Wat er nieuw aan is, is niet zo gelukkig
Ik schreef hier even geleden dat ik met het gebruik van de term nieuwe media verraadde dat ik al zo oud ben dat ik me de tijd zonder die ‘nieuwlichterij’ nog goed kan herinneren. Daar moest ik aan denken bij de eerste zin van de paragraaf over rapporteren in PowerPoint in het boek Beter in rapporteren (p. 49):
In sommige organisaties is het PowerPoint-rapport in opmars.
Uh? Het boek is net uit. Al zo lang ik werk in de adviesrapportenwereld, en dat is 22 jaar, wordt er geschreven in PowerPoint. Sterker nog: in mijn waarneming is PowerPoint in sommige organisaties en branches op z’n retour.
Met die formulering verraden de auteurs hun onwennigheid – vind ik. Nouja, eigenlijk dacht ik er al aan bij de paragraaftitel ‘Een andere vorm: rapporteren in Powerpoint’ in combinatie met de hoeveelheid aandacht ervoor: een apart ‘hoekje’, van 3 paginaatjes, dat is alles – de andere dik 115 pagina’s gaan over tekst. Dus rapporteren in PowerPoint is toch nog iets raars en aparts en iets wat je moet noemen, maar meer ook niet.
Nou kunnen de auteurs daar mogelijk niet zo heel veel aan doen, althans, het is wél waar wat achterop het boek staat, namelijk dat die aandacht voor PowerPoint ‘nieuw’ is – in deze druk, maar meer in het algemeen ook in dit type handboeken over rapporteren. In het vakgebied is verder weinig aandacht voor deze praktijk. Het is niet gek dat ‘nieuw’ ook nog wat onwennig is.
Iets ernstiger vind ik dat de auteurs schrijven dat PowerPoint geschikt is voor snelle rapporten op hoofdlijnen, en niet voor feitelijk en gedetailleerd informeren. Wat doen dan al die managementconsultants, investeringsbankiers en andere kwantitatief geöriënteerde adviseurs dan met PowerPoint? PowerPoint leent zich júist voor het presenteren van zeer gedetailleerde kwantitatieve gegevens, in de vorm van grafieken. Dat PowerPoint ‘oppervlakkig’ is (mijn woord, niet dat van de auteurs) heb ik vaker gehoord, en is – in mijn ogen – een vooroordeel (ik schreef daar eerder over).
Op zich is het prima dat er weer eens zo’n boek verschijnt. Ik heb net even drie jaar teruggezocht op dit weblog, en in die tijd heb ik hier geen enkel rapporteren-handboek voor het hoger onderwijs besproken. Het kan zijn dat er wat aan mijn aandacht ontsnapt is, maar volgens mij verschenen er vroeger met wat meer regelmaat dit soort boeken. Waar kennelijk markt voor was en ook nog steeds wel is, en die aandacht voor schrijven is mooi.
Wel vind ik het al lang jammer dat vernieuwing ver te zoeken is. Oneerbiedig gezegd: de boeken schrijven elkaar allemaal over. Ook in Beter in rapporteren is de manier van structureren (met vaste vragen per rapportvorm) al minstens 39 jaar oud (1e druk Leren Communiceren, 1980). En overal altijd weer diezelfde moeten’s en mag-niet’s op stijlgebied: schrijf actief, pas op voor stijlfouten.
En werkt het – leidt die aanpak tot studenten die competente schrijvers zijn? Mwah. Ik zie het niet, ik heb daar eerder over geschreven op dit blog (voorbeeld), en ik ben niet de enige: de OESO vindt het ook.
Ook dit boek vernieuwt dus niet of nauwelijks, en wat er nieuw aan is, is niet zo gelukkig. Jammer. Wat er verder staat, is niet fout of slecht. Ik heb het alleen al zo vaak gelezen.
Maar met zo’n verzuchting verraad ik natuurlijk opnieuw mijn leeftijd.
Reacties
Wat er nieuw aan is, is niet zo gelukkig — Geen reacties
HTML tags allowed in your comment: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>