↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: Opvallend

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Acrobatiek bij het water?

Louise Cornelis Geplaatst op 20 februari 2024 door LHcornelis11 februari 2024 2

Hier weer eens eentje voor de collectie opmerkelijke bordjes.

Vlakbij ons huis loopt een (bijna) doodlopende tak van de Schie, met een wandelpad ernaast. Laatst liep ik daarover en zag ik in het water dit bordje, haaks op de oever, en vast aan een ding dat ze daar een paar jaar geleden gemaakt hebben om de oevers natuurvriendelijker te maken:

Van een afstandje had ik vage associatie met een trimbaan, dus dat je vanuit het water een acrobatische oefening moest doen. Iets dichterbij zag ik dat het om duiken ging. Het duurde nog langer voor ik zag dat die wiebeltjes de waterlijn zijn. Kennelijk gaat het erom dat je niet van dat ding af moet duiken met je hoofd voorover, omdat je je dan kan stoten aan hobbels in de oever.

Ik kan me bij dat gevaar wel iets voorstellen, maar dan vind ik dit geen helder bord. Het is sowieso te priegelig. Het staat ook nog eens gericht in de lengterichting van het water, dus gaat het er kennelijk om dat je niet van boten af mag springen – maar het water loopt dood en de enige scheepjes zijn bestemmingsverkeer.

Wat me echter nog meer bevreemdt, is dat je in dat water helemaal niet mag zwemmen. Verderop staat dit bord:

Natuurlijk, daar wordt wel eens de hand aan gelicht, maar niet veel: het water staat erom bekend dat er botulisme in kan zitten. Dus ik vraag me af welk probleem dit bordje oplost. Of, om preciezer te zijn: deze bordjes, want het was een hele serie: op elk van die ‘dingen’ voor de natuurvriendelijke oever twee, aan beide kanten.

Ik vind het maar verwarrend: als je er niet mag zwemmen, hoezo moet je dan gewaarschuwd worden voor als je erin springt?

 

Geplaatst in Opvallend | 2 reacties

Hoe kan die, uh, dat?

Louise Cornelis Geplaatst op 5 februari 2024 door LHcornelis3 februari 2024  

In het ‘Magazine‘ bij de NRC van afgelopen weekend stond op p. 17 een advertentie voor cosmetica met daarin deze zin:

Een compleet verzorgingsconcept voor de veeleisende, rijpere huid die de huid intensief hydrateert (…) en beschermt tegen invloeden van buitenaf.

Die moet dat zijn, want het slaat op het het-woord concept. Je hoeft er niet eens voor te ontleden: het valt extra op omdat die alleen op de-woord huid kan slaan, waardoor dat woord raar herhaald wordt (‘de huid die de huid hydrateert’). Deze zin is knetter ongrammaticaal. Gewoon hartstikke fout.

Nou kan ik niet altijd zitten met een taalfout, maar bij deze vraag ik me wel sterk af: hoe kan zoiets nou gebeuren? Dat Magazine is gericht op een welvarende doelgroep, de advertentie is over de hele pagina, met veel wit – dat mag wat kosten. Dit is een sjieke advertentie dus. Het is de enige echte zin, het is niet dat dit een detail is dat verloren is gegaan in een lap tekst. Hoe kan het dan zijn dat er niemand even een kritisch oog op dat ene zinnetje heeft geworpen?

Met die vraag heb ik het hele weekend rondgelopen.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

VIOT was weer de moeite waard

Louise Cornelis Geplaatst op 31 januari 2024 door LHcornelis31 januari 2024 4

Het VIOT-congres, de grote Nederlands-Vlaamse conferentie op mijn vakgebied is eens in de drie jaar, maar drie jaar geleden kon die niet doorgaan vanwege corona, zes jaar geleden was ik in Nieuw-Zeeland en zo was het voor mij ineens negen jaar (en een maand) geleden. Vandaar dat ik uitkeek naar mijn tripje naar Enschede vorige week. Sommige vakgenoten was ik elders nog wel eens tegen het lijf gelopen, maar anderen had ik echt negen jaar niet gezien, en alleen al dat maakte het leuk. De tijd om bij te praten leek zelfs te kort, zeker omdat ik af en toe mijn eigen gang ben gegaan tussendoor, vooral uit beweeg-behoefte, en ook dat (zwemmen, hardlopen) was prettig. Hieronder een verslag van de rest, en op sommige aspecten daarin kom ik vast later nog eens terug ook, dus het was weer de moeite waard!

