-sfeer gekomen!  

 

Geplaatst in Leestips, Opvallend | Geef een reactie

Taalkundige hokjes zijn beperkt

Louise Cornelis Geplaatst op 14 april 2023 door LHcornelis14 april 2023  

Afgelopen woensdag zijn we op college verder gegaan met registeranalyse. Als je, zoals we vorige week deden, een goede analyse van de context van de twee te vergelijken genres hebt gemaakt, kun je op basis daarvan hypotheses afleiden over het verschil in talige kenmerken tussen die twee genres. Vervolgens kun je die talige kenmerken gaan tellen. Dan blijkt of je hypothese klopt of niet. Met twee opties:

  • Als de hypothese klopt, is dat mooi en probleemloos: wat je bedacht had, wordt bevestigd. Dat is okee, maar ook een beetje nogal-wiedes. Vorige week werkten we met recepten versus restaurantrecensies. Je kan zó bedenken dat er in recepten meer gebiedende wijzen voor zullen komen en in restaurantrecensies meer evaluatieve bijvoeglijke naamwoorden. En dat is ook zo – ja, nogal wiedes dus.
  • Als de hypothese niet klopt, kun je kijken of je iets in je contextanalyse of andere aannames moet herzien. Eigenlijk is dat het leerzaamste: je moet iets bijstellen in het voortraject. Dat ‘m zitten in de situationele analyse, maar ook in hoe je naar de talige kenmerken kijkt.

Dat laatste bleek woensdag het geval. De studenten hadden  kleine registeranalyses gedaan door van dezelfde persoon twee verschillende uitingen te contrasteren. Er waren twee resultaten, allebei met persoonlijk voornaamwoorden, die niet in lijn waren met de hypotheses:

  • Voor een tweet was de hypothese: persoonlijk voornaamwoorden van de tweede persoon zou aantreffen. Met je en jullie kun je immers de lezer aanspreken, en dat past bij het interactieve karakter van het medium, althans, van deze tweet. Dat bleek niet zo te zijn, althans, in de tweet in kwestie werd de lezer aangesproken met iedereen (iets als ‘hoe is het met iedereen?’). Iedereen is niet officieel een persoonlijk voornaamwoord van de tweede persoon natuurlijk, maar hier vervult het wel degelijk die functie.
  • Voor een interview over een creatief proces hadden we verwacht dat we er persoonlijk voornaamwoorden van de eerste persoon zou aantreffen, omdat de spreker vertelt over een eigen ervaring. De spreker bleek echter over zichzelf te praten met je. Ik ken dat als ‘voetballers-je‘: vroeger hoorde je voetballers zo praten over zichzelf; tegenwoordig zijn ze media-getraind en hoor je het minder vaak, is mijn indruk. Opnieuw: officieel is je geen persoonlijk voornaamwoord van de eerste persoon, maar hier vervult het wel degelijk die functie.

In beide gevallen moet je als onderzoeker dus je aannames herzien: niet alleen wat ‘officieel’ tot de taalkundige categorie in kwestie behoort, kan de functie vervullen die je verwacht. Zo gaat dat met taal: die taalkundige categorieën zijn maar een beperkte poging om wat er in echte communicatie gebeurt in hokjes te stoppen.

Je kunt hier denk ik twee kanten op: je rekt je definitie van eerste en tweede persoon op of je formuleert de hypothese los van de taalkundige hokjes. In beide gevallen kom je uit op iets als ‘alles wat naar de lezer/de spreker zelf verwijst’. Ik denk dat dat kan werken, maar je krijgt zo wel andere problemen met tellen en interpreteren. Want welke iedereen betekent echt iedereen en welke is eigenlijk jullie? Welke je bedoelt de spreker?

Ik zou vooraf eigenlijk hebben bedacht dat je persoonlijk voornaamwoorden makkelijk kunt afbakenen en dus tellen, veel makkelijker dan bijvoorbeeld ‘jargon’ of ‘evaluatieve werkwoorden’, maar ook dat is dus niet zo recht-toe-recht-aan. Precies dat is essentieel bij registeranalyse: je moet heel precies afbakenen wat je telt en je verantwoorden voor hoe je telt. Omdat die hokjes dus maar beperkt zijn.

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Communicatieve functie voorop

Louise Cornelis Geplaatst op 6 april 2023 door LHcornelis6 april 2023  

Het college van gister was de start van het tweede deel van Tekstanalyse. We gaan daarin uiteindelijk inzoomen op adviesrapporten en daar registeranalyse op loslaten, maar daarvoor leren de studenten eerst de stappen die je daarvoor moet zetten:

