↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Er verandert weinig

Louise Cornelis Geplaatst op 17 maart 2025 door LHcornelis17 maart 2025  

Ik verzucht al jaren dat als je me dertig jaar geleden had gezegd dat we nu nog steeds zo aan het prutsen waren met Powerpoint, ik dat niet had kunnen geloven. Er zijn weliswaar wat handigheidjes bijgekomen en de vormgeving is vaak gelikter dan toen, maar nog steeds barst het van de ongestructureerde lijsten bullets en is er, om maar iets te noemen, nog steeds geen conventie uitgekristalliseerd om de hiërarchie zichtbaar te maken, analoog aan de hoofdstuk-, paragraaf- en alineaindeling van geschreven tekst. Er verbetert op dat punt maar weinig en iedereen zit het eigen wiel uit te vinden.

Onlangs ontglipte me een soortgelijke verzuchting. Iemand vroeg me of het piramideprincipe vooral bij de strategieconsultants gebruikt wordt, waar het vandaan komt? Toen realiseerde ik me: ja, dat is nog steeds de enige branche waarin het gemeengoed is. Dat was dertig jaar geleden ook zo. Er zijn plekken daarbuiten, maar daar zit vaak een voormalige consultant achter en echt wortelschieten doet het in andere branches niet. Nog steeds is het gemiddelde adviesrapport gestructureerd zoals in de wetenschap: methodologisch, met een losse paragraaf ‘aanbevelingen’ aan het eind.

Dertig jaar geleden verwachtte ik dat het piramideprincipe zich wel als een olievlek zou gaan verspreiden. Maar ook op dat punt verandert er maar weinig. Ik doe mijn best, en hulde aan mijn opdrachtgevers in andere branches voor het uitsteken van hun nek.

(Overigens weet ik dat van de dominantie van het piramideprincipe bij de strategieconsultants niet eens helemaal zeker. Ik heb tot 2020 nog gewerkt voor McKinsey, sindsdien niet meer, en zelfs daar was het vechten om het piramideprincipe recht overeind te houden. Verder heb ik er zelf geen zicht op, wel van horen zeggen. Overal gaat het min-of-meer met golfbewegingen, volgens mij.)

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Ophef over een komma

Louise Cornelis Geplaatst op 13 maart 2025 door LHcornelis15 maart 2025  

Er was de afgelopen week nogal wat te doen over een komma. In januari stond in de Telegraaf deze zin:

Zondag wordt er ook geschreeuwd op de Dam tijdens een ‘solidariteitsdemonstratie met Gaza’ georganiseerd door aan Hamas gelieerde organisaties, Milli Görus en de moskeekoepel FIO.

De Stichting Federatie Islamitische Organisaties stapte hierop naar de rechter vanwege smaad: hier stond dat Mili Görus aan Hamas gelieerd was. Of althans, dat zouden lezers erin kunnen lezen. Dat zou er namelijk staan als de eerste komma een dubbele punt zou zijn, en dat verschil is zo subtiel dat het misverstand makkelijk zou kunnen ontstaan.

De rechter ging daarin mee: lezers zien niet altijd het ‘het subtiele onderscheid tussen een komma en een dubbele punt’. De zin is dus ongelukkig geformuleerd en de Telegraaf moest een mededeling bij het stuk plaatsen.

Die uitspraak van de rechter riep nogal wat reacties op, ook onder mijn vakgenoten. Er staan er in het stuk in de NRC over de kwestie, en een interessante stond ook op neerlandistiek.nl.

Ik was in eerste instantie geneigd te denken: ‘wat een rare uitspraak, die zin klopt gewoon, en als je je als schrijver ook al moet bekommeren om wat sommige lezers onterecht in je zinnen zouden kunnen lezen, pfff, dan wordt het wel heel moeilijk allemaal.’ Maar door alle reacties werd ik wat genuanceerder: zo heel helder zijn regels voor interpunctie niet, en al helemaal niet voor de komma. Ongelukkig geformuleerd is dit daarom wel degelijk, waar gezien de neteligheid van het onderwerp zorgvuldig formuleren gepast is . Extra uitleg toevoegen is dan op z’n plek.

