↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Projectvoorstellen: van kenmerken naar voordelen

Louise Cornelis Geplaatst op 12 oktober 2018 door LHcornelis11 oktober 2018  

Ik had laatst een overleg bij een opdrachtgever in de zakelijke dienstverlening die bezig is met het verbeteren van de projectvoorstellen. Ze hebben onder andere daarom het piramideprincipe geïntroduceerd, want er moet meer ‘kern’ (hoofdboodschap) in de teksten komen. Maar ook nog iets anders, en ik had steeds een beetje moeite met onder woorden brengen wat dat was. 

In de aanloop naar het overleg pakte ik het boek over voorstellen erbij: Projectvoorstellen en offertes die scoren tweedehands verkrijgbaar van Mariët Hermans. Uit 2004 alweer, en alleen nog maar – jammer, want het is hartstikke goed. Dat bleek maar weer, want daarin stond precies verwoord waar ik naar zocht.

Waar het om gaat bij het offreren in de zakelijke dienstverlening is dat je de kenmerken van de dienstverlening en van je organisatie vertaalt naar voordelen voor de klant. Op p. 44/45 van het boek staan een aantal mogelijke sterke punten van een organisatieadviesbureau opgesomd, met daarachter wat het voordeel daarvan is voor de klant. Een paar voorbeelden die mijn opdrachtgever herkenbaar vond:

Kenmerk: Ruim 70 jaar ervaring.
Voordeel: Stabiel bedrijf, continuïteit gewaarborgd, bewezen kwaliteit. Uw probleem in ervaren handen.

Kenmerk: Multidisciplinair.
Voordeel: Uw probleem wordt opgelost vanuit meerdere invalshoeken. Eén aanspreekpunt, bespaart tijd en geld.

Kenmerk: Alle adviseurs hebben een hoog opleidingsniveau.
Voordeel: U krijgt goede gesprekspartners die met u meedenken. Uw probleem komt in deskundige handen.

Ik moest ook nog denken aan het nogal plastische voorbeeld dat ik lang geleden eens hoorde in een lezing op een dag voor zelfstandigen: als je boren verkoopt (kenmerk), lever je gaten – dat is wat je klanten willen.

Waar het dus om gaat, is niet opsommen waar je allemaal zo goed in bent, maar die sterke punten verwoorden in termen van voordelen voor de klant. Er zijn drie heel duidelijke relaties met goed schrijven, de eerste twee piramidaal, de derde stilistisch:

  • Het voordeel voor de klant is ook het antwoord op de ‘so what’-vraag. ‘Wij hebben ruim 70 jaar ervaring’. Ja, dus? Nou en? So what? ‘Uw probleem komt in ervaren handen’. Aha!
  • Het kenmerk vormt een onderbouwing van het voordeel: ‘U krijgt goede gesprekspartners die met u meedenken, want al onze adviseurs zijn hoog opgeleid’.  
  • Als een voorstel veel we bevat, duidt dat op te veel beschrijven van kenmerken (‘wij werken multidisciplinair’) in plaats van voordelen (‘u bespaart tijd en geld, want u heeft één aanspreekpunt terwijl uw probleem wordt opgelost vanuit meerdere invalshoeken’).

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

De cavia: mijn tijd vooruit

Louise Cornelis Geplaatst op 9 oktober 2018 door LHcornelis9 oktober 2018  

Ik gebruik al twintig jaar hetzelfde voorbeeld om het verschil tussen een onderwerp en een boodschap uit te leggen. Onderwerp: de cavia. Zoals op school vroeger: ‘mijn spreekbeurt gaat over de cavia’. Boodschap: de cavia is een erg geschikt huisdier voor drukke, werkende mensen;  ‘In mijn spreekbeurt ga ik betogen dat de cavia een erg geschikt huisdier is voor…’. Een boodschap stuurt en heeft een doel, roept een vraag op (‘waarom?’) en daarmee een verwachting over de inhoud. Voor de spreker/schrijver maakt een boodschap het mogelijk om hoofd- en bijzaken van elkaar te scheiden en ordening aan te brengen. 

