↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: schrijftips

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

ChatGPT bakt niks van een piramide-oefening

Louise Cornelis Geplaatst op 28 januari 2025 door LHcornelis28 januari 2025  

Deze maand deden twee opdrachtgevers los van elkaar dezelfde suggestie: dat ik eens een oefening uit een training zou laten doen door AI. In beide gevallen ging het om het herschrijven volgens het piramideprincipe van een stukje tekst. Het had nog wat voeten in de aarde om dat door ChatGPT te laten doen vanwege de vertrouwelijkheidskwesties, maar in één geval is het toch wel gelukt door de inhoudswoorden aan te passen. En zo geanonimiseerd kan ik het hier ook wel delen.

Het ging om een piepklein tekstje: nog geen 150 woorden, een paragraaf uit een rapport. Als prompt gebruikte ik ongeveer mijn eigen instructie van de slide:

Maak de paragraaf beslissergericht = argumentatief = piramidaal:

  • Bepaal hoofdboodschap en beantwoord daarover de waarom-vraag.
  • Schrijf uit met hoofdboodschap voorop, zichtbare structuur en boodschaptitels.

Het resultaat viel me tegen. ChatGPT leverde iets op wat er van afstand inderdaad piramidaal uitzag: een kort stukje tekst dat er hoofdboodschap-achtig uitzag, gevolgd door drie paragrafen met inhoudelijk titels. Maar dat was het dan ook zo ongeveer. Nouja, de zinnen klopten allemaal wel, en dat blijft natuurlijk een huzarenstukje van de technologie: grammaticaal foutloos Nederlands produceren.

Maar schrijven is meer dan dat. Dit ging er allemaal mis:

  • De hoofdboodschap was niet één compacte zin, maar een meervoudige, met daarin eigenlijk al een piramidetje in zichzelf:

    Er is een tekort op deze markt dat veroorzaakt wordt door X en Y en wat leidt tot Z.

    In de bijzin zitten twee argumenten daarvoor verpakt zaten, en dan komt Z (de eigenlijke hoofdboodschap) er nog achteraan hobbelen. Als je dan ‘waarom’ vraagt, heb je een onduidelijk startpunt voor die vraag.  Je gaat dan eigenlijk dus sowieso al mis. 

  • Van de drie paragraaftitels was er een een boodschap die je als argument voor Z kon opvatten, maar de andere twee waren alleen onderwerpen. 
  • Inhoudelijk was maar een deel van de tekst in de drie paragrafen als argumenten voor de hoofdboodschap op te vatten. De rest was op z’n best te impliciet om zo dienst te doen, en soms zelfs simpelweg alleen beschrijvend, dus helemaal niet argumentatief van karakter. Dat ging ook nogal van de hak op de tak. Rommelige structuur dus.
  • Er zat nogal wat herhaling in de tekst, waaronder tussen hoofdboodschap en het niveau daaronder en tussen de paragrafen onderling. Deels was de herhaling dan net anders geformuleerd, wat inhoudelijk zelfs verwarrend was: bovenaan ging het dus over X en Y als oorzaken voor dat tekort, verderop over X en Y’ – iets wat wel op Y lijkt, maar toch net iets anders is.

Ik heb ChatGPT in een paar vervolgrondes gevraagd het resultaat te verbeteren, maar dat werkte averechts. Ik vroeg bijvoorbeeld om de tekst argumentatiever te maken: ‘verander de beschrijvende passages in argumenten voor de hoofdboodschap’. ChatGPT vatte dat kennelijk op als ‘maak de tekst ronkender’: er waren zinnen aan toegevoegd die niet tot het origineel te herleiden waren en die wel goed klonken, althans, als je van opgeblazen taal houdt:

Om deze uitdagingen aan te pakken, zijn gerichte beleidsmaatregelen en investeringen (…) essentieel.

Tsja, dat is niet helemaal wat ik bedoel met ‘argumentatief’. Bovendien had ChatGPT er toen ook nog een paragraaf ‘conclusie’ onder gezet, daarmee helemaal ingaand tegen het piramideprincipe. Op zich een interessante interpretatie van ‘argumentatief’….

Nou goed. Als een van mijn trainingsdeelnemers zoiets zou opleveren, zou ik denken: die snapt er helemaal niets van, kan niet schrijven en heeft er met de pet naar gegooid. Het illustreert voor mij wel wat ik maar blijf herhalen in trainingen als antwoord op de vraag of AI het schrijven gaat overnemen: AI denkt niet, interpreteert niet, begrijpt niet wat het zelf schrijft, is niet intelligent – voor goed schrijven in het algemeen en voor het piramideprincipe in het bijzonder heb je menselijke hersenen nodig!