Alleen wel jammer eigenlijk dat de rechter daaraan te pas kwam.  Dat zou toch niet moeten hoeven. 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Certificaat!

Louise Cornelis Geplaatst op 10 maart 2025 door LHcornelis10 maart 2025  

Ik had het op dit weblog al eens over Arnout Van den Bossche, de Vlaamse cabaretier die de draak steekt met Powerpoint. Nadat ik hem in 2018 had leren kennen, was ik al eens naar zijn voorstelling geweest, en afgelopen donderdag voor de tweede keer: naar zijn nieuwe show, ‘Coach’. In Terneuzen, in een zaal met minstens net zo veel Vlamingen als Nederlanders, en onze kennismaking met het Scheldetheater. Weer een boel herkenning en lol, dit keer over coaches en dating, met aan het eind ook nog een hilarische parodie op Facebook. 

Het leverde een heus certificaat op:

 

Punt hiervan was dat je al coach kunt worden door een training van een paar dagen. Die levert een certificaat op, terwijl je voor een diploma enkele jaren moet studeren.

Ik zou zeggen: ga hem zien! Alleen zijn de shows al bijna allemaal uitverkocht. ‘Burn-out voor beginners’, de show met de Powerpoint-sketch, was afgelopen winter op de VRT. Het kan even geduld vragen, maar ‘Coach’ is daar vast ook ooit te zien.

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Bloggen als klein steentje

Louise Cornelis Geplaatst op 24 februari 2025 door LHcornelis24 februari 2025  

Vorige week kreeg ik op mijn andere weblog een bijzondere reactie: een post van mij had iemand geholpen bij het oplossen van een probleem. Dat was de derde keer binnen een paar maanden – de andere twee reacties kwamen per e-mail en waren ook nog wat persoonlijker van aard. Ineens realiseerde ik me: dit is een van de redenen waarom ik blog. Als ik met mijn schrijven – wat ik leuk vind, wat me ook andere dingen oplevert*, en wat eigenlijk vrij weinig moeite kost – ook maar iemand kan helpen, dan is het meer dan de moeite waard. Dan draag ik immers een klein steentje bij aan een betere wereld. Dat is wat schrijven kan doen. Ik ken dat als lezer ook maar al te goed!

 

*Wat bloggen me verder oplevert, is dat schrijven me dwingt om op mijn kennis en ervaringen te reflecteren en die zo te verdiepen, dat dat dan een kennis-en-ervaringen-database oplevert waarin ik terug kan zoeken en waar ik naar kan verwijzen, dat ik die kennis en ervaringen kan delen en dat mensen dat waarderen.

 

Geplaatst in schrijftips, verschenen | Geef een reactie

Wat is er mis met het woord halte?

Louise Cornelis Geplaatst op 20 februari 2025 door LHcornelis20 februari 2025  

Sinds kort staat er voor het station van Kapelle een bordje ‘hub’. Hub betekent zoiets als vervoerknooppunt, dus een plek waar je kunt overstappen. In twee van de drie richtingen kun je vanuit de Kapelse hub echter alleen verder te voet, te weten naar het centrum van Biezelinge (maar dat is niet de kortste route) en van Kapelle:

De derde richting wijst naar:

  • De bus – dat gaat om buurtbus lijn 599. Dat is zo’n mini-busje dat alleen door de week overdag rijdt, één keer per uur. Op andere momenten kun je een ‘haltetaxi’ nemen – als je een gebruikerspas hebt en tijdig (minstens twee uur van tevoren) reserveert.
  • Je eigen auto, en P&R is een weids woord voor het parkeerterrein naast het station.
  • De volgende hub? Dat snap ik niet, wat dat hub doet naast P&R.