Uit een column van Ellen Deckwitz in de NRC van afgelopen donderdag (dierendag; p. C22) begrijp ik dat de cavia op het ogenblik heel populair is. De kop van de column is zelfs ‘De grote caviarage’. Deckwitz had al langer cavia’s, ze vond ze als kind al lief en aanhankelijk. Ze werd voor gek versleten (wat ik, als hamsterbaasje, herken), maar nu ineens is ze hip. Ze heeft recentelijk meerdere interviewaanvragen gekregen over haar huisdieren. Cavia-foto’s op Instagram trekken honderdduizenden volgers, en dat is dan ook de oorzaak van de populariteit: cavia’s zijn heel fotogeniek.

Deckwitz bespreekt ook de keerzijde van zo’n rage: als de hype voorbij is, worden straks talloze cavia’s afgedankt en bij een opvang gedumpt (of erger). Ook dat herken ik – als het Nederlands elftal eens wél een eindronde haalt op WK of EK, zitten de oranjekleurige hamsters in de lift, en die belanden kort daarna al in de opvang: als de baasjes op vakantie gaan. Tsja.

Met haar al langer durende cavia-liefde noemt Deckwitz zichzelf ‘visionair’ – ze is ineens van sneu in cool veranderd. Mag ik me daarbij aansluiten en concluderen dat ik met mijn cavia-voorbeeld mijn tijd ver vooruit was? Als argument gaf ik onder andere ook dat ze lief en aanhankelijk zijn, maar inmiddels moet ik daaraan toevoegen: omdat ze zo leuk op de foto staan.

Of ik moet een heel ander voorbeeld geven. ‘In mijn spreekbeurt ga ik betogen dat je je cavia niet af moet danken als straks de hype voorbij is’. 

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Structuur aankondigen ≠ inhoud beschrijven

Louise Cornelis Geplaatst op 8 oktober 2018 door LHcornelis5 oktober 2018  

De afgelopen tijd kwam in mijn trainingen regelmatig het onderwerp ‘aankondigen van de structuur’ aan de orde. Als je schrijft volgens het piramideprincipe, kun je dat in één simpele zin doen. Na de  hoofdboodschap volgt  bijvoorbeeld iets als

Daarvoor zijn drie redenen, die in de drie hoofdstukken uiteengezet zullen worden.

Dat ondervangt de lange en in mijn ogen zinloze beschrijving van de inhoud:

In hoofdstuk 1 zullen we zien dat… In hoofdstuk 3 komt… aan de orde en daarna zullen we dus in hoofdstuk 4 zien hoe… Hoofdstuk 5 gaat daarna in op…

Daar heeft een lezer geen houvast aan, dat kan-ie toch niet allemaal onthouden. Ik heb dus nog nooit een lezer daar enthousiast over gehoord. Ook al zie je ze heel vaak, en de laatste tijd  hoorde ik een paar mensen zeggen dat ze zoiets verplicht in hun scriptie moesten opnemen (waarop ik zei dat het academisch onderwijs wel meer slechte schrijfgewoontes aankweekt…).

Het zat nog in mijn hoofd om weer eens een blogpost te schrijven over de structuur aankondigen, dus schoot ik net in de lach toen ik een wel heel ingewikkelde beschrijving van de inhoud tegenkwam. Een hoofdstuk van een voorstel opent direct na de hoofdstuktitel met iets als:

We gebruiken vijf indelingsprincipes. Die passen we toe per sector. De vraag hebben we ingedeeld naar drie thema’s: X, Y en Z. De analyse daarvan structureren we aan de hand van drie criteria: A, B en C. 

Bent u er nog, bij deze vierdimensionale opsplitsing?

Toen volgde de eerste paragraaf, en die luidde ‘definities’. Huh? De vijfde dimensie?