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Je lezer leren kennen

Louise Cornelis Geplaatst op 17 januari 2025 door LHcornelis17 januari 2025  

Ik kreeg onlangs in een training een vraag waar ik niet direct een antwoord op heb. Nog steeds niet, maar hier wel wat gedachten.

Hier ging het om: Het was in die sessie veel gegaan over schrijven als maatwerk. Daarvoor moet je je lezer best goed kennen. Stel, je moet iets schrijven voor iemand die je niet goed kent, maar je hebt wel de mogelijkheid tot een gesprek. Welke vragen stel je dan aan die persoon om een goed beeld te krijgen van die lezer? 

Er zitten minstens twee kanten aan die vraag, namelijk: hoe leest die persoon en wat voor voorkennis heeft die? Over de eerste vraag weet ik wat meer dan over de tweede. Althans, ik kan er wat zinnigs over zeggen want er is onderzoek naar. Niet naar die ene persoon natuurlijk, maar er is wel wat bekend over hoe lezers van zakelijke teksten lezen. Ik heb daar zelf wel eens wat over geschreven bijvoorbeeld.

Lezers willen de tekst liefst zo kort mogelijk, digitaal, met plaatjes, een expliciete structuur, de hoofdboodschap goed vindbaar voorop, en zonder vertaal- en andere blunders. Op al die wensen zijn echter ook weer uitzonderingen, zo is me gebleken. Desalniettemin lijkt het mij in het algemeen een veilige keuze om ze wel in te willigen.

Die wensenlijst bleek uit interviews van studenten met zakelijke lezers. Ik heb ook nog twee scripties begeleid, waaruit onder andere bleek dat lezers hartstikke eigenzinnig zijn – op de gekste manieren lezen, eigenlijk, onder andere afhankelijk van tekst, leesdoel en situatie. Bovendien hebben ze ook niet zo’n goed zelfinzicht hebben als het op lezen aankomt: ze doen andere dingen dan wat ze zeggen. Met een lezer praten over diens lezen heeft niet zo veel zin. Hooguit zou je misschien dat wensenlijstje kunnen aflopen om zo’n eventuele uitzondering te achterhalen.

Over het peilen van de voorkennis van de lezer weet ik veel minder. Er is niet iets als een soort checklist die je je lezer voor kan leggen, en als die er wel zou zijn, zou die waarschijnlijk te veel op een verhoor of examen gaan lijken om bruikbaar te zijn. Ik weet er wel een paar zijdelingse dingen over:

  • Nogal voor de hand liggend: opleiding en werkervaring zeggen natuurlijk veel. Daarmee krijg je mogelijk al een belangrijk onderscheid te pakken: is je lezer een leek of een vakgenoot?
  • Ook voor de hand liggend: met iemand praten over het onderwerp geeft echt wel een indruk van de mate waarin die persoon in de materie zit. Nog beter daarvoor: kijken naar de stukken die die zelf schrijft en/of leest over dat onderwerp. Voor het peilen van de voorkennis van de lezers van Optimaal blijven sporten voor 45+’ers heb ik bijvoorbeeld veel gebruik gemaakt van forums en tijdschriften, naast de talloze gesprekken die ik voerde met sporters uit de doelgroep.
  • Voorkennis als zodanig is eigenlijk niet datgene wat je moet peilen om goed te kunnen schrijven. Het gaat om parate kennis, inzetbaar op het moment van lezen. Er zijn van die dingen die je ergens heus wel weet, maar waar je toch net even niet aan dacht… Schrijvers zijn geneigd die parate kennis van hun lezers te overschatten. Dat is de aard van schrijven: je bent zelf bezig geweest met de materie dus je zit er tot over je oren in. Vrijwel elke lezer heeft daarop een achterstand.
  • Je lezer kan weliswaar met hetzelfde als jij bezig zijn, maar dan toch een dusdanig andere invalshoek of beleving hebben dat elkaar begrijpen niet vanzelfsprekend is. Dat is een notoir probleem in de communicatie tussen overheid en burger en ook bijvoorbeeld in de juridische wereld. Ik had het hier eerder over het passeren van een hypotheek; taal van de notaris voor een gelegenheid die ik zelf zou verwoorden als ‘we krijgen de sleutel van ons nieuwe huis’.
  • Bij veel rapporten en dergelijke die ik redigeer voor mijn opdrachtgevers ga ik uit van mezelf: snap ik het zo? Ik ben nooit vakinhoudelijk deskundig, daar moet ik wel rekening mee houden. Daarom vind ik het okee om vakinhoudelijke termen en afkortingen te moeten googlen. Dan moet ik wel zonder te scrollen in één keer vinden wat het is, anders is het al te ingewikkeld.