Wij hebben dus hartelijk gelachen om op zoiets het woord hub van toepassing te verklaren – dat is een knap staaltje van iets opblazen door er een Engelstalig woord op te plakken dat lekker bekt en heel wat suggereert. Veel geschreeuw, weinig wol. Iets wat ik natuurlijk ook wel ken van het managementjargon en aanverwanten. Mogelijk is het woord in die kringen bedacht. En wordt het nu losgelaten op argeloze Zeeuwse OV-gebruikers. (Voor alle duidelijkheid, ik schets even het beeld: iedereen met affiniteit met dat jargon hier rijdt auto. OV is voor onder de 18, sukkels en een enkele idealist. Dat is nog een stuk extremer dan in de Randstad).

Maar, zo begreep ik, het gaat nog verder. Op Schouwen-Duiveland zijn er ondertussen een heleboel hubs. In de bebouwde kom steeds zo’n 500 meter uit elkaar. Op de meeste daarvan kun je slechts één vorm van vervoer nemen: de flex. Dat is ook zoiets als de haltetaxi, alleen wat flexibeler: geen pasje nodig en je moet minstens een uur van tevoren reserveren. Het gaat op Schouwen om een test, daarna volgt de rest van de provincie. Ons hub-bordje is daar waarschijnlijk al op aan het vooruitlopen. 

De introductie van de flex wordt gezien als een verbetering, omdat vooral de kleinere dorpen hiervoor helemaal niet met het OV bereikbaar waren. Maar het is natuurlijk toch ook behelpen ten opzichte van goed OV.

Dus een echte bus met een voorspelbare dienstregeling heeft een halte en als je ‘m moet reserveren heet het een flex en heeft-ie een hub. Ik neem aan dat gewoon halte te zeer suggereert dat te veel dat je er gewoon kan gaan staan wachten op een bus. 

Maar hub blijf ik opgeblazen vinden. 

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Bloggen over de NACV

Louise Cornelis Geplaatst op 10 februari 2025 door LHcornelis10 februari 2025  

Afgelopen vrijdag ben ik naar de NACV-meeting geweest, de jaarlijkse bijeenkomst van docenten academische communicatieve vaardigheden. Beetje vaste prik al sinds 2013, kan ik hier nagaan. Ik blog er dan ook steeds over, zie dit meest recente voorbeeld (ik had een jaartje overgeslagen omdat het vorig jaar kort na het VIOT-congres was).

Dit jaar vind ik dat wel moeilijk. Niet omdat het geen leuke dag was – dat was het zeer zeker wel. Maar er was bijna geen enkel raakvlak met mijn dagelijkse werk en ik kan er dus ook bijna niets uit destilleren wat interessant is voor schrijvende professionals.

Ik zag die bui eigenlijk al een beetje hangen toen ik het programma zag. Er waren geen lezingen of workshops over de relatie tussen hoger onderwijs en de beroepspraktijk. Dat soort dingen gaan wel eens met modevlagen en het was me twee jaar geleden al duidelijk dat dat thema niet zo hot is. Bovendien was het thema dit keer inclusiviteit. Een belangrijk thema, zeker als je je realiseert dat veel studenten stranden in het HBO vanwege de taal daar. Met academische communicatieve vaardigheden en met groter taalbewustzijn bij de vakdocenten is daar wat aan te doen. Dat heeft mijn warme belangstelling en ik vond de lezingen daarover dan ook interessant. Maar in mijn werk ben ik er eigenlijk nauwelijks meer mee bezig dan zelf mijn best doen op inclusief taalgebruik – waarbij ik overigens veel leer van jongeren, die zijn zo veel scherper op dat gebied.