Pas toen ik beter ging kijken, zag ik dat die eerste zinnen een soort mini-samenvatting van de inhoud van het hoofdstuk waren en dus wel degelijk de rode draad expliciteren. Althans, gedeeltelijk: de sectoren komen niet nader aan de orde, die zijn waarschijnlijk bekend bij de lezer. De indelingsprincipes, thema’s en criteria volgen in de paragrafen 2, 3 en 4. Definities banjert daar in z’n eentje dwars doorheen.

Als je het lezers moeilijk wilt maken, moet je het zo doen! 

Mijn idee voor een herschrijving:

Je kunt vanuit drie invalshoeken naar dit probleem kijken. In de paragrafen na ‘definities’ bespreken we die.

Nog niet de schoonheidsprijs, maar beter dan dit wordt het niet zonder grondige herverkaveling van de structuur. In boodschappen in plaats van analytische categorieën.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Tussenin-koppen

Louise Cornelis Geplaatst op 4 oktober 2018 door LHcornelis5 oktober 2018  

Afgelopen maandag werd ik er in een overleg met collega Roy van de Oberman Groep op geattendeerd dat er koppen zijn die het midden houden tussen analytisch en adviserend. Even later bedacht ik er een voorbeeld bij dat direct aansloot bij mijn ervaring op dat moment. Ik ervoer een probleem aan de OV-fiets waar ik op reed, en dat zou ik op drie manieren kunnen uitdrukken:

  1. De band is zacht (analytisch: constatering van een probleem).
  2. Pomp de band op (adviserend: oplossings- en actiegericht)
  3. De band kan wat meer lucht gebruiken (tussenin: oplossings- maar minder actiegericht)

Als koppen zijn alle drie de vormen geschikt, alleen zou ik het voor de derde variant lastiger vinden om de rode draad eenduidig aan te kondigen. Zo van: hieronder vindt u de oorzaken (1), hieronder vindt u de adviezen (2), hieronder vindt u wat er zoal aan zou kunnen gebeuren (3)?

Maar verder mooie oplossing voor als adviezen als te sturend ervaren worden. Dan moet je 3 misschien dus maar gewoon adviezen noemen? 

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Papierloos heeft voor trainer nadelen

Louise Cornelis Geplaatst op 3 oktober 2018 door LHcornelis3 oktober 2018  

Gister had ik het over digitale ontwikkelingen, vandaag nog eentje, maar dan anders: elk digitaal voordeel hep z’n nadeel. Hier drie ontwikkelingen die ik als (deels) nadelig ervaar in mijn werk, en die alle drie te maken hebben met het oprukkende papierloze werken in organisaties:

