Waarderen lezers vrijheid niet?
Vanmiddag tijdens een ommetje kwam er zomaar een herinnering bij me boven aan een ervaring met tekst en lezers van zo’n 25 jaar geleden, dus voor de tijd van dit weblog – ik heb er hier nooit eerder over geschreven, het is een voorval waar ik ook maar heel zelden aan denk. Geen idee waarom het vandaag bovenkwam maar er is wel een relatie met de blogpost die ik een paar weken geleden schreef, over dat lezers niet lijken te zien dat ze een geschreven rapport op verschillende manieren kunnen lezen, al naar gelang hun zin, smaak of leesdoel. Ze hebben die vrijheid, maar ze lijken die niet te waarderen.
Dit was het voorval: voor een opleiding die moest ik een eindverslag schrijven, voor de docent en een paar mede-studenten als tegenlezers, waarin ik liet zien het geleerde toe te kunnen passen op mijn eigen werk. Inhoudelijk kwam ik daar goed uit en in zo’n geval is het eigenlijk schrijfwerk voor mij natuurlijk relatief makkelijk. Ik vond een ‘gewoon’ verslag voor mijzelf onvoldoende uitdaging en ik had dus nagedacht over een vorm die het voor mij interessanter zou maken.
Ik bedacht toen een vorm die zou laten zien dat je als lezer je eigen weg mocht kiezen door mijn tekst, iets waar het piramideprincipe dankzij de inhoudelijke koppen de lezer sowieso toe in staat stelt. De structuur van het verslag was piramide met onder de hoofdboodschap drie gelijkwaardige argumenten. Ik schreef een inleiding van één A4’tje met de hoofdboodschap, een overzicht van de argumenten en een leeswijzer met als strekking: ‘de rest van de tekst heeft geen vaste volgorde, die mag je zelf kiezen’. Elk van de drie argumenten liet ik ook op een A4’tje passen. Ik printte de inleiding voor iedereen op wit papier en de drie argumenten op drie verschillende kleuren. Vervolgens deed ik voor iedereen in een mapje het witte papier voorop en de drie andere steeds op een andere, willekeurige volgorde erachteraan. Dat geheel ging op de post.
Ik was zelf in mijn nopjes met het experiment en ik vond dat ik iets leuks had bedacht ook met die kleurtjes die het gebrek aan pagina-nummering compenseerden: niet ‘op p. 3 staat….’ maar ‘op de groene pagina staat…’
Wat bleek tijdens de slotbijeenkomst? De lezers konden het totaal niet waarderen. Volgens de docent had ik me er maar achteloos van afgemaakt door de pagina’s lukraak in mapjes te kwakken, in plaats van zelf de ‘goede’ volgorde te bedenken. De tegenlezende mede-studenten vielen haar bij: ze vonden het maar een raar verslag. Mijn uitleg en verdediging maakten daar niks voor uit. Het was dat ze in een tussentijdse presentatie hadden gezien dat het inhoudelijk inderdaad goed ging, anders was ik misschien gezakt. Ik snapte er niks van.
Ik hield er in elk geval het begin van het inzicht aan over dat lezers behoudzuchtig zijn en dat je ze dus niet iets al te geks moet voorschotelen. Jaren later schreef ik daar een column over.
Toen de herinnering vanmiddag bovenkwam, zag ik de parallel met dat sommige lezers van rapporten liever een impliciete Powerpoint willen, die ze maar op één manier – die een fikse inspanning vergt – kunnen lezen, dan een geschreven rapport dat ze kunnen lezen zoals ze willen (alles, scannend, koppensnellend, grondig,…): het lijkt wel alsof lezers de vrijheid die ze in de praktijk allemaal pakken niet waarderen. Ik bedoel: niemand leest elk rapport, elk verslag, keurig netjes van de eerste tot de laatste letter. Iedereen leest (soms/vaak/altijd) selectief en in een volgorde die past bij het eigen leesdoel (zo blijkt ook uit onderzoek). Maar dát ze zo lezen, dat lijken ze niet te zien en ze lijken het niet te waarderen als de tekst op dat leesgedrag is aangepast.
Ik had nog twee vervolggedachten, enigszins speculatief:
- Ik moet sterk denken aan de scriptie van Kiki die ik begeleidde. Zij interviewde zakelijke lezers over hun leesaanpak en vond onder andere dat die lezers voor zichzelf als norm hebben dat ze eigenlijk ‘alles’ moeten lezen, ook al doen ze dat in de praktijk niet. Ze worstelen daarmee. Van zo’n impliciete Powerpoint heb je sneller ‘alles’ gelezen en dan kun je dat dus afvinken. En een andere norm is wellicht dat dat ‘alles’ in één, vaste volgorde hoort te staan, ook al lezen ze zo niet. Als een tekst dan geen vaste volgorde heeft, zit de worsteling met die norm in de tekst ingebakken.
- Zelf bepalen hoe je verder leest, dat zijn we allemaal gewend van internet. Van de structuur van hypertext had ik het idee van de uitwisselbare volgorde afgeleid. Dus op een website is het doodnormaal om zelf te kiezen hoe je verder leest, maar in een verslag kennelijk niet. Dat lijkt op dat in nieuwsberichten inhoudelijke koppen en ‘hoofdboodschap voorop’ doodnormaal zijn en in rapporten niet. Het blijft me wel fascineren dat conventies van het ene genre niet overdraagbaar zijn naar het andere, ook niet de handige.
Reacties
Waarderen lezers vrijheid niet? — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>