De verschillende rollen van de tekstdeskundige
De laatste tijd ben ik een paar keer in de positie geweest dat ik mijn rol moest verduidelijken. Voor mij natuurlijk ook altijd goed om te te bezinnen. Hier het resultaat daarvan.
1. Tekstadvies heeft een andere gerichtheid dan schrijftraining en -coaching
Bij training en coaching staan de vaardigheden van de schrijver centraal: ik ben erop gericht om die persoon een stap vooruit te laten zetten in wat hij of zij zelf doet bij het schrijven. Bij tekstadvies staat de tekst centraal, en ben ik erop gericht die te optimaliseren, met het oog op de lezer. Soms ligt bij tekstadvies de lat hoger: deze tekst gaat de deur uit, dus alle puntjes moeten op de i. Soms ben ik echter bij tekstadvies juist pragmatisch: het moet nou gewoon af, dus vooruit dan maar. Terwijl ik ben een training of coaching juist streng kan zijn: nee, het móet echt zo, want als je nu al water bij de wijn gaat doen, leer je het nooit echt goed.
2. Tekstadvies is geen redactie
Bij tekstadvies geef ik de schrijver feedback op zijn of haar tekst, op basis van mijn eigen leeservaringen, al dan niet in samenhang met richtlijnen die voor deze tekst gelden (bijvoorbeeld: de organisatie heeft afgesproken altijd met de hoofdboodschap voorop te schrijven). De schrijver moet dan vervolgens zelf aan de slag om een nieuwe versie te maken. Ik kom zelf niet aan de tekst, of hooguit om een voorbeeld te geven van hoe iets niet moet of wel kan.
Bij redigeren neem ik de tekst juist over, en maak ik de nieuwe versie, al dan niet in overleg met de schrijver.
De twee bezigheden verschillen nogal van elkaar in hun tijdsbeslag: redigeren kost veel meer tijd dan tekstadvies. Bij tekstadvies is mijn tijdsbesteding bovendien flexibeler: ik kan in een paar minuten al iets zinnigs zeggen over een tekst, maar ik kan er ook een paar uur mee aan de slag, bijvoorbeeld om een voorstel te maken voor een verbeterde structuur. Het is maar net hoe veel tijd en budget er is en wat de schrijver wil. Redigeren kan ik alleen als ik ruim de tijd heb. Ik ga meestal uit van een uur per pagina, en dan heb ik ook nog overlegtijd met de schrijver nodig, om te checken of ik op de goede weg ben.
3. Mijn kennis is niet genoeg
Ik heb wel een boel globale, algemene kennis over zakelijk lezen en schrijven, over tekst en taal en visuele middelen. Maar die kennis, die moet altijd toegepast worden binnen een wereld waar ik niet zo veel van weet. Ik weet hoe je een goed rapport schrijft, maar ik weet niet precies hoe ‘goed’ eruit ziet voor die ene specifieke schrijver in die ene organisatie, schrijvend voor die bepaalde klant over een specialistisch onderwerp. Dat kunnen we wel samen uitdokteren, bijvoorbeeld tijdens of voorafgaand aan een training. Maar ik ben daarvoor dus wel afhankelijk van mijn bronnen, dus bijvoorbeeld wat schrijvers en hun leidinggevenden mij vertellen.
4. Ik heb geen schrijftoverstaf
Ik zou het wel eens willen…dan zitten we samen gebogen over een tekst waarvan de structuur niet logisch is, en dan denk ik: als ik nou eens ‘simsalabim’ kon doen en daar verschijnt ineens de perfecte structuur op papier! Maar zo werkt het niet, en zo werkt het voor mij ook niet: ik zie niet altijd, en zeker niet altijd meteen, hoe het dan wél moet. Soms wel, hoor, maar soms ook niet. Ik hoop natuurlijk wel de goede vragen te stellen, of de gedachten van de schrijver de juiste kant op te duwen. Maar soms voel ik me bij tekstadvies wel eens wat bezwaard: dan heb ik het gevoel het de schrijver alleen maar moeilijker te maken met mijn kritische vragen. Zo bedoel ik het natuurlijk niet, maar dat zijn wel de momenten waarop ik verlang naar de schrijftoverstaf!
Aan de andere kant: met zo’n toverstaf zou ook de lol van schrijven minder zijn. Want het allermooiste aan schrijven is wanneer je materie eindelijk in de plooi valt, en er uit al die inhoud in je hoofd en op papier dat heldere verhaal tevoorschijn komt. Soms ineens (eureka!), soms geleidelijk, maar altijd is dat bevredigend, dat moment waarop je denkt: ja, zó ga ik het vertellen. Die in elkaar vallende puzzelstukjes – voor jezelf is dat fijn, en voor de lezer helemaal. Dáár doe je het voor, als schrijver, en daar is mijn tekstadvies dan ook op gericht.
Reacties
De verschillende rollen van de tekstdeskundige — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>