  • Wat met m’n mooie spulletjes? De eerste is heel erg vanuit mijn eigen belang geredeneerd. Ik heb een paar jaar geleden schrijfmateriaal laten maken voor deelnemers aan trainingen: pen, blok en map. In toenemende mate kan ik dat niet meer kwijt, omdat er in steeds meer organisaties helemaal digitaal gewerkt wordt. Ze hebben dan zulke spullen niet meer nodig, maar ze kunnen ze eigenlijk ook nergens kwijt.
    Gister bijvoorbeeld, toen kreeg ik het van zes van de negen deelnemers weer terug, en mogelijk hebben de resterende drie het alleen meegenomen uit beleefdheid. Want de ’teruggevers’ maakten hun excuses – ze ervoeren het wel degelijk als een cadeau, en dat geef je niet terug. Maar ze konden er niks mee. Hmm, wat nu? 
  • Misbaar om papier. Ik krijg steeds meer commentaar op het papier dat ik toch gebruik. Ik doe bijvoorbeeld werkvormen met eigen schrijfwerk die niet anders dan op papier kunnen, en dat leidt soms tot behoorlijk wat printwerk. Soms ook tot behoorlijk wat te veel printwerk, bijvoorbeeld als iemand rekent op tien deelnemers om een fors document mee te bespreken en een dat stuk met bijlagen print, en dan komen er maar vijf opdagen en de bijlagen hadden niet gehoeven. Ja, dat is zonde van het printwerk.
    Maar ik moet zeggen dat ik het misbaar dat sommigen daarover maken ook wel wat overdreven vind. In een wereld én organisatie van verspilling zijn een paar tevergeefse printjes geen wereldramp, en zo klinkt het tegenwoordig wel. Ik kreeg laatst bijvoorbeeld vrij pittige feedback over een papieren handout die volgens de feedbackgever meteen weer in de prullenbak zou liggen. Dat was een schande. En dat in een bedrijf waar ze in leaseauto’s rijden en voor van alles vliegen.
    Nouja, er is wel meer op milieugebied erg ‘penny wise, pound foolish’. Begrijp me niet  verkeerd: ik vind het wel degelijk zonde om bomen om te hakken voor zinloos printwerk. Maar waar gehakt wordt, vallen spaanders, en laten we een paar nutteloze printjes alsjeblieft zo zien, en niet als meer dan dat.
    (Overigens is het papier dat ik zelf gebruik gerecycled.)
  • Geen controle. In het verlengde daarvan: het probleem voor mij als trainer is dat ik over wat er op een beeldscherm gebeurt geen controle heb. In papierloze organisaties hebben mijn deelnemers hun laptop of tablet nodig om aantekeningen te kunnen maken. Dat is prima natuurlijk, maar ik kijk tegen de achterkanten van opengeklapte schermen aan, en ik zie niet wat er op dat scherm gebeurt – misschien wel filmpje kijken, en zeker af en toe e-mail lezen. En dergelijke. 
    Heel specifiek: ik heb ook geen controle op het invullen van de evaluatieformulieren. Een organisatie waar ik voor werk is – alweer een tijdje geleden – overgegaan op evaluatieformulieren voor de trainingen die de deelnemers op hun telefoon toegestuurd krijgen, zo’n beetje op het tijdstip dat de training afgelopen is. Vroeger waren het papieren formulieren die ik uitdeelde, de deelnemer in liet vullen en leveren, zodat ik ze verzamelde en meteen doorgaf. Dat was in vijf minuten gepiept en het ging alleen maar niet goed als er een deelnemer eerder weg moest. 
    Nu heb ik geen enkele controle over wat de deelnemers ermee doen, en dat gaat nogal eens mis. De ‘response rate’ is eigenlijk nooit 100 procent (ook al beloven ze het allemaal wel), sommigen vullen het pas dagen later in, en laatst kreeg ik van een deelnemer een mailtje dat ze het formulier niet had gehad, terwijl degene die er verantwoordelijk voor was, beweerde dat dat echt wel zo was. Ja, zoek het maar uit…
    Mijn indruk en die van een collega-trainer bij deze organisatie is dat bij een lage response rate en bij uitgesteld invullen onze gemiddelde score daalt. Hij kan zeer zeker dalen, ook wel meegemaakt, als er tussen het einde van de training en de evaluatie een groepsgesprek heeft plaatsgevonden waarin een belangrijke deelnemer zei dat hij/zij het niks vond – ook meegemaakt. Althans, dat was een keer de enige manier waarop ik de evalatieresultaten kon begrijpen, en die keer zat er lang tussen mijn laatste contact en de evaluatie.
    Papierloze organisatie – slechtere trainers? Wel dus als je op de evaluaties afgaat. Gelukkig weten de meeste organisaties de evaluatieresultaten wel te relativeren (daar zijn meer redenen voor, vooral dat het ‘pleasen’ van de deelnemers niet altijd leidt tot de beste training). Maar onhandig vind ik het wel.
Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Verdwenen: prezi en zwarte achtergrond?

Louise Cornelis Geplaatst op 2 oktober 2018 door LHcornelis2 oktober 2018  

Ai, alweer voor mijn doen lang niet geschreven. Dit keer simpelweg omdat ik te druk was, onder andere met in anderhalve week vier hele dagen in Amsterdam (met de huidige treinen-drukte geen sinecure). Al dat werkt heeft wel een boel schrijfinspiratie opgeleverd, dus ik maak mijn blogachterstand ook weer goed!

