Het presentatie-maak-proces
Al bijna drie decennia wordt er wetenschappelijke onderzoek gedaan naar het schrijfproces (zie bijvoorbeeld dit overzicht van de theorie). Ik maak in schrijftrainingen dankbaar gebruik van een afgeleide versie van de inzichten: bij een goede, efficiënte schrijfaanpak haalt de schrijver de verschillende taken uit elkaar, bijvoorbeeld in voorbereiden (vooral: structureren), doorschrijven en herzien (redigeren en afwerken. Ruwweg volgen die fasen elkaar op in de tijd, alleen is schrijven niet rigide te plannen en recursief van aard: je springt er wat in in heen en weer.
Vaak geef ik echter ook trainingen in het maken van presentaties, en wat is daar dan over te zeggen? Met andere woorden: hoe zit een efficiënt presentatie-maak-proces in elkaar? Zo’n proces leidt in de kortst mogelijke tijd tot een kwalitatief goede presentatie. Ik heb nog nooit over wetenschappelijk onderzoek daarnaar gehoord, laat staan dat de inzichten al 30 jaar hebben kunnen groeien.
Zelf heb ik wel enkele ideeën, over de overeenkomst en het verschil tussen de ideale aanpak bij het maken van een presentatie ten opzichte van een tekst.
- De overeenkomst zit hem in het uiteenrafelen in deeltaken. Het maken van een presentatie is minstens net zo’n complexe klus als het schrijven van een tekst. Daarom is het minstens net zo belangrijk om die klus uiteen te rafelen in deeltaken. Die deeltaken zullen grofweg op dezelfde manier zijn te onderscheiden: voorbereiden/structureren – uitvoeren – herzien/afwerken. Dat is dan ook de aanpak die Titus en ik bepleiten in onze Powerpointboeken.
- Het verschil zit hem in de tweede fase, het uitvoeren. Dat is de fase die bij het simpele schrijfprocesmodel uit de activiteit ‘doorschrijven’ bestaat: snel een eerste versie van de tekst maken waarin de inhoud op de goede plek staat. Deze fase valt bij het ideale maken van een presentatie in tweeën uiteen: het maken van een schets op papier (‘storyboarden’) en daarna het maken van de eerste versie op de computer.
Bij schrijven kan dat ook zo gaan: ik schrijf zelf graag eerste versies met de hand, en de eerste redactieslag kan dan samenvallen met het uittypen van de tekst. Maar bij schrijven hoeft dat niet: je kunt de eerste versie prima op de computer maken. Bij het maken van een presentatie is het riskanter om meteen op de computer te gaan werken, en dat heeft te maken met de verleiding van Powerpoint. Niets is simpeler dan in Powerpoint er wat bullets uit te raggen. Dat lijkt zelfs het meest op het snelle werken in de doorschrijffase bij tekst. Maar als je zo snel en simpel te werk gaat, komt het er niet van om goed na te denken over de visuele middelen. Die stap heeft een eigen plek nodig in het proces, vandaar eerst storyboarden en daarna een eerste versie in Powerpoint uitwerken.
Er is geen enkele taak bij het maken van een presentatie echt helemaal te vergelijken met het vlotte doorschrijven op weg naar de eerste versie. Die vlotheid bij het schrijven van de eerste versie van een tekst vertaalt zich in een vlotte, soepele stijl. Visualiseringen moeten echter niet zozeer vlot en soepel zijn, maar treffend. Dat vraagt meer aandachtig dan snel denkwerk.
In mijn trainingen volg ik bij voorkeur de ideale aanpak van het ‘maakproces’, dus in een schrijftraining zal het altijd eerst over structureren gaan, en dan na een korte doorschrijfoefening vervolgens over redigeren en afwerken. Bij een training over presentaties maken gaat het ook eerst over structureren, daarna over visualiseren. Op dit moment geeft ik aan een aantal groepen een training die zowel over presentaties maken als schrijven gaat. Om ervoor te zorgen dat het proces van die beide activiteiten gelijk op loopt, heb ik bij schrijven een extra fase ingevoegd: na het voorbereiden/structureren volgt het maken van het tekstontwerp. Dat wil zeggen: het uitschrijven van de inleiding en het plaatsen van de koppen. Het equivalent in het presentatie-maak-proces is het maken van het storyboard. De volgende fase is doorschrijven respectievelijk ‘inkloppen’ in Powerpoint, allebei meer een kwestie van gewoon dóen en minder iets wat je kunt trainen (nouja, je hebt er de technische computervaardigheden voor nodig, maar dat is niet mijn pakkie-an), en daarna lopen de beide processen weer gelijk op: zorgen dat alle puntjes op de i staan.
Ik ben benieuwd of er ooit onderzoek komt naar hoe goede presentatiemakers de klus aanpakken. Bovenstaand verhaal is mijn hypothese over die aanpak.
Reacties
Het presentatie-maak-proces — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>