Met die laatste drie bullets ga ik in het algemeen aan de voorzichtige kant zitten. Dat doe ik vanwege die valkuil van overschatting. Dat een lezer een keer wat ergernis over een uitleg te veel heeft vind ik minder erg dan dat de tekst te moeilijk is. Dat leidt tot onbegrip en kan een lezer bovendien het gevoel geven dom te zijn.

Je kunt er ook voor kiezen om de lezer op de tenen te laten lopen. Dat is niet mijn opvatting van schrijven. Althans, niet voor adviserend schrijven. Er zijn wel andere schrijfsituaties waarin je het de lezer moeilijk mag maken. Ik vind het als lezer ook wel eens leuk om ‘moeilijke’ boeken tot een goed einde te brengen (voorbeeld).  Maar dan ben ik niet de cliënt van een adviseur. Ik vind dat het past bij adviseren om de lezer tegemoet te komen: adviseren is een dienend beroep. De relatie tussen schrijver en lezer is zo een afspiegeling van die tussen adviseur en cliënt.

Meer in het algemeen: een afspiegeling van de relatie van van mens tot mens.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Ik zal niet immuun zijn voor bromvliegen

Louise Cornelis Geplaatst op 13 januari 2025 door LHcornelis8 januari 2025  

Ik heb in de kerstperiode een erg leuk boek gelezen: Het bromvliegeffect. Alledaagse fenomenen die stiekem je gedrag sturen, van Eva van der Broek en Tim den Heijer. Het is inhoudelijk interessant en relevant, maar vooral ook grappig en meeslepend geschreven. Het gaat over allerlei van die ‘fenomenen’, talige zowel als niet-talige. De titel van het boek verwijst bijvoorbeeld naar de vlieg die welbekend is maar die ik alleen van horen zeggen ken en die ervoor zorgt dat mannen beter mikken in het urinoir.

De talige gedragsstuurders hebben natuurlijk mijn bijzondere interesse. Daarbij kwam ik er in het boek een tegen die ik niet helemaal begrijp maar die mij wel helpt anderen te begrijpen. In een kader ‘Let op je woorden’ gaat het over de toekomende tijd. De auteurs constateren daarin dat het Nederlands geen aparte werkwoordsvorm nodig heeft om over de toekomst te praten. Je kunt immers zeggen  ‘Getver, morgen regent het weer’. In veel andere talen, waaronder het Engels, kan dat niet: een extra hulpwerkwoord is nodig, ‘it will rain again’. Daaraan verbinden de auteurs de conclusie dat Nederlanders meer sparen, rijker met pensioen gaan, minder roken, veiliger vrijen en minder dik zijn dan Britten:

Gemiddeld zijn mensen die de toekomst in hun taal op afstand houden, minder begaan met hun toekomstige zelf.

Fascinerend, maar ik ben nog niet helemaal overtuigd, want er zijn tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk wel meer verschillen dan de hulpwerkwoorden, dus ik betwijfel het oorzakelijke verband.

Vervolgens maken ze een stap naar een taaladvies:

Als je iets voor elkaar wilt krijgen, kun je het woord ‘zal’ dus beter vermijden.

Die stap is me te groot, maar zullen vermijden is wel een taaladvies dat veel voorkomt. Je zou krachtiger schrijven zonder dat hulpwerkwoord. Aha, denk ik dan, dit zit daarachter. Okee, maar ik redeneer als taalkundige nog even door.

Dat die stap me te groot is, is deels omdat ik de redenatie van een kenmerk van de moedertaal naar een voorschrift voor een losse taaluiting niet kan volgen, maar ook omdat ik niet geloof dat zullen de toekomst op afstand houdt omdat het een toekomende tijd is. Dat is het volgens de schoolgrammatica, maar zullen, en overigens ook het Engelse will, zijn daar aan de haren bijgesleept, want de Germaanse talen moesten en zouden een ‘futurum‘ hebben, net als het Latijn. Zullen kan inderdaad naar de toekomst verwijzen, maar dat hoeft niet (‘het zal wel zo zijn’), en bovendien kunnen meer werkwoorden dat, gaan op de eerste plaats (‘morgen gaat het alweer regenen’).