Dat het leuk was, was belangrijk, want als ik het puur zakelijk bekijk (wat ik niet doe, en wat niet hoeft), zou ik wel twijfelen of de investering rendeert. Die is behoorlijk, met inschrijfgeld, de verblijfkosten en de treinreis. Verdien ik dat terug? Ik keek wat bedenkelijk toen ik het programma voor het eerst zag: zakelijk schrijven en lezen is ‘uit’, het onderwijs is terug van weggeweest. Het is me al vaker opgevallen hoe zeer de wetenschap aan trends onderhevig is, en de huidige trend is nogal ver af van mijn eigen werk. Dat vind ik een beetje jammer, maar ik kan dat ook relativeren: als ik de afweging moet maken tussen het belang van hoog-opgeleide professionals en slecht lezende 15-jarigen, dan weet ik het ook wel. De vertaalslag maak ik bovendien zelf wel. En dat terugverdienen, dat is niet heel belangrijk – inspiratie is me ook veel waard.

De trend betekende echter wel dat er maar één presentatie een direct raakvlak had met mijn werk. Op vrijdagochtend vertelde Geerke van der Bruggen over onderzoek naar de begrijpelijkheid van rechterlijke uitspraken. Eén van de variabelen in haar onderzoek is de plek van de hoofdboodschap (mijn woord): voorop of achteraan. Ze had daarover geen eenduidige resultaten te melden (helaas), wel een intrigerend, maar ook niet eenduidig, gender-effect. Dat zette mij aan het denken, maar dat was wel speculatief – ik kom er nog een keer op terug hier, en wie weet ook nog met haar, dat zou ik wel waarderen.

Beperking op het onderzoek lijkt me wel dat het niet tot panklare schrijfadviezen kan leiden. Het gaat alleen om begrip van het brede publiek kijkt, en niet het effect op meer gespecialiseerde en dichter betrokken lezers. In de praktijk hebben schrijvers te maken met een spanningsveld tussen die diverse lezersgroepen. Voor die verschillende lezersgroepen had Van der Bruggen wel een mooi model met cirkels dat ik vast wel eens ga ontlenen.

Twee andere sessies hadden een inspirerend indirect raakvlak:

  • Op donderdagochtend ging de ‘keynotepresentatie’ over de grote taalmodellen van AI, zoals ChatGPT en aanverwanten. Ik verdiep me daar al een tijdje in, vooral om antwoord kunnen geven op de vraag die ik al een paar keer gesteld heb gekregen: ‘waarom zouden we nog zelf moeten leren schrijven, dat kan AI toch overnemen?’ Willem Zuidema en Katrin Schulz hielpen me weer een stapje verder bij het formuleren van mijn antwoord daarop, en ze deden dat ook nog met voortreffelijke visueel materiaal, het beste van de drie dagen. De drie belangrijkste bouwstenen die ze aandroegen waren:
    • Het toeschrijven van intelligentie en creativiteit aan ChatGPT is eigenlijk projectie (mijn woord): we zien als output een voor ons betekenisvolle tekst en die kennen we alleen maar als afkomstig van andere intelligente wezens, vandaar dat we denken dat AI intelligent en creatief is, net zoals wij. Maar dat is niet zo: het is een ‘stochastic parrot’ die op basis van triljoenen woorden voorspellingen doet.
    • De soms rare en discriminerende output van grote tekstmodellen is niet zomaar een nog te fixen probleempje, het zit dieper dan dat: in de input, in de algoritmes en in het model. Bias en ‘hallucineren’ zit zodoende ingebakken; AI vergroot de bias die in onze maatschappij toch al aanwezig is. Een al te blind vertrouwen in technologie is daarom een ‘dode hoek’, het is zaak om zelf controle te houden.
    • Aan de ethische problemen van het gebruik van AI die ik al kende, kon ik er nog een toevoegen: in lage-lonenlanden zitten mensen voor een habbekrats handmatig de ’toxic content’ uit de output te filteren. Zodat onze intellectuele productiviteit groter wordt, want dat is de stap vooruit van AI. Maar dat komt dus met een prijs.
  • Op donderdag aan het eind van de middag was er een panel van maar liefst anderhalf uur over tekstanalyse, aan de hand van een nieuwe editie van een toonaangevend boek daarover (dat ik overigens zelf niet gebruik). De zes methoden in dat boek werden ultrakort gepresenteerd door de auteurs van de hoofdstukken erover, en daarna hebben we met z’n allen gekeken naar een voorbeeldtekst, een Volkskrant-column. We mochten die behandelen alsof we redacteur waren en de auteur feedback gaven, en de panelleden plaatsten onze reacties in het kader van die zes methoden. Ik vond dat erg leuk om te doen, en dat zat hem er vooral in dat ik het als bevestiging ervoer om te ervaren dat mijn vakgenoten tot overeenkomstige conclusies kwamen. Hun opmerkingen en ook dat kaderen binnen het boek zetten hier en daar ook nog een stapje verder. Ik kijk natuurlijk vaak als enige ‘deskundige’ naar een tekst, en als ik dat samen doe, is het vaak met dezelfde collega’s. Het was een feest om dat eens met zo’n twintig anderen te doen. Sowieso fijn dat er op de conferentie andere en actievere werkvormen waren dan de standaard-onderzoekspresentatie.

