Van methode naar praktijk
Vorig semester gaf ik in Leiden een college over debatteren aan ouderejaars studenten Nederlands. Ik deed daar wekelijks verslag van op dit weblog. Vandaag ben ik begonnen met een andere serie colleges, aan tweedejaars: methoden van taalbeheersingsonderzoek. Dat onderwerp leent zich minder voor een op de praktijk gericht verslag.
Toch ga ik dat weer proberen, of liever gezegd: mijn plan is om elke week één krentje uit de pap te halen dat relevant is voor schrijvende en/of presenterende professionals. Want ook al ligt de nadruk op de wetenschappelijk, vooral methodologische kant, toch zou het zo moeten zijn (vind ik – en ik niet alleen) dat taalbeheersingsonderzoek relevant moet zijn voor de praktijk. Dat is niet altijd zo, of liever gezegd: ik ervaar vaak een kloof tussen wat ik vanuit de praktijk graag zou willen weten en wat de wetenschappelijke literatuur voor antwoorden geeft. Het lijkt er zelfs op dat hoe degelijker en verantwoorder het onderzoek in wetenschappelijk opzicht is, des te minder heb ik eraan. En omgekeerd: het meest relevante onderzoek voor de praktijk is methodologisch vaak helemaal niet zo goed.
Vandaag kwam dat meteen al aan de orde, want we bespraken een verslag van praktijkonderzoek naar schrijfvaardigheidsonderwijs, dat ik enkele jaren geleden deed met studenten aan de lerarenopleiding en waar we over publiceerden in Levende Talen tijdschrift. Praktijkonderzoek, waar methodologisch nogal wat tegen in te brengen valt, maar wat wel recht uit het hart van mijn studenten kwam en wat ook ik nog steeds belangwekkend vind, minstens als aanzet tot discussie en vervolgonderzoek. Daarom is het belangrijk dat er voor dat soort onderzoek ruimte is, dus dat niet alles wat er aan onderzoek gepubliceerd kan worden moet voldoen aan de allerstrengste wetenschappelijke normen. Dan zou de ivoren toren helemaal hoog worden namelijk.
Ons artikel bevat aanbevelingen voor de praktijk, maar dat betreft de onderwijspraktijk. Wat kunnen schrijvers in organisaties eraan hebben? Net als voor leerlingen in het middelbaar onderwijs geldt voor hen dat schrijven een complexe, veeleisende bezigheid is die je vooral met veel oefenen onder de knie krijgt. Oefenen wil niet alleen zeggen: ‘doen’. Het wil ook zeggen: er feedback op krijgen, daarop reflecteren en het resultaat daarvan in de volgende schrijfopdracht toepassen. Die feedback zou zowel op het product als op het proces moeten zijn.
Maarja, dat heb ik al heel vaak gezegd… Volgende week gaat het artikel dat we op college bespreken over de plek van overgangszinnen in een Powerpointpresentatie: voor of na de ‘klik’ naar de volgende slide? Daar heb ik op dit weblog nog nooit wat over gezegd. Dus volgende week echt iets nieuws, en het komt nog uit een pas verschenen artikel ook!
Reacties
Van methode naar praktijk — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>