Symposium stijl (2): op de agenda
In mijn vorige post over het inspirerende symposium van vorige week kondigde ik het al aan: ik had in de aanloop bedacht wat voor soort stijl-onderzoek ik nuttig zou vinden voor mijn praktijk. Ik zou graag een oplossing zien voor de volgende drie praktijkproblemen:
- Ik zie schrijvers veel tijd besteden aan formuleringsdingetjes waarvan ik denk: het sop is de kool niet waard – en idem dito hun leidinggevenden, en daar klagen die schrijvers over. Dus dat hun leidinggevende hun tekst overneemt en verandert. Ze vinden het frustrerend en zien ook vaak het nut niet. En ik moet zeggen: ik soms ook niet. De leidinggevenden klagen wel eens over hoe veel tijd het redigeren kost. Ik denk dan wel eens: doe het dan niet. Maar dat nemen ze niet zomaar van me aan.
Dit vraagt om normatief stijlonderzoek. Ik heb vragen als: hoe scheid je hoofd- en bijzaken als je redigeert? Dus stel, je hebt als schrijvende professional of dienst baas een uur om een rapport van vijf pagina’s af te redigeren. Wat kun je dan het beste doen, en wat kun je laten? Wat zijn ‘must-have’s’ en wat zijn ‘nice-to-have’s’? Waar doe je de lezer echt een plezier mee? - Schrijvers maken in hun hoofd allerlei keuzes die resulteren in de zinnen. Wat doen ze dan eigenlijk precies, en hoe komt het dat er dan bij de een betere zinnen uitrollen dan bij de ander? En hoe kun je dat beïnvloeden? Ik weet bijvoorbeeld van onderzoek naar het effect op stijl van baan-onzekerheid en laatst las ik nog een introspectief blog over ego en stijl. Er zijn allerlei strategische en tactische overwegingen onderzocht, onder andere van beleidsschrijvers.
Maar er is ook nog veel niet bekend. En dat vraagt dus om ‘productief’ stijlonderzoek: hoe formuleren schrijvers eigenlijk, en hoe leren ze dat?
Ik zou bijvoorbeeld wel benieuwd zijn naar wat iemand bezielt die vindt dat hij niet altijd mag schrijver, er ten alle tijden van maakt en dan dus drie spelfouten maakt. Of: welke rol spelen alle mag-niet’s en moeten’s? - Ik zou graag meer nuance zien in het maatschappelijk stijldebat. Ik heb zelf als stokpaardje de lijdende vorm, en ik kan me groen en geel ergeren aan wat voor soort ongefundeerde en ongenuanceerde adviezen mijn vakgenoten daarover geven, in trainingen, op blogs en in handboeken. Er gaapt een kloof van jewelste tussen wetenschap en praktijk op dit gebied – het meeste schrijfadvies is in de verste verte niet ‘evidence based’. Deels is er nog onvoldoende evidence (daar gaan de vorige twee punten over), maar deels zal het veel praktijkmensen worst wezen.
Alhoewel… worst wezen? Het is ook zo dat de wetenschap de praktijk onvoldoende bereikt. Ik heb vooral bij Tekstnet wel gezien dat er veel tekstschrijvers zijn met een enorme kennishonger. Een dankbaar publiek, lijkt me. En ik heb vrijdag ook nog gezegd dat wetenschappers ook wel wat vaker op zo’n blog mogen reageren. Iets meer ‘opvoeden’. In die zin is dit punt eigenlijk helemaal geen apart onderzoeksonderwerp. Maar het staat wel hoog op mijn wensenlijstje.
De punten vonden weerklank, soms uit verrassende hoek, want vanuit het primair en secundair onderwijs werden de eerste twee herkend – of omgekeerd, dat ik herkende wat zij zeiden. Punt 3 heeft de belangstelling van het VIOT-bestuur, en dan ook in omgekeerde zin: de wetenschap zou graag meer horen wat voor vragen er leven in de praktijk. Zo kon ik dus mijn wensen wel kwijt. Er waren ook andere agendapunten natuurlijk – het onderzoek moet vooral ook zijn eigen weg gaan. Niet voor niets schreef ik maandag al over de onverwachte vruchtbaarheid van de meer theoretische bespiegelingen.
Ik ben benieuwd hoe het verder gaat. Ik verwacht niet dat de wetenschap ‘even’ antwoord gaat geven op mijn vragen, en voor het derde punt geldt dat beide partijen het als liefhebberij moeten doen: voor de wetenschappers is het geen onderzoek en de praktijkmensen krijgen er niet voor betaald. Zeker niet in eerste instantie. Maar het levert vast wel wat op.
Reacties
Symposium stijl (2): op de agenda — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>