Van de presentaties over onderwijs in lezen en schrijven heb ik nog meegenomen dat:

  • ‘graphic organizers’ voor tekststructuur werken (Bogaerds e.a. – ‘piramides tekenen!’ dacht ik dus)
  • het oprukken van sociale media de leesvaardigheid op nationaal niveau beïnvloedt: als een land massaal online gaat chatten, daalt in dat land de PISA-leesvaardigheid, maar dat is wel deels een tijdelijk effect (Luyten – die het effect van het slechte Nederlandse onderwijs op die recente lage scores dus relativeerde)
  • een ‘leesklimaat’ de individuele leesvaardigheid positief beïnvloedt (Wyns)
  • een andere beperking op schrijven met AI is dat het dan alleen lijkt te gaan om het resultaat van het schrijven, niet om het denk- en schrijfproces (Hof)
  • je om met ChatGPT en aanverwanten te schrijven eigenlijk méér moet kunnen dan wanneer je zelf schrijft, want je moet de output kunnen beoordelen (discussie bij Van der Loo)
  • intensief schrijfonderwijs werkt (Bouwer e.a.).

En verder was er een boel vakinhoudelijk leuks. Ik vraag me bijvoorbeeld nog bijna elke dag een keer even af hoe je het equivalent van ‘hij twitterde’ schrijft als je twitter wilt vervangen door de nieuwe naam X. Hij xte, x’te, Xte of X’te? Die vraag stelde Alex Reuneker als een soort teaser aan het begin van zijn presentatie over de problemen die spellers ervaren  met leenwerkwoorden. Ik ervoer die trouwens zelf ook, want in een paar opdrachtjes maakte ik zelf ook fouten: in ‘hij browsede’ blijft de e en ‘zij chillt’ heeft 2 l’en (dûh, sommige regels zijn wel freaky). Precies dat type fouten zijn het meest frequent bij de gebruikers van Reunekers website om de werkwoordspelling te leren. 

Van een heel andere orde is dat ik (toch een beetje buitenstaander) leerde dat de taalbeheersing onder druk staat en wellicht een andere naam en/of afbakening en/of samenwerkingsverbanden nodig heeft (panel over de toekomst van het vak). Ik noem mezelf ook eigenlijk alleen maar ’taalbeheerser’ als het om dit congres gaat. Maar eerlijk gezegd zal het mij worst wezen hoe het vakgebied zich noemt.

Ook van een andere orde: de onderzoekspresentaties waren wel erg kort, met 20 minuten voor alles, dus inclusief vragen en van zaal wisselen als je dat wilde – wat in de praktijk lastig was. Dat maakte sommige sprekers zo gehaast dat ze ademnood kregen. Wat mij betreft zou er te besparen zijn op het bespreken van het onderzoeksmateriaal: hardop voorlezen van tekstfragmenten bijvoorbeeld is tijdrovend en onnodig voor een zaal vol met zeer bedreven lezers. Wel zou een handout dan af en toe fijn geweest zijn – het vakgebied lijdt al langere tijd aan Powerpoint-dwangmatigheid, vind ik. Niet altijd even goede Powerpoints ook, soms bijvoorbeeld te klein of te vol of te expliciet.