Eerst twee ‘goh, dat is lang geleden’-observaties:

  • Bij een opdrachtgever bespraken we een presentatie met een zwarte achtergrond. Ik kan me niet heugen een zakelijke, inhoudelijke presentatie gezien te hebben – dat is echt jaren geleden. Met ‘zakelijk, inhoudelijk’ bedoel ik dat de slides gevuld zijn met tekst, grafieken, tabellen en conceptuele beelden – ik heb zelf onlangs nog twee keer een presentatie gemaakt met een zwarte achtergrond, maar die bestond uit bijna alleen maar foto’s – van ‘Down Under’, want ik heb verhalen verteld over fietsen in Nieuw-Zeeland en op Tasmanië. De slides zijn dan echt dia’s, en dat is anders dan het materiaal waar ik bij mijn opdrachtgevers mee werk. Te anders, overigens – ik denk dat veel zakelijke presentaties ervan zouden opknappen als het beeld meer leidend werd.
    Maar goed, terug naar het punt: als ik het me goed herinner, deed McKinsey al toen ik daar twintig jaar geleden werkte de zwarte of donkerblauwe achtergrond in de ban. Om te printen is het hopeloos, en voor projectie noodzaakt het tot een verduisterde zaal, wat niet goed is voor de interactie. Allebei terecht, mijns inziens. 
    De presentatie had nu op één van de aanwezigen een grote aantrekkingskracht, vanwege het verrassingseffect van die achtergrond. Je kunt er nu dus juist mee opvallen! 
  • Toen het ging over presentaties en PowerPoint kreeg ik de vraag wat ik van Prezi vind. Vind? Vond. Althans, dat realiseerde ik me: ik heb al in geen jaren meer een Prezi gezien. Op dit weblog kan ik nagaan dat ik er in 2011 mee kennismaakte. Ik was er wel enthousiast over toen, al waren er ook wel wat nadelen, waarvan ik hoopte dat het kinderziektes zouden zijn. Belangrijkste voordeel ten opzichte van PowerPoint, zo kwamen we er ook op, is dat het meer samenhang kan bieden. PowerPoint kan alleen maar slides als een lineaire ketting achter elkaar zetten. Prezi kon in- en uitzoomen en daardoor bijvoorbeeld deel-geheelrelaties en hiërarchie visueel maken. Maar het heeft het niet gehaald, althans, dat is mijn observatie: het is weg. PowerPoint is te dominant, denk ik, en misschien waren de nadelen ook wel te groot? Dat is jammer. Van PowerPoint zien veel mensen al decennialang de nadelen, maar er verandert of verbetert niet veel aan. Typisch een winner-take-all-geval? 

Het waren allebei voorbeelden van iets waarvan ik me pas realiseerde dat ik ze heel lang niet had gezien toen het er weer eens over ging. Ik bedoel: ik heb ooit eens m’n laatste zwarte achtergrond en m’n laatste Prezi gezien, maar dat wist ik toen niet. En ineens is dat dan lang geleden! 

 

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Ineens ruimte

Louise Cornelis Geplaatst op 21 september 2018 door LHcornelis20 september 2018  

Nog een reflectie op een intensief presentatie-voorbereid-proces. Twee weken geleden schreef ik hier dat ik op drie sporen tegelijk aan het denken, voorbereiden en slijpen was: vorige week hield ik drie verschillende, nieuwe presentaties, eentje daarvan twee keer. Het is allemaal goed gegaan en het was leuk. Ik plaatste hier al een terugblik naar één van de drie bijeenkomsten waar het over ging, en op mijn andere blog een stukje met foto van nog een andere.  

In die post van twee weken geleden had ik het erover dat mijn hoofd nogal vol zat. Achteraf gezien zat het nog voller dan ik toen in de gaten had, want afgelopen week werd ik me bewust van de ruimte die is ontstaan nu alles achter de rug is.