  1. Het in kaart brengen van de situationele context van het desbetreffende genre. Dat was het onderwerp van gisteren. Je doet registeranalyse altijd in contrast, en gister hebben we de context in kaart gebracht van twee genres die met eten te maken hebben: recepten versus restaurantrecensies.
  2. Het opstellen van hypotheses over de verschillen in taalgebruik tussen de genres die je verwacht op basis van de verschillen in hun situationele context. Zo verwacht je in een recept op grond van het instructieve karakter van de tekst meer gebiedende wijzen en in een restaurantrecensie meer evaluerende bijvoeglijke naamwoorden. Dat ligt nogal voor de hand, onderzoek naar wat subtielere verschijnselen is wellicht interessanter. Ik denk zelf dat je in een recept relatief meer hoog-frequente, simpelere woorden aantreft dan in een recensie, ook vanwege dat recht-toe-recht-ane van een instructie dat geen ruimte biedt voor ’taalspel’, maar één van de studenten merkte op dat een specialistisch woord als blancheren ook in een recept voor kan komen. De betekenis daarvan moesten we even opzoeken. Onderzoek naar woordgebruik zou een mooi doel van registeranalyse kunnen zijn.
  3. Het bepalen van de frequentie van het te onderzoeken talige verschijnsel. Dus dan ga je daadwerkelijk gebiedende wijzen en bijvoeglijke naamwoorden tellen en van de gebruikte woorden bepalen hoe frequent ze zijn (daar zijn lijsten voor).
  4. Conclusies trekken, verklaren – stap 1 en 3 op elkaar betrekken. Vooral interessant natuurlijk als de hypotheses niet bevestigd worden.

Toen ik het college voorbereidde, zag ik dat ik een paar jaar geleden dit citaat uit het boek had laten zien, waar het gaat over het primaat van de communicatieve functie van een tekst:

Ik heb het nu niet gebruikt maar ik vind het nog steeds wel een grappige omschrijving van hoe taal – inderdaad – niet werkt. Ineens hoorde ik er nu bovendien een echo in. Toen ik onlangs bij de NACV-meeting was, zei een van de sprekers iets soortgelijks over leren schrijven: dat het het communicatieve doel is dat altijd voorop moet staan in schrijfonderwijs, en niet de lagere-orde-eisen zoals foutloos formuleren en spellen.

Inderdaad, niemand gaat schrijven met het doel of uit de behoefte geen fouten te maken. Dat ligt nogal voor de hand, maar ik had het zo nog niet eerder bekeken.

Met de grote nadruk op begrijpelijkheid en correctheid in het onderwijs lijkt schrijven wel eens daarom te gaan. Maar nee, de communicatieve functie staat altijd voorop. Wat daar dan voor taal bij past, leid je daarvan af.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Even mopperen op PostNL

Louise Cornelis Geplaatst op 4 april 2023 door LHcornelis4 april 2023  

Je moet wel onder een steen leven om niet te merken dat de publieke voorzieningen niet meer zijn zoals ze vroeger waren. Vorige week keek ik echter toch nog verbaasd op van PostNL.

De context was dat een pakket met boeken voor mij dagen vertraagd was, met van die onduidelijke berichten als:

Ik heb zelf de laatste tijd veel boeken verstuurd ook, onder andere als presentexemplaren voor de geïnterviewden en proeflezers die niet bij de presentatie konden zijn. Ook die kwamen niet allemaal even vlot aan. Ik was dus al een tikje geprikkeld.

En toen ging ik met nog een te verzenden boek naar het ‘servicepunt’ van PostNL in de Primera. Dit exemplaar moest naar Amerika. Dat zei ik tegen de medewerkster.
‘Naar Engeland’ zei zij.
‘Nee, Amerika – VS’.
‘Ja, dat is Engeland toch?’
Ik USA aanwijzen op de envelop.
Ja, Engeland.
Nee-hee…

Toen giechelde ze maar wat en op dat moment hoorde ik achter me iemand bits ‘Dat kan helemaal niet’ zeggen. Ik dacht nog even dat dat sloeg op het door elkaar halen van de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk, maar nee, het sloeg op het verzenden van een pakje naar de VS.

Wat? Ik kan bij een servicepunt van de post iets niet verzenden met de post?
Nee, dat moest ik zelf doen.
‘In de app’.

Ik ben het servicepunt uitgebriest, nog iets roepend over een heftig verlangen naar het postkantoor van vroeger.

Ik ben er later op de dag ongeveer een half uur mee bezig geweest. Niet ‘in de app’ maar op de website. Ik moest van alles invullen, een boel persoonsgegevens achterlaten natuurlijk ook, online betalen, het etiket zelf printen en op de envelop plakken. Gelukkig ben ik digitaal vaardig genoeg en heb ik een printer en overige benodigde spullen, maar dat geldt niet voor iedereen natuurlijk.

De week ervoor had ik ook al een boek naar Engeland (ja, toen wel) verstuurd, en dit leek er eigenlijk heel veel op. Ik snap niet waarom VK wel kan bij een servicepunt en VS niet. 

Het wordt allemaal steeds ingewikkelder, steeds onpersoonlijker, je moet steeds meer zelf doen, mensen met kunde zijn wegbezuinigd – en er gaat aan de private kant ook wel eens wat failliet: de Office Centre hier om de hoek mis ik ook nog steeds enorm, voor m’n toner en papier enzo. Het is misschien allemaal klein leed, maar het maakt voor een zelfstandige de bedrijfsvoering bepaald niet makkelijker.

En ondertussen ronkt de website over ‘miljoenen tevreden gebruikers’…

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Nood aan input
  • Schrijven vraagt om precisie
  • John Searle RIP
  • Komma’s uit de jaren ’70
  • Terug uit Ierland (3/3): limericks uit Limerick

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (319)
  • Opvallend (549)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (154)
  • schrijftips (895)
  • Uncategorized (46)
  • Veranderen (39)
  • verschenen (205)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • oktober 2025
  • september 2025
  • augustus 2025
  • juli 2025
  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