Wat ik dan wel weer fijn vond om te merken was dat er minder presentaties waren van het type ‘weinig theorie, vage constructen, maar wel statistiek tot drie cijfers achter de komma’. Daar heb ik me vanuit mijn positie aan de zijlijn in eerdere jaren wel aan gestoord. Ook viel me op hoe constructief de sfeer was, er werd ook echt met elkaar meegedacht – ook dat heb ik wel eens anders meegemaakt. Het was niet alleen mij opgevallen: in het slotwoord zei organisator Menno de Jong er ook iets over.

Net voor dat slotwoord was de inhoudelijke uitsmijter van de conferentie ook zeer de moeite waard, niet voor mij in mijn professionele rol, maar wel voor mij als burger. Stef Aupers nuanceerde het idee dat complottheorieën ontstaan doordat de sociale media als ‘echo-kamers’ aanzetten tot radicalisering. Hij vindt dat overdrijving van een mono-causaal effect, techno-determinisme, de werkelijkheid is complexer dan dat. Complotdenkers zijn niet passief, ze geven actief zin en betekenis, al is dat vaak ‘oppositioneel’ aan de reguliere ideologie. En deels is wat er gebeurt op bijvoorbeeld YouTube een spel (vergelijk: ‘Wie is de mol’ gaat ook uit van complotdenken). Het was een boeiend en ook weer opvallend goed gevisualiseerd verhaal.

* * *

En zo ging ik vrijdagmiddag tevreden naar huis, de hele terugreis lang nog aangenaam in gesprek met vakgenoten. Het was zo een uitje dat ik als nuttig en aangenaam heb ervaren. Het volgende VIOT-congres is al over twee jaar – ik kijk er nu al naar uit!

 

Geplaatst in Opvallend, Piramideprincipe-onderzoek, schrijftips | 4 reacties

Op mijn lijf geschreven

Louise Cornelis Geplaatst op 29 januari 2024 door LHcornelis29 januari 2024  

Vorige week las ik (in de trein onderweg naar het VIOT-congres, waarover later meer) het meest recente nummer van Onze Taal (nr. 1 van 2024. Daarin stond een ingeschreven brief die op mijn lijf geschreven was, nee, die mij op het lijf geschreven was (p. 29):

Ik hoor het nogal eens, bijvoorbeeld als ik naar wielrennen kijk, op de Nederlandse of Vlaamse tv, over een wielrenner: een koers die op zijn/haar lijf geschreven is. Het vergaat mij dan net zo als de brievenschrijver: ik vind het gek, en ik zie het ook te letterlijk voor me, als beschreven lijf inderdaad.

Het is al zo lang en zo hardnekkig dat ik af en toe denk: ik ben nog de enige Nederlander die moeite heeft met deze taalverandering. In de trein woensdag voelde ik me eventjes begrepen.

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

PEP als vertaalfout

Louise Cornelis Geplaatst op 23 januari 2024 door LHcornelis1 februari 2024  

Mijn opdrachtgevers weten het al en verder ook al een boel mensen: ik ga verhuizen! Vanaf half april zal het vestigingsadres van Louise Cornelis Tekst & Communicatie in Kapelle zijn. Voor dit weblog verandert er niks, hooguit zal het dan even wat stiller zijn vanwege de drukte.

Bij het zoeken en kopen van het nieuwe huis kwamen ook een boel teksten kijken. Ik heb mezelf bijvoorbeeld twee jaar lang blootgesteld aan de stijlbloempjes op Funda en me door de schokkende bureaucratie van de hypotheekverstrekker heen moeten bijten. Dat was echt erg, vond ik, en in de achttien jaar tijd sinds ons vorige huis ook volledig uit de bocht gevlogen. Ik zou daar een boel meer over kunnen schrijven, maar laat ik er voor nu één ding uithalen, dat ook bij de notaris speelde: de PEP.