Ik heb nu niet bepaald niets te doen, maar wat ik te doen heb, is op een gegeven  moment wel echt af. Zoals woensdag. Ik moest die dag een training voorbereiden en daarvoor een aantal teksten van feedback voorzien en er fragmenten van in mijn presentatie verwerken – routine. Om 5 uur was ik klaar en we zouden pas om 7 uur gaan eten. Twee uur over. Echt over. Voor klusjes. En daar schoot ik ineens doorheen. Het ene na het andere verdween van mijn to-do-lijstje.

Ik realiseerde me dat ik al wekenlang in zo’n geval minstens de helft van die twee uur besteed zou hebben aan dat slijpwerk aan de verhalen en het presentatiemateriaal. Zo van: ‘nog even door mijn PowerPoint lopen’. Eigenlijk was ik daar bijna de hele tijd mee bezig, tenzij ik iets anders moest. Het gewone werk als onderbreking van het denk- en slijpwerk. Deze week stond het weer ‘gewoon’ centraal, en was ik dus soms ook ‘gewoon’ klaar.

Als ik intensief aan het voorbereiden ben, ben ik nooit echt helemaal klaar. Het denkwerk gaat altijd door. Ik realiseerde me deze week ook dat ik op momenten dat mijn geest kan dwalen, zoals tijdens de afwas en bij het sporten, niet meer in gedachten alvast het ene of het andere verhaal hoefde ‘af te spelen’. Mijn gedachten hoefden even nergens heen. Er kwam dus ook niks bijzonders, maar dat hoeft ook niet – het is wel even best zo. 

En wat in die laatste week gebeurde was dat ik zenuwachtig was. Ik heb geen spreekangst, vind het meer leuk dan eng. Maar ik heb wel degelijk gezonde spanning. Twee presentaties waren ’s avonds, en dan ben ik me er bijvoorbeeld van bewust dat ik niet te veel kruit moet verschieten om nog voldoende energie over te houden voor die presentaties. Op die manier beïnvloedt zo’n presentatie de hele dag. Ruim op tijd bereid ik alle praktische zaken voor. En dan, ja, uh… nouja, dan doe ik niet echt iets anders productiefs in elk geval! Gelukkig hoefde dat ook niet.

Dat is dus wat schrijven en presentaties voorbereiden doet met mijn tijd en met mijn geest: een heleboel ruimte innemen. Geen probleem. Als het maar niet altijd zo is. 

 

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Ingevingen: geheugentruc?

Louise Cornelis Geplaatst op 18 september 2018 door LHcornelis18 september 2018  

Had ik vorige week nog een wandeling georganiseerd met als thema dat je zo lekker denkt tijdens het bewegen, lees ik vanochtend iets wat dat weerspreekt… In het boek Leven in cadans. Hoe je fietsend je hoofd verzorgt van Martijn Veldkamp staat dat het helemaal niet zo is dat je, bijvoorbeeld, op de fiets betere ideeën krijgt. Dat is alleen maar een illusie, althans, dat beweert Carsten de Dreu, hoogleraar op het gebied van creativiteit (volgens dat boek, dus, hè, op p. 67). Ingevingen op relatief ongewone momenten blijven je beter bij. Het is een truc van je geheugen.

Ik kan daar een eind in meegaan. Het voorbeeld van die ene keer dat ik tijdens het dweilen van de keuken een eureka-ervaring kreeg voor de tekst waar ik op dat moment mee worstelde, dat heb ik al zo vaak verteld, dat is een eigen leven gaan leiden. Meestal dweil ik de keuken zónder zulke invallen, dat is zeker waar, dus ik recycle een verhaal over een heel toevallige gebeurtenis en hecht daar wellicht te veel waarde aan.

Maar toch… en zo denkt Veldkamp duidelijk ook. Want vervolgens besteedt hij er een heleboel bladzijden aan om uit te leggen dat fietsen toch wel degelijk iets doet met je gedachten: ze ordenen, hoofd- en bijzaken van elkaar scheiden, er andere emoties bij betrekken, er nieuwe, zintuiglijke informatie aan toevoegen… Dat herken ik allemaal – en dat herkenden vorige week de wandelende tekstschrijvers ook. Dat kan toch niet alleen maar een geheugentruc zijn?

