De afgelopen weken ben ik bezig geweest met het, in hoog tempo, herschrijven en publiceren van de roman die ik vorig jaar in concept schreef. Ik heb dat gedaan als feuilleton op mijn andere weblog, met elke dag een aflevering. Het is na te lezen door vanaf het begin de dagelijkse weblogposts te volgen. Dat is nog een beetje omslachtig, zeker ook omdat de data van het verhaal zelf anders zijn dan die van de weblogposts, terwijl het verhaal ook weblog-achtig van vorm is, dat loopt wat vreemd door elkaar. Daar ben ik zelf niet helemaal tevreden over, maarja, ik zag geen betere manier. ik wil nog wel gaan zorgen voor een wat makkelijker leesbare variant, maar dat kan even duren.
Ik doe elk jaar rond de Tour de France een schrijfproject, vooral erop gericht om er zelf van te leren (in een tijd van het jaar die qua werk verder rustig is). En dan vind ik het niet alleen leuk als andere mensen het kunnen volgen, het is ook noodzakelijk: mijn schrijven krijgt pas echt vorm als ik weet dat het gelezen kan en zal worden.
Vorig jaar, bij het schrijven van de eerste versie, was ik vooral gericht op het ontwikkelen van het verhaal en het draaien van ‘productie’: volgens de methode die ik toen volgde (en die me erg goed bevallen is), moest ik dan zo’n 1600 woorden per dag halen, en dat was af en toe stevig aanpoten. Ik herkende nu bij het herschrijven stukken waarvan ik dacht: pfff, wat een onzin/moeilijkdoenerij/uitweiding – maarja, vorig jaar leverde dat een boel woorden op. Eerder had ik mezelf nog niet op die woordenmassa’s weten te betrappen: mijn eerdere herschrijfactiviteiten waren nog niet echt lezergericht geweest, maar vooral inhoudelijk. Dat is voor mij het meest leerzame geweest: dat vreemde ogen dwingen, of liever gezegd: dat schrijven verandert op het moment dat het echt gelezen gaat worden.
De roman is nog zeker niet ‘af’. Aan zoiets moet je met regelmatig herschrijven langdurig slijpen en bijslijpen. Gaandeweg heb ik alweer dingen bedacht die anders zouden moeten, kleine inhoudelijk dingen bijvoorbeeld. En als ik er echt nog veel tijd in wil stoppen, zou ik een volgende herschrijving eens een heel ander perspectief geven, want dat blijft wel een beetje worstelen: de vorm is alsof het Frances’ dagboek is, een beetje zoals Bridget Jones. Maar om de lezer voldoende op de hoogte te houden, kon ik er niet omheen om af en toe dingen te schrijven en uit te leggen die zo’n meisje echt niet in haar dagboek zou zetten. Het bleef schipperen en wringen, en misschien zou ik het eens over een andere boeg moeten gooien.
Ik heb vorig jaar voor deze vorm gekozen omdat ik zelf dagelijks morning pages schrijf en dus vertrouwd ben met deze vorm, hij rolt makkelijk uit mijn pen, makkelijker (denk ik) dan andere perspectieven, en dat leek me een pré bij zo’n eerste roman. Ik dacht vorig jaar, en blijf dat denken, dat het verhaal zich echter ook zou lenen voor een filmscript. Daar heb ik alleen helemaal geen ervaring mee.
De lol van het schrijven zat hem vooral in het scheppen van de fictieve wereld. Dat was vorig jaar intenser dan dit jaar. Toch was het ook weer leuk, en kropen Frances, Mike en Juan weer in mijn gedachten en onder mijn huid. Dat is iets wat ik zeker nog wel vaker mee wil maken!