Ik had geen idee, ik hoorde voor het eerst iets van een ervaringsdeskundige vriendin die ook net een nieuw huis had. Ik zat nog in de euforie van het vinden van een geweldig nieuw huis toen ik haar sprak. Zij zei toen iets over de afhandeling, inclusief:

Je moet ook nog iets ondertekenen over dat je geen BN’ers kent

Ik dacht: huh? Maar kort daarna begreep ik wat ze bedoelde. We kregen inderdaad een PEP-verklaring te ondertekenen: dat we geen ‘politiek prominente personen’ kennen. Dat is een instrument om corruptie tegen te gaan.

Als ik dat zo lees, ‘politiek prominent persoon’, denk ik inderdaad ook zoiets: bekende politici. Ik snapte niet zo goed wat ik daarmee moest. Toen ik de Engelse term ervoor las, ‘politically exposed person’, begreep ik het beter: het gaat niet om bekend of beroemd, maar om blootgesteld of blootstaande. Dat is echt iets heel anders. En waarschijnlijk is bestuurlijk een betere vertaling dan politiek voor politically. In het lijstje vind ik een boel functies die juist níet politiek zijn.

Bestuurlijk blootstaande personen bekt ook totaal niet, maar is volgens mij een minder verwarrende vertaling dan politiek prominent. Iets met ‘hoge bestuurlijke ambten’ zou volgens mij ook goed kunnen.

En toen dacht ik dus: o, het gaat erom dat we niet met een wethouder van Kapelle onder één hoedje hebben gespeeld ofzoiets, maar nee, dat is ook niet zo, want  lokaal niveau valt er weer niet onder.

Wat een kanon. Om op een mug te schieten.

En wat erg eigenlijk – een heleboel mensen die zich afvragen wat ze zitten te ondertekenen, door een achteloze vertaling.

 

 

 

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Subjunctief

Louise Cornelis Geplaatst op 17 januari 2024 door LHcornelis17 januari 2024  

Rond kerst hoorde ik een paar keer mensen zeggen dat ze moeite hadden met het zingen van ‘vrede op aarde’, gezien de oorlogen in Oekraïne en Gaza: de vrede op aarde was ver te zoeken. Ik snapte dat niet helemaal, deels omdat er elk jaar wel oorlog is, ook als we dat niet als zo dichtbij ervaren, maar meer nog omdat mij glashelder is dat het een wens is, geen uitspraak over de huidige stand van zaken.

Dat het een wens is, is aan die paar woorden niet te zien, maar het lied ‘hangt’ aan de werkwoordsvorm zij: ‘ere zij God‘. Dat is een subjunctief of aanvoegende wijs – een werkwoordsvorm met een specifieke betekenis, namelijk van ‘irrealis’ of ‘potentialis’: je kunt er dingen mee uitdrukken die niet waar zijn maar dat wel zouden kunnen zijn in een andere wereld of in de toekomst. Zoals een wens.

Ik zou daarom dus denken: juist dit jaar moest je ‘vrede op aarde’ zingen, als potentialis.

De subjunctief wordt in het Nederlands niet veel meer gebruikt. Ze is alleen nog maar terug te vinden in vaste formules zoals ‘ere zij God’, ‘leve de koningin’ en ‘wie de schoen past, trekke hem aan’. In andere talen is dat wel anders, zoals in het Frans. Ik schreef hier al eerder dat ik sinds de zomer bezig ben met het opfrissen daarvan en dus moet ik me buigen over echt levend gebruik van de subjunctief. Dat valt me nog niet mee.

Ik zou denken dat ik als taalkundige moeiteloos zo’n betekenisonderscheid zou kunnen maken, ik houd ook wel van van die bijzondere vervoegingen enzo. Maar toch ga ik regelmatig de mist in, bijvoorbeeld met van die lastige ‘uithoeken’ als dat wensen (souhaiter) wel een subjunctief krijgt maar hopen (espérer) niet en dat een ontkenning of vraag ook uit kan maken, zoals bij denken (penser) en geloven (croire).