Op basis van het programma twijfelde ik dus of ik zou gaan, maar twee dingen trokken me eigenlijk vrij gemakkelijk over de streep: dat ik het in algemene zin goed vind om te weten wat er zoal speelt in het vakgebied en dat ik er ongetwijfeld leuke mensen zou spreken: collega’s uit het vakgebied die ik sinds januari vorig jaar en soms nog langer niet had gezien.

Nou, dat kwam allebei prima uit en zo heb ik me goed vermaakt. Bovendien zat er nog een verrassing aan het eind: een lezing van Amin Asad, geen communicatie-docent, maar wel als docent rechten verkozen tot docent van het jaar op de Hogeschool Utrecht. Dat was een persoonlijk en gloedvol verhaal, zeer inspirerend.

Ik had een paar lezingen uitgekozen waar ik nog enige link met mijn dagelijkse werk verwachtte: een presentatie over de vraag wat academisch schrijven eigenlijk is, over ‘peer feedback’ en eentje over hoe vakdocenten genrebewust te maken. Die leverden wel wat op: academisch schrijven kun je bezien vanuit vier dimensies, alle met een P: product, proces, persoon en praktijk (een wat vage restcategorie met onder andere didactiek erin), voor goede peer feedback moeten studenten leren te beginnen met een vraag, en belangrijk aan het begrip genre is het besef dat dat te maken heeft met doelgerichtheid en de sociaal-communicatieve functie van tekst.

In de zijlijn hoorde ik nog wel wat aardige dingen, zoals de opmerking dat je bij revisieprocessen van studenten wel verandering ziet, maar dat dat niet per se een verbetering is (herkenbaar), dat mogelijk luistervaardigheid belangrijker wordt omdat studenten weliswaar steeds minder lezen, maar wel meer luisteren, naar podcasts bijvoorbeeld, en filmpjes kijken, en dat ‘self-grading’ best goed werkt, dus dat studenten hun eigen werk beoordelen en becijferen. Sommige dingen, zoals dat laatste, neem ik mee voor als ik weer eens college ga geven, en wie weet kan er ook wat mee in mijn praktijk – ik laat in trainingen met eigen werk op tafel eigenlijk nooit de schrijven feedback geven op de eigen tekst, waarom niet eigenlijk?

De lezing over het schrijven van studenten met ADHD vond ik interessant vanwege mijn ‘andere werk’: in de sport heb ik meer te maken met ‘neurodivergente’ mensen dan in mijn adviesrapportenwerk. Maar wat niet is kan nog komen natuurlijk.

Zo was het dus interessant, ik heb me prima vermaakt. Het was gezellig en goed verzorgd (heerlijke lunch!). En je ziet: zelfs als ik niet zo veel te melden heb, levert zo’n dag een blogpost op!

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Een factuur is ook een tekst

Louise Cornelis Geplaatst op 31 januari 2025 door LHcornelis31 januari 2025  

Ik kreeg in één week twee verwarrende facturen. In het eerste geval hoef ik alleen maar een geknipt stukje te laten zien en de verwarring is meteen duidelijk: moet ik dat nou zelf betalen of gebeurt dat automatisch? De tekst is ronduit strijdig:

In het tweede geval moet ik er even bij uitleggen dat er nergens anders iets stond over een betalingstermijn, dus niet wanneer ik zou moeten betalen of wanneer het bedrag automatisch afgeschreven zou worden, en was mijn verwarring dus hetzelfde als bij de eerste. Maar meer nog: ik dacht even dat er iets fout gegaan was met het innen. Hier is het knipje:

Over deze heb ik gemaild: het gebeurt automatisch. Want het is een incasso. Ja, okee, maar dan denk ik: waarom zou je iets toesturen met als status ‘Niet voldaan’ als het aan jezelf ligt dat je dat nog niet gedaan hebt? Daar heeft de lezer niets aan.

De eerste wacht ik even af, hopende dat de middelste zin klopt…

Maarre… hoe moeilijk is dat nou, een factuur gewoon glashelder en klantgericht maken? Ook dit genre verdient een beetje zorg!