Zullen is daarbij een modaal hulpwerkwoorden. Het drukt een mate van (on)waarschijnlijkheid uit (zie de ANS), zoals bij een belofte (‘ik zal dat wel doen’). Die modale kant van de betekenis gaat verloren bij rücksichtslos alle zullens schrappen; ik heb wel eens meegemaakt dat de tekst daar echt verwarrend door werd. Ik kan me bovendien voorstellen dat formuleringseffect op het gedrag eerder door de modaliteit komen dan door de tijd. De twijfel die erin doorschemert past niet bij grote doortastendheid.

(Vandaar dat ik een voorbeeld dat in een voetnoot staat niet vind kloppen. Volgens de laatste noot van hoofdstuk 5 kun je als goed voornemen beter zeggen ‘Maandag zeg ik mijn NS-abonnement op’ dan ‘Ik zal mijn NS-abonnement opzeggen’. Maar volgens mij zegt niemand het zo, als je het serieus meent – je gebruikt dan ga. Nouja, als het belangrijkste dingetje om kritisch op te zijn in een voetnoot staat, dan is het dus een goed boek).

De concreetheid van maandag, dat vind ik dan wel weer een heel goed idee. Met dat soort ‘fenomenen’ kun je dus inderdaad gedrag sturen, en word ook ik de hele tijd gestuurd. Want Het Bromvliegeffect maakt bewust van al dat gestuur. We denken wel dat we vrije, autonome wezens zijn, maar we worden de hele tijd beïnvloed. Denk alleen maar aan reclame. En nee, daar is niemand immuun voor, ook niet de mensen die menen dat wel te zijn.

 

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Zwift is over-expliciet

Louise Cornelis Geplaatst op 8 januari 2025 door LHcornelis8 januari 2025  

Sinds een paar maanden ben ik actief op Zwift, het online fietsplatform. Dat is hartstikke leuk, maar voor mijn taalgevoel wel een stevige uitdaging. Of liever gezegd: er komt voor mij altijd wel wat redigeren bij kijken, en het valt me op dat de meeste mede-zwifters dat niet doen.

Als je dat wilt, zet Zwift automatisch je activiteit (training, groepsrit, wedstrijd) door naar Strava, het sociale medium voor duursporters. Dat doet het nogal over-expliciet. Daardoor krijg je steevast nogal wat woordherhaling, zoals hier:

Zwift – Race: Zwift Epic Race – The London Pretzel (E) on The London Pretzel

Dat is 2X Zwift, Race en The London Pretzel, op een beperkt totaal aantal woorden – bijna verdubbelend! Ik zou daar ‘Zwift Epic Race – The London Pretzel’ van maken. Ook zonder dat (E), wat de niveau-aanduiding is. Dat vind ik  niet nodig in een Strava-titel. Dat geef ik immers ook niet aan bij andere activiteiten. Zwift gaat daar soms best ver in door zelfs het vermogen per kilo aan te geven, een nog preciezere niveau-aanduiding:

Zwift – Group Ride: Rapha Festive 500 with Coco @ 2.6 W/KG on Greatest London Flat in London

Enne – nogal logisch dat de Greatest London Flat in (virtueel) London is, hè.

Ik vind het sowieso eigenlijk helemaal niet nodig om aan te geven wáár de fietstocht was. Dat zie je immers op de GPS-registratie bij de activiteit, want virtueel ziet dat er hetzelfde uit als in de echte wereld (wat op zich grappig is natuurlijk). Maar bovendien doe ik dat bij een fietstocht in de echte wereld ook niet. Ik schrijf niet achter een ritje hier in de buurt op Zuid-Beveland erachter, dat zou raar zijn. Dus ook dat vind ik over-expliciet.

Die over-explicietheid geeft mij redactionele jeuk. Anders gezegd: ik vind de titels te lang en lelijk. Ik pas ze daarom altijd aan. Afgelopen maandag maakte ik van

Zwift – Group Ride: Zwift Women’s Training Club Monday Magic ✨ (E) on France Classic Fondo in France

:

Zwift Women’s Training Club – Monday Magic ✨

Merk op dat club group ride implicieert – geen echte woordherhaling, maar wel een overbodigheid.