Ik wil dat niet alleen graag kunnen, ik wil het vooral ook snappen, en dat is best lastig. Lastiger dan ik me herinner van vroeger op de middelbare school. Toen was de snap-behoefte minder groot, denk ik, en bovendien ervaar ik wel dat ik toen makkelijk dingen klakkeloos leerde – een typisch leeftijdsverschijnsel (met het ouder worden vergroot de veldafhankelijkheid). Nog los van het gebruik en de betekenis van de subjunctief heb ik namelijk ook veel grotere moeite dan vroeger met het onthouden van de details van de vervoeging ervan. Net gister was ik in mijn dagelijkse lesje weer de i vergeten in de meervoudsvormen. Rumpf.

Een klein beetje frustratie zit hem erin dat ik het heerlijk zou vinden om subjunctieven goed te gebruiken. Eigenlijk ook wel in het Nederlands. Ik houd wel van die archaïsche uithoeken der grammatica – ja, ik mag ook graag nog wel eens een genitief erin mixen.

Ik ben niet voor niks taalkundige, hè 😉

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Van AI worden consultants soms slechter

Louise Cornelis Geplaatst op 9 januari 2024 door LHcornelis9 januari 2024  

Ik kreeg een interessant artikel doorgestuurd (dank, Arnoud!) naar aanleiding van een discussie tijdens een gevorderdentraining over hoe AI het schrijven van adviezen gaat veranderen: https://www.bcg.com/publications/2023/how-people-create-and-destroy-value-with-gen-ai Het is onderzoek onder BCG-consultants naar toepassingen in hun type werk. De ontwikkelingen gaan razendsnel dus elk onderzoek naar AI is een momentopname, maar ik vond dit interessante resultaten:

  • Bij creatieve innovatie, inclusief schrijven over de nieuwe producten, hielp AI de individuele consultants een flinke stap vooruit: de resultaten werden fiks beter.
  • Pogingen de tekst van GPT te verbeteren hadden een averechts resultaat: de kwaliteit van de oplossing ging achteruit.
  • Op groepsniveau nam de diversiteit aan ideeën af.
  • Bij gebruik voor ‘problem solving’ verslechterde de uitkomst door GPT, ten opzichte van zonder, dus van eigen denkwerk.
  • De achteruitgang gold net zozeer voor getrainde en gewaarschuwde AI-gebruikers. Een training ondervangt dus niet alle beperkingen van AI.

Door slecht gebruik van AI gaat de kwaliteit van het werk dat consultants afleveren dus achteruit. De schrijvers raden organisaties daarom aan goed na te denken over hoe ze AI willen inzetten. De meerwaarde ligt niet altijd voor de hand en is soms anders dan je zou verwachten.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

De leidende vorm

Louise Cornelis Geplaatst op 8 januari 2024 door LHcornelis8 januari 2024  

Na een fijn kerstreces pik ik de de draad hier weer op. Op werkgebied deed ik dat vorige week al, onder andere met het tentamen van Woorden als Wapens. Donderdag was het, en ik ben bijna klaar met nakijken. Naar één dingetje was ik benieuwd: hoe veel studenten het in hun uitwerking zouden hebben over de leidende vorm in plaats van de lijdende. Het waren er drie, en dat was minder dan in de weekopdracht toen het college over de lijdende vorm ging.

Enerzijds is het een suffe spelfout natuurlijk, zeker als er in de tentamenvraag en in het boek en het andere materiaal overal luid en duidelijk lijdende staat. Anderzijds is het een begrijpelijke, want spelfouten tenderen naar het meest frequente woordbeeld. Je ziet vaker gebeurd waar het gebeurt moet zijn dan omgekeerd, want gebeurd is frequenter dan gebeurt. En juist in Leiden is leiden een heel frequent woordbeeld natuurlijk.

Het zou leuk onderzoek zijn: neem hetzelfde tentamen af in een andere studentenstad en kijk hoe het daar zit. Hypothese: nog minder leidende vormen.

 

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Terugblikje op 2023

Louise Cornelis Geplaatst op 21 december 2023 door LHcornelis21 december 2023  

Ik heb net de laatste factuur van 2023 de deur uit gedaan. Vandaag en morgen doe ik nog wat klusjes, en volgende week neem ik helemaal vrij. Tijd dus voor een terugblik.

Ik ben dik tevreden over dit jaar. Met die factuur van net ben ik een paar procenten boven mijn streefomzet uitgekomen. Dat is dus goed, en het wordt eigenlijk nog beter tegen het licht van de grote hobbel van dit jaar. Ik heb het er op dit weblog niet over gