Taal & verkeer
Ik heb net een boek gelezen waarin twee van mijn interesses bij elkaar kwamen. Het gaat om Het recht van de snelste. Geweldig boek! Als fietser die zich wel eens druk maakt over hoe het gaat in het verkeer kwam ik er dingen in tegen die ik zelf ook wel eens geroepen heb, maar ik leerde ook een boek nieuws. En als taalkundige vond ik het interessant om te zien hoe zeer ons denken over verkeer en mobiliteit bepaald wordt door woorden: perspectiefkeuze, depersonificatie en metaforen. Een voorbeeld is dat we over autoverkeer praten (en dus ook denken) alsof het om bloedsomloop gaat: doorstroming is belangrijk, anders krijg je een verkeersinfarct.
Het boek is nog maar net uit. Net sinds die laatste tijd ervaar ik een omkering in het fietsen: e-bikes zijn de norm geworden. Ze zijn getalsmatig in de meerderheid, zeker buiten de bebouwde kom en helemaal buiten de Randstad. Als ‘gewone’ fietser word je er op aangesproken ‘waarom’ je zelf trapt, en, mijn meest recente observatie: toeristen rijden er massaal op. Waar de Bike&Boat-toeristen vorig jaar nog op gewone fietsen reden, zijn dat nu e-bikes geworden, en ik heb onlangs een paar keer in Zeeland geobserveerd dat ook daar toeristen massaal op een e-bike rijden. (Nouja, rijden… voortkruipen. De hulpmotor maskeert een totaal gebrek aan vaardigheden, maar dat terzijde.)
Ik kan inmiddels ook in de taal aantonen dat de omkering er is. Ik keek van de week op de site van de ANWB, en onder het tabje ‘fietsen’ staat eerst ‘elektrische fietsen’ en daaronder ‘niet-elektrische fietsen’:
De gewone fiets staat op de tweede plaats en vergt meer letters dan de e-bike, en is dus de gemarkeerde en daarmee bijzondere vorm geworden.
Ik vind het schokkend. Als fietser dan. Als taalkundige vind ik het machtig interessant.
Reacties
Taal & verkeer — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>