Te groot vertrouwen in de kracht van tekst
Zondag verscheen in het nieuws kritiek op de plannen van de GGD’s voor contactonderzoek: dat is te vrijblijvend. Vanuit mijn vakgebied viel er één ding erg op aan de plannen waarvoor dat volgens mij zeker geldt, en dat is dat mensen die in contact zijn geweest met een corona-besmet persoon via een brief gewaarschuwd worden. Daaraan vallen mij drie dingen op:
- Een brief is vreemd traag, bijna archaïsch, zeker in een situatie waarin kan gelden dat iemand in de tussenliggende, zeg, drie dagen, alweer heeft kunnen door-besmetten.
- Een brief is een zeer zwak middel om tot een bepaald gewenst gedrag te komen. Mensen laten ‘m liggen, per ongeluk of uit schrik, ze lezen hem slecht, ze begrijpen hem niet, of ze begrijpen hem wel maar passen hun gedrag niet aan, enzovoort. Zo gaat dat met schriftelijke communicatie: je hebt als zender geen idee wat er van je boodschap overkomt, en dat is standaard minder, véél minder, dat je hoopt of denkt.
- Een brief is heel weinig empathisch. Eerder las ik ergens dat de telefoongesprekken om mensen van een positieve test op de hoogte te stellen makkelijk wel tot twee uur kunnen duren. Sommige mensen horen er namelijk een doodvonnis in. Dat soort emoties moet je als brenger van het slechte nieuws hanteren. Sowieso, omdat het mede-menselijk is, maar ook omdat het gewenste gedrag alleen op die manier tot stand komt (soms): in contact.
Net als bij de protocollen vermoed ik hier een veel te groot geloof in de maakbaarheid van menselijk gedrag via tekst. Zorgelijk, want het gaat om zaken van leven en dood.
Edit dag later: als ik het goed begreep in de persconferentie van gisteravond, krijgt het bellen toch een prominente rol. Gelukkig maar.
Reacties
Te groot vertrouwen in de kracht van tekst — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>