Maar mogelijk ontkennen we dus ook allemaal iets? Veldkamp deed een informeel onderzoekje onder fietsers, en daarin rapporteerde maar de helft dat ze merkten dat ze creatiever werden op de fiets. Maar, zo legt hij uit, dat is mogelijk zo omdat niet iedereen op dezelfde manier fietst. Voor dat lekkere denken moet je bijvoorbeeld alleen zijn, en wel een beetje, maar niet te prestatiegericht. Zo fietst niet iedereen.

Leuk boek trouwens – mij uit het hart gegrepen. Ik vind het wel net een beetje moeizaam dat Veldkamp, zoals ik hierboven al beschrijf, wetenschappelijk onderzoek losjes combineert met eigen, informeel onderzoek, interviews en eigen ervaringen. Daardoor haalt hij soms z’n eigen punten onderuit en is de draad in het betoog niet altijd even helder. Ik vond het vooral een feest van herkenning – of soms juist niet, ook interessant. 

Voor fietsen mag je ook andere repetitieve duursporten invullen, zoals wandelen, hardlopen en zwemmen. En de keuken dweilen! 

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Getekstnetwerkt!

Louise Cornelis Geplaatst op 14 september 2018 door LHcornelis14 september 2018  

Dinsdag was ik bij Tekstnetwerken, het tweejaarlijkse evenement van Tekstnet voor ‘ontmoeting en ontwikkeling’. Het thema was ’tekstschrijven en topsport’ en de locatie was dan ook Papendal. Ik was een paar maanden geleden benaderd om een presentatie te geven, en ik heb toen voorgesteld om in de pauze ook daadwerkelijk te bewegen, want dat zat nog niet in het programma. Daarmee had ik mezelf naast tweemaal die presentatie ook nog het begeleiden van een wandeling ‘op de hals’ gehaald. Met veel plezier trouwens. Een verslag van een dynamische dag! 

In de lunchpauze heb ik met een forse groep tekstschrijvers een wandelingetje gemaakt waarbij ik had voorgesteld om te praten over de positieve invloed van bewegen op schrijven. Omdat zo veel schrijvers de ervaring hebben dat je erg lekker kunt denken als je loopt, fietst – of tuiniert of schoonmaakt, dat kan ook. De groep was te groot om dat gesprek plenair te voeren, en ik heb zelf ook alleen maar een impressie: ik heb zelf waardevolle gesprekken gevoerd en ook nog wel wat leuks teruggehoord. Over de gesprekken, maar ook dat het gewoon lekker was om te lopen, en dat vond ik helemaal prima. Op de foto op het blog van Wout Sorgdrager zie je de sliert wandelaars vertrekken.

’s Middags gaf ik twee keer een ‘hoorcollege’ over hoe je met tekst kunt overtuigen. Dat was een snelle samenvatting van het vak dat ik anderhalf jaar geleden in Leiden gaf. Erg leuk om te doen voor zulke betrokken en goed geïnformeerde ‘studenten’, en op basis van wat ik terughoorde, viel het in de smaak. Hier is een actiefoto die Gert Hardeman maakte en op Twitter plaatste,  ik laat daar de samenvattende slotslide zien:

Ik voor projectiescherm

Het beeld drukt uit dat je maar heel weinig mensen kunt beïnvloeden, en dat die mensen teksten op twee manieren verwerken – en dat je dan nog steeds alleen maar hun attitude te pakken hebt, en dat is nog niet hun gedrag. Dus: bescheiden ambities, en dan zorgen dat je tekst aansluit bij die twee verwerkingsmanieren. Daar heb ik voorbeelden van laten zien, waarvan ongeveer de helft met dank aan de studenten van toen.