Ik kan zien in Strava dat ik de enige aanpasser was. Dit waren namelijk volgens Strava de ‘andere sporters’ met wie ik bezig was:

Tsja, zal wel beroepsdeformatie zijn…

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Een beetje van mezelf en een beetje van AI

Louise Cornelis Geplaatst op 14 november 2024 door LHcornelis12 november 2024  

In mijn stukje van vorige week over Wetenschappelijk schrijven in tijden van AI kondigde ik aan dat ik het ‘receptje’ voor het schrijven van prompts uit dat boek deze week zou gaan uitproberen. Welnu, het werkte als een trein. Een verslagje.

Ik had beloofd met ChatGPT een paar casussen te schrijven voor een workshop over de morele kant van AI, met steeds een situatie over een AI-toepassing en dan een vraag als ‘wat zou jij doen?’ of ‘wat maakt dat uit voor jou?’. We hadden er zelf drie bedacht, en van de vierde alleen het thema, nogal hoog-over (‘discriminatie’). Aan de hand van de instructie in het boek voegde ik aan mijn prompt de elementen taak, rollenspel, stappen, context, doel en vorm toe. Daardoor werd het een uitgebreide prompt, de langste die ik ooit opgegeven had. Ik denk dat ik er zelf niet zo gauw op zou zijn gekomen om de hele context mee te geven, inclusief wat we zelf al bedacht hadden, en ook niet de vorm. 

Het schrijven ging vervolgens als een trein. Ik vroeg ChatGPT eerst om de vierde casus, dat was meteen bingo. Inhoudelijk was het direct bruikbaar (over solliciteren, waarbij AI discrimineert); de vraag was nog net wat te weinig persoonlijk: het moest echt een vraag aan de deelnemers zelf zijn, dus niet zoiets als ‘wat zou het bedrijf moeten doen?’ Voor wat betreft de vorm vond ik het een soort-van grappig om te zien hoe het programma braaf aan de eisen voldeed: keurig netjes eerst een situatie en dan een vraag, met nette kopjes erboven. Dat was netter dan in mijn prompt, en ook netter dan ik zelf gedaan zou hebben als ik zo’n schrijf-verzoek gekregen zou hebben.

Het viel me op dat die vierde casus langer was, verder was uitgewerkt, dan onze drie, dus toen vroeg ik om nadere uitwerking van die drie. Dat ging ook goed. Ik was hartstikke blij en onder de indruk. Toen ik beter ging kijken om de vier casussen definitief te maken, was ik echter wel ietsje teleurgesteld: ik moest vooral weer heel wat van die nadere uitwerking wegredigeren. Er stonden verdubbelingen in, vooral tussen situatie en vraag, en soms gaf ChatGPT een te sterke voorzet voor het antwoord. 

Een voorbeeld van dat laatste, uit de casus over schrijven. Het gaat er daarin om of het uitmaakt of de geweldige liefdesbrief die je ontvangt door je nieuwe vlam zelf geschreven is, of door ChatGPT. Dat programma had erin gezet:

(…) je voelt je misschien toch een beetje bedrogen. Het lijkt alsof je partner niet echt hun eigen gevoelens heeft uitgedrukt, maar een machine dat voor hen heeft gedaan.

Dat is te ver ingevuld: over de kwesties ‘bedrog’ en ‘echt gevoelens uitdrukken’ mogen de deelnemers zich juist gaan buigen. Zo werden in tweede instantie de oorspronkelijke drie casussen toch weer korter, en dus ook korter dan de vierde. Dat is op zich niet zo erg, wel frappant. In dit geval was ChatGPT beter in zelf iets bedenken dan in aanvullen.

Wat ik hiervan leer is dat de instructie voor prompts uit het boek werkt. Maar meer nog: dat ‘mens of AI’ een schijntegenstelling is. Stel dat we een vijfde casus zouden maken over het schrijven van deze casussen, zo van:  wat maakt het voor jou als deelnemer uit als een workshopleider zelf casussen schrijft, of dat door generatieve AI laat doen? Daarin zit die schijn-tegenstelling. Ja, ChatGPT heeft me geholpen, maar de menselijke creativiteit is gaan zitten in het voorwerk dat leidde tot de prompt, en zonder mijn inmenging achteraf was het ook niet helemaal goed gegaan. Het is dus ‘een beetje van mezelf en een beetje van ChatGPT’ (bron) en niet ‘óf mens, óf ChatGPT’.

En bedenk nu zelf wat dat uitmaakt voor jou (;

 

 

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Doelgroep of lezer?

Louise Cornelis Geplaatst op 28 oktober 2024 door LHcornelis24 oktober 2024  

Laatst hadden de schrijvers bij een nieuwe opdrachtgever het steeds over de doelgroep en ik over de lezers van hun rapporten. Dat lijkt hetzelfde, maar er is toch een verschil, of althans: ik maakte een verschil om uit te leggen waarom ik het liever over lezer(s) heb:

  • Doelgroep is een woord uit de massa-communicatie, zoals voorlichting en reclame. De tekst is dan bedoeld voor een grote, tamelijk diffuse groep zonder direct belang erbij. Je moet dan dus bijvoorbeeld verleiden tot het lezen van de tekst.
  • De lezer is iemand die je kent, zoals in een organisatie of tussen adviseur en geadviseerde. Bovendien heeft die lezer een belang bij de tekst, of dat zou zo moeten zijn (zoals bij ongevraagd advies). Dat belang kun je uitdrukken in een vraag, waarop de hoofdboodschap een antwoord geeft.

Een adviesrapport heeft een lezer, geen doelgroep.

Het lijkt ‘maar’ een woordje, doelgroep of lezer, maar de voor mij afwijkende woordkeuze was wel een symptoom van gebrekkige lezergerichtheid. Ik had vooraf een paar rapporten van deze organisatie gezien en al geconstateerd dat ik niet kon achterhalen voor wie ze bedoeld waren. Ze bleken dat ook inderdaad niet helder voor ogen te hebben en er verschillend over te denken. We hebben daar een goed gesprek over gehad dat hopelijk leidt tot meer lezer en minder doelgroep in hun denken en schrijven.

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Schrijven = jezelf teleur stellen

Louise Cornelis Geplaatst op 18 oktober 2024 door LHcornelis10 oktober 2024  

Ik zeg het vaak in trainingen: perfect wordt schrijven nooit. De perfecte piramide bestaat niet, want structureren is afhankelijk van interpretatie en altijd blijft er wel wat ‘rafelig’, want de werkelijkheid is niet zo mooi in vakjes in te delen. En de perfecte tekst bestaat ook niet, al is het alleen maar omdat lezers verschillen en je ze nooit allemaal kunt behagen. Het schrijfproces verloopt ook nooit perfect, je maakt altijd missers. 

Al die imperfectie moet je kunnen verdragen – schrijven vraagt om frustratietolerantie. Die oefen je daar dus ook mee. In Schrijven Magazine van deze maand (nr. 5 van 2024, p. 30) vond ik dat fraai verwoord door Ellen Deckwitz:

Geen enkele versie is volmaakt. Het is juist de kunst om na een belabberde start door te ploegen en zo je onzekerheid aan te gaan. Een van de grote meerwaardes van goed leren schrijven is dat je leert om jezelf teleur te stellen.

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Twee pittige leeservaringen (1/2): Prophet Song

Louise Cornelis Geplaatst op 14 oktober 2024 door LHcornelis10 oktober 2024  

Ik heb net twee boeken tegelijkertijd gelezen (doe ik wel vaker) die allebei zeer de moeite waard waren, maar ook allebei pittig, om verschillende redenen. Om ze per boek recht te doen, besteed ik er twee weblogposts aan. Vandaag dus het eerste boek, morgen het tweede.

Ik kreeg van een vriendin Prophet Song aangeraden, als goed maar bepaald niet vrolijk stemmend boek dat nauw aansluit bij de huidige tijd. In dat boek heeft schrijver Paul Lynch twee opvallende vormkeuzes gemaakt:

  • Er staan geen alinea’s in, dus per paragraaf gaat de tekst achter elkaar door. Dat heeft me niet gehinderd bij het lezen. Er zaten wel ‘adempauzes’ in de hoofdstukken met witregels, die soms een fikse en impliciete sprong in de tijd waren, maar dat vond ik niet afwijkend van veel andere romans.
  • Er staan geen aanhalingstekens in om gesproken woord te markeren. Er wordt gepraat, in dialogen zoals gebruikelijk in een roman, maar waar een citaat begint en eindigt, is niet zichtbaar. Dat is een kwestie van zoeken in die doorlopende zinnen terwijl je interpreteert. Dat vond ik af en toe knap lastig, moeilijker dan het gebrek aan alinea’s. Het wende wel.

Ik werd me er zo van bewust hoe nuttig markeringen zijn: als hulp bij het lezen. Maar het gebrek eraan is hier beslist functioneel. Ik had het zelf niet bedacht (ik las het op Wikipedia) maar onbewust wel degelijke ervaren: deze keuzes passen bij de strekking van het boek, omdat ze wat claustrofobisch aandoen: je zit ‘vast’ in het spoor van zo’n eindeloze alinea, zonder houvast. Dat lijkt op de beklemmende manier waarop de hoofdpersoon vast zit in een Ierland dat onder een regime komt dat een einde maakt aan de democratie, waarop het land richting burgeroorlog afglijdt.

Het is een indringend boek, zeer actueel en het nodigt uit tot empathie. Beslist een aanrader – maar dus wel lastig lezen.

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Net m’n werk, maar dan in het Frans

Louise Cornelis Geplaatst op 10 oktober 2024 door LHcornelis10 oktober 2024  

Ik viel afgelopen dinsdag bij mijn eerste Franse les met mijn neus in de boter: het grammatica-gedeelte ging over signaalwoorden. We moesten bijvoorbeeld signaalwoorden invullen in een tekstje, nou, goede signaalwoorden kiezen, dat doe ik als ik redigeer ook volop. Dus dat kwam wel heel dichtbij mijn werk, al had ik zoiets nog nooit in het Frans gedaan – dit soort oefeningen zaten niet in de e-learning. Ik vond het heel leuk, maar ergens gaat zoiets me natuurlijk te makkelijk af op basis van mijn algemene kennis van teksten, niet zozeer van het Frans.

Al hielp dat wel weer mijn ego ietsje op te krikken, want ik spreek voor mijn gevoel veel minder goed dan mijn groepsgenoten. Waar ik een e-learning deed, deden zij vorig jaar ook al een op conversatie gerichte cursus, of hebben ze een tweede huis in Frankrijk of Franse familie. Ik heb daar een boel in te halen. Maar dat is wel heel leuk – de eerste les was fijn!

 

Geplaatst in schrijftips | Geef een reactie

Wonderlijk bordje

Louise Cornelis Geplaatst op 9 oktober 2024 door LHcornelis9 oktober 2024  

Maandag zag ik in de buurt van station Rotterdam Blaak een wonderlijk bordje:

Ik schrijf ‘in de buurt van station Blaak’ (ik zie sinds ik met het OV reis in m’n oude thuisstad andere dingen dan toen ik er altijd fietste), maar beter is: in de buurt van de Oude Haven, een uitgaansgebied.

Ik kan de boodschap wel interpreteren: de buurtbewoners willen minder overlast van vallend glas. Dat begrijp ik uit beeld en afzender.

De rest van de verbale boodschap vind ik wonderlijk. Het is heel indirect. Wat heeft het woord gedragsverandering te maken met wat de buurtbewoners willen? En de vraag met ofzo erachter ervaar ik ook nog eens als passief-agressief.

Ik weet niet eens zeker op wie de boodschap gericht is: op het uitgaanspubliek zelf, of op de uitbaters, met wie er mogelijk wel eens over gedragsverandering gesproken is? En ook maakt het me nieuwsgierig hoe zo’n bordje tot stand komt – welke brainstorm ging eraan vooraf?

Nou weet ik niet precies hoe je de gewenste gedragsverandering wel tot stand brengt, lijkt me een moeilijke, maar wel zou ik denken: maak concreet hoe je het wél wil hebben. Dus iets met ‘stil graag’ of ‘houd je glas heel’ of ‘houd rekening met de buurtbewoners’ ofzoiets. 

Geen idee of dat helpt, maar je moet wat.

Wel denk ik bij dit bordje: het is zo wonderlijk dat het mij aanzette tot erover nadenken. Als dat bij de doelgroep gebeurt, bereikt het misschien toch wat. 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Met genderneutraal verwijzen gaat een subtiel ander onderscheid verloren
  • Ik mag sturen
  • De richting van de vragen hoort bij lezergerichtheid
  • Doe toch echt maar het gewonere woord
  • Onder de indruk van de kracht van de piramide

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (312)
  • Opvallend (541)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (153)
  • schrijftips (886)
  • Uncategorized (45)
  • Veranderen (38)
  • verschenen (202)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