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

ChatGPT bakt niks van een piramide-oefening

Louise Cornelis Geplaatst op 28 januari 2025 door LHcornelis28 januari 2025  

Deze maand deden twee opdrachtgevers los van elkaar dezelfde suggestie: dat ik eens een oefening uit een training zou laten doen door AI. In beide gevallen ging het om het herschrijven volgens het piramideprincipe van een stukje tekst. Het had nog wat voeten in de aarde om dat door ChatGPT te laten doen vanwege de vertrouwelijkheidskwesties, maar in één geval is het toch wel gelukt door de inhoudswoorden aan te passen. En zo geanonimiseerd kan ik het hier ook wel delen.

Het ging om een piepklein tekstje: nog geen 150 woorden, een paragraaf uit een rapport. Als prompt gebruikte ik ongeveer mijn eigen instructie van de slide:

Maak de paragraaf beslissergericht = argumentatief = piramidaal:

  • Bepaal hoofdboodschap en beantwoord daarover de waarom-vraag.
  • Schrijf uit met hoofdboodschap voorop, zichtbare structuur en boodschaptitels.

Het resultaat viel me tegen. ChatGPT leverde iets op wat er van afstand inderdaad piramidaal uitzag: een kort stukje tekst dat er hoofdboodschap-achtig uitzag, gevolgd door drie paragrafen met inhoudelijk titels. Maar dat was het dan ook zo ongeveer. Nouja, de zinnen klopten allemaal wel, en dat blijft natuurlijk een huzarenstukje van de technologie: grammaticaal foutloos Nederlands produceren.

Maar schrijven is meer dan dat. Dit ging er allemaal mis:

  • De hoofdboodschap was niet één compacte zin, maar een meervoudige, met daarin eigenlijk al een piramidetje in zichzelf:

    Er is een tekort op deze markt dat veroorzaakt wordt door X en Y en wat leidt tot Z.

    In de bijzin zitten twee argumenten daarvoor verpakt zaten, en dan komt Z (de eigenlijke hoofdboodschap) er nog achteraan hobbelen. Als je dan ‘waarom’ vraagt, heb je een onduidelijk startpunt voor die vraag.  Je gaat dan eigenlijk dus sowieso al mis. 

  • Van de drie paragraaftitels was er een een boodschap die je als argument voor Z kon opvatten, maar de andere twee waren alleen onderwerpen. 
  • Inhoudelijk was maar een deel van de tekst in de drie paragrafen als argumenten voor de hoofdboodschap op te vatten. De rest was op z’n best te impliciet om zo dienst te doen, en soms zelfs simpelweg alleen beschrijvend, dus helemaal niet argumentatief van karakter. Dat ging ook nogal van de hak op de tak. Rommelige structuur dus.
  • Er zat nogal wat herhaling in de tekst, waaronder tussen hoofdboodschap en het niveau daaronder en tussen de paragrafen onderling. Deels was de herhaling dan net anders geformuleerd, wat inhoudelijk zelfs verwarrend was: bovenaan ging het dus over X en Y als oorzaken voor dat tekort, verderop over X en Y’ – iets wat wel op Y lijkt, maar toch net iets anders is.

Ik heb ChatGPT in een paar vervolgrondes gevraagd het resultaat te verbeteren, maar dat werkte averechts. Ik vroeg bijvoorbeeld om de tekst argumentatiever te maken: ‘verander de beschrijvende passages in argumenten voor de hoofdboodschap’. ChatGPT vatte dat kennelijk op als ‘maak de tekst ronkender’: er waren zinnen aan toegevoegd die niet tot het origineel te herleiden waren en die wel goed klonken, althans, als je van opgeblazen taal houdt:

Om deze uitdagingen aan te pakken, zijn gerichte beleidsmaatregelen en investeringen (…) essentieel.