Tussen mijn twee optredens in hield Jan Renkema in dezelfde zaal een interessant betoog over het belang van ‘schaduwdoelen’ van lezer en schrijver. Ik herkende veel van wat hij zei, en hij gaf het een mooi vernieuwend kader. Ik vond het voorbeeld dat hij gaf bijna schokkend slecht. Dat was een brief van een gemeente aan bewoners van een achterstandsbuurt, en erin waren echt álle planken misgeslagen. Hij liet zien dat een beetje herschrijven dan niet werkt – als tekstschrijver moet je in gesprek met de schrijver om erachter te komen wat die werkelijk beweegt, en je moet in de huid van de lezer kruipen om erachter te komen hoe je die kunt bereiken. Daarna moet de tekst overnieuw.

En toen was de dag alweer zo’n beetje voorbij. Hij was omgevlogen, met in de pauzes ook nog een heleboel meer en minder (oude) bekenden met wie ik vluchtige praatjes maakte. Ik had het allereerste ochtendgedeelte overgeslagen (Rotterdam-Papendal per OV is een mijl op zeven), had nog wel de oefeningen meegepikt van Saskia van der Valk van Deskfit, dat was een interessante en leuke workshop. 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Drie sporen

Louise Cornelis Geplaatst op 7 september 2018 door LHcornelis7 september 2018  

Het is laat op de vrijdagmiddag en ik heb deze week nog niks gepost hier, ai! En dat terwijl het seizoen is ‘losgebarsten’ en ik na een zomerstop van de week weer gewoon de eerste training gegeven heb. Meestal geeft dat wel blog-inspiratie, maar deze week zat mijn hoofd vol met andere dingen. Enerzijds ben ik mijn hele digitale logistiek aan het omgooien en OneDrive in gebruik aan het nemen, als gevolg van vooral privacy-overwegingen (een na-effect van de AVG).

Anderzijds ben ik maar liefst vier (drie verschillende) presentaties tegelijk aan het voorbereiden. Volgende week geef ik eerst bij Tekstnetwerken twee keer een hoorcollege over hoe je met tekst gedrag kunt veranderen. Op donderdag en vrijdag volgen presentaties over fitheid en fietsen op Tasmanië, dus minder vakinhoudelijk. Maar ook die moeten worden voorbereid. Alle drie de verhalen zjin nieuw; alle drie de keren wil ik graag mijn beste beentje voor zetten. 

De manier waarop ik presentaties, lezingen en dergelijke voorbereid is dat ik ze het liefst al lang (paar weken) van tevoren in de steigers zet, en dan slijp en slijp en slijp totdat het materiaal eruit ziet als ik wil, en ik tegelijkertijd het verhaal door en door ken. Dat slijpen gaat in kleine beetjes tijd tegelijk, dus liefst elke dag eventjes. Zo vergroei ik langzaam-maar-zeker met mijn verhaal en mijn materiaal.  

Maar nu moet ik dus met drie verhalen tegelijk vergroeien, aan drie dingen slijpen. Niet alleen is drie keer ‘eventjes’ best veel tijd, maar ook vraagt het meer dan drie keer ruimte in mijn hoofd, want ik moet ertussen schakelen. Dat is wel interessant om mee te maken: best veeleisend, zo’n parallel proces. Eén voor één gaat me beter af.  

Maar het lukt wel. Het lukt prima zelfs: de drie verhalen staan al, ik kan met een gerust hart aan het weekend beginnen.

Alleen óók nog blogverhalen bedenken, daarvoor schoot deze week te weinig ruimte in mijn hoofd over.

Alhoewel… toch ook nog gelukt dus!  

 

Geplaatst in Presentatietips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Burger slaat op de vorm
  • Nood aan input
  • Schrijven vraagt om precisie
  • John Searle RIP
  • Komma’s uit de jaren ’70

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (320)
  • Opvallend (550)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (154)
  • schrijftips (895)
  • Uncategorized (46)
  • Veranderen (39)
  • verschenen (205)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • oktober 2025
  • september 2025
  • augustus 2025
  • juli 2025
  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