Tsja, dat is niet helemaal wat ik bedoel met ‘argumentatief’. Bovendien had ChatGPT er toen ook nog een paragraaf ‘conclusie’ onder gezet, daarmee helemaal ingaand tegen het piramideprincipe. Op zich een interessante interpretatie van ‘argumentatief’….

Nou goed. Als een van mijn trainingsdeelnemers zoiets zou opleveren, zou ik denken: die snapt er helemaal niets van, kan niet schrijven en heeft er met de pet naar gegooid. Het illustreert voor mij wel wat ik maar blijf herhalen in trainingen als antwoord op de vraag of AI het schrijven gaat overnemen: AI denkt niet, interpreteert niet, begrijpt niet wat het zelf schrijft, is niet intelligent – voor goed schrijven in het algemeen en voor het piramideprincipe in het bijzonder heb je menselijke hersenen nodig!

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Je lezer leren kennen

Louise Cornelis Geplaatst op 17 januari 2025 door LHcornelis17 januari 2025  

Ik kreeg onlangs in een training een vraag waar ik niet direct een antwoord op heb. Nog steeds niet, maar hier wel wat gedachten.

Hier ging het om: Het was in die sessie veel gegaan over schrijven als maatwerk. Daarvoor moet je je lezer best goed kennen. Stel, je moet iets schrijven voor iemand die je niet goed kent, maar je hebt wel de mogelijkheid tot een gesprek. Welke vragen stel je dan aan die persoon om een goed beeld te krijgen van die lezer? 

Er zitten minstens twee kanten aan die vraag, namelijk: hoe leest die persoon en wat voor voorkennis heeft die? Over de eerste vraag weet ik wat meer dan over de tweede. Althans, ik kan er wat zinnigs over zeggen want er is onderzoek naar. Niet naar die ene persoon natuurlijk, maar er is wel wat bekend over hoe lezers van zakelijke teksten lezen. Ik heb daar zelf wel eens wat over geschreven bijvoorbeeld.

Lezers willen de tekst liefst zo kort mogelijk, digitaal, met plaatjes, een expliciete structuur, de hoofdboodschap goed vindbaar voorop, en zonder vertaal- en andere blunders. Op al die wensen zijn echter ook weer uitzonderingen, zo is me gebleken. Desalniettemin lijkt het mij in het algemeen een veilige keuze om ze wel in te willigen.

Die wensenlijst bleek uit interviews van studenten met zakelijke lezers. Ik heb ook nog twee scripties begeleid, waaruit onder andere bleek dat lezers hartstikke eigenzinnig zijn – op de gekste manieren lezen, eigenlijk, onder andere afhankelijk van tekst, leesdoel en situatie. Bovendien hebben ze ook niet zo’n goed zelfinzicht hebben als het op lezen aankomt: ze doen andere dingen dan wat ze zeggen. Met een lezer praten over diens lezen heeft niet zo veel zin. Hooguit zou je misschien dat wensenlijstje kunnen aflopen om zo’n eventuele uitzondering te achterhalen.

Over het peilen van de voorkennis van de lezer weet ik veel minder. Er is niet iets als een soort checklist die je je lezer voor kan leggen, en als die er wel zou zijn, zou die waarschijnlijk te veel op een verhoor of examen gaan lijken om bruikbaar te zijn. Ik weet er wel een paar zijdelingse dingen over:

  • Nogal voor de hand liggend: opleiding en werkervaring zeggen natuurlijk veel. Daarmee krijg je mogelijk al een belangrijk onderscheid te pakken: is je lezer een leek of een vakgenoot?
  • Ook voor de hand liggend: met iemand praten over het onderwerp geeft echt wel een indruk van de mate waarin die persoon in de materie zit. Nog beter daarvoor: kijken naar de stukken die die zelf schrijft en/of leest over dat onderwerp. Voor het peilen van de voorkennis van de lezers van Optimaal blijven sporten voor 45+’ers heb ik bijvoorbeeld veel gebruik gemaakt van forums en tijdschriften, naast de talloze gesprekken die ik voerde met sporters uit de doelgroep.
  • Voorkennis als zodanig is eigenlijk niet datgene wat je moet peilen om goed te kunnen schrijven. Het gaat om parate kennis, inzetbaar op het moment van lezen. Er zijn van die dingen die je ergens heus wel weet, maar waar je toch net even niet aan dacht… Schrijvers zijn geneigd die parate kennis van hun lezers te overschatten. Dat is de aard van schrijven: je bent zelf bezig geweest met de materie dus je zit er tot over je oren in. Vrijwel elke lezer heeft daarop een achterstand.
  • Je lezer kan weliswaar met hetzelfde als jij bezig zijn, maar dan toch een dusdanig andere invalshoek of beleving hebben dat elkaar begrijpen niet vanzelfsprekend is. Dat is een notoir probleem in de communicatie tussen overheid en burger en ook bijvoorbeeld in de juridische wereld. Ik had het hier eerder over het passeren van een hypotheek; taal van de notaris voor een gelegenheid die ik zelf zou verwoorden als ‘we krijgen de sleutel van ons nieuwe huis’.
  • Bij veel rapporten en dergelijke die ik redigeer voor mijn opdrachtgevers ga ik uit van mezelf: snap ik het zo? Ik ben nooit vakinhoudelijk deskundig, daar moet ik wel rekening mee houden. Daarom vind ik het okee om vakinhoudelijke termen en afkortingen te moeten googlen. Dan moet ik wel zonder te scrollen in één keer vinden wat het is, anders is het al te ingewikkeld.

Met die laatste drie bullets ga ik in het algemeen aan de voorzichtige kant zitten. Dat doe ik vanwege die valkuil van overschatting. Dat een lezer een keer wat ergernis over een uitleg te veel heeft vind ik minder erg dan dat de tekst te moeilijk is. Dat leidt tot onbegrip en kan een lezer bovendien het gevoel geven dom te zijn.

Je kunt er ook voor kiezen om de lezer op de tenen te laten lopen. Dat is niet mijn opvatting van schrijven. Althans, niet voor adviserend schrijven. Er zijn wel andere schrijfsituaties waarin je het de lezer moeilijk mag maken. Ik vind het als lezer ook wel eens leuk om ‘moeilijke’ boeken tot een goed einde te brengen (voorbeeld).  Maar dan ben ik niet de cliënt van een adviseur. Ik vind dat het past bij adviseren om de lezer tegemoet te komen: adviseren is een dienend beroep. De relatie tussen schrijver en lezer is zo een afspiegeling van die tussen adviseur en cliënt.

Meer in het algemeen: een afspiegeling van de relatie van van mens tot mens.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Ik zal niet immuun zijn voor bromvliegen

Louise Cornelis Geplaatst op 13 januari 2025 door LHcornelis8 januari 2025  

Ik heb in de kerstperiode een erg leuk boek gelezen: Het bromvliegeffect. Alledaagse fenomenen die stiekem je gedrag sturen, van Eva van der Broek en Tim den Heijer. Het is inhoudelijk interessant en relevant, maar vooral ook grappig en meeslepend geschreven. Het gaat over allerlei van die ‘fenomenen’, talige zowel als niet-talige. De titel van het boek verwijst bijvoorbeeld naar de vlieg die welbekend is maar die ik alleen van horen zeggen ken en die ervoor zorgt dat mannen beter mikken in het urinoir.

De talige gedragsstuurders hebben natuurlijk mijn bijzondere interesse. Daarbij kwam ik er in het boek een tegen die ik niet helemaal begrijp maar die mij wel helpt anderen te begrijpen. In een kader ‘Let op je woorden’ gaat het over de toekomende tijd. De auteurs constateren daarin dat het Nederlands geen aparte werkwoordsvorm nodig heeft om over de toekomst te praten. Je kunt immers zeggen  ‘Getver, morgen regent het weer’. In veel andere talen, waaronder het Engels, kan dat niet: een extra hulpwerkwoord is nodig, ‘it will rain again’. Daaraan verbinden de auteurs de conclusie dat Nederlanders meer sparen, rijker met pensioen gaan, minder roken, veiliger vrijen en minder dik zijn dan Britten:

Gemiddeld zijn mensen die de toekomst in hun taal op afstand houden, minder begaan met hun toekomstige zelf.

Fascinerend, maar ik ben nog niet helemaal overtuigd, want er zijn tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk wel meer verschillen dan de hulpwerkwoorden, dus ik betwijfel het oorzakelijke verband.

Vervolgens maken ze een stap naar een taaladvies:

Als je iets voor elkaar wilt krijgen, kun je het woord ‘zal’ dus beter vermijden.

Die stap is me te groot, maar zullen vermijden is wel een taaladvies dat veel voorkomt. Je zou krachtiger schrijven zonder dat hulpwerkwoord. Aha, denk ik dan, dit zit daarachter. Okee, maar ik redeneer als taalkundige nog even door.

Dat die stap me te groot is, is deels omdat ik de redenatie van een kenmerk van de moedertaal naar een voorschrift voor een losse taaluiting niet kan volgen, maar ook omdat ik niet geloof dat zullen de toekomst op afstand houdt omdat het een toekomende tijd is. Dat is het volgens de schoolgrammatica, maar zullen, en overigens ook het Engelse will, zijn daar aan de haren bijgesleept, want de Germaanse talen moesten en zouden een ‘futurum‘ hebben, net als het Latijn. Zullen kan inderdaad naar de toekomst verwijzen, maar dat hoeft niet (‘het zal wel zo zijn’), en bovendien kunnen meer werkwoorden dat, gaan op de eerste plaats (‘morgen gaat het alweer regenen’).

Zullen is daarbij een modaal hulpwerkwoorden. Het drukt een mate van (on)waarschijnlijkheid uit (zie de ANS), zoals bij een belofte (‘ik zal dat wel doen’). Die modale kant van de betekenis gaat verloren bij rücksichtslos alle zullens schrappen; ik heb wel eens meegemaakt dat de tekst daar echt verwarrend door werd. Ik kan me bovendien voorstellen dat formuleringseffect op het gedrag eerder door de modaliteit komen dan door de tijd. De twijfel die erin doorschemert past niet bij grote doortastendheid.

(Vandaar dat ik een voorbeeld dat in een voetnoot staat niet vind kloppen. Volgens de laatste noot van hoofdstuk 5 kun je als goed voornemen beter zeggen ‘Maandag zeg ik mijn NS-abonnement op’ dan ‘Ik zal mijn NS-abonnement opzeggen’. Maar volgens mij zegt niemand het zo, als je het serieus meent – je gebruikt dan ga. Nouja, als het belangrijkste dingetje om kritisch op te zijn in een voetnoot staat, dan is het dus een goed boek).

De concreetheid van maandag, dat vind ik dan wel weer een heel goed idee. Met dat soort ‘fenomenen’ kun je dus inderdaad gedrag sturen, en word ook ik de hele tijd gestuurd. Want Het Bromvliegeffect maakt bewust van al dat gestuur. We denken wel dat we vrije, autonome wezens zijn, maar we worden de hele tijd beïnvloed. Denk alleen maar aan reclame. En nee, daar is niemand immuun voor, ook niet de mensen die menen dat wel te zijn.

 

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Welweg?
  • Een beetje over literatuur
  • Het passief is niet neutraal
  • Met genderneutraal verwijzen gaat een subtiel ander onderscheid verloren
  • Ik mag sturen

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (314)
  • Opvallend (542)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (153)
  • schrijftips (886)
  • Uncategorized (45)
  • Veranderen (38)
  • verschenen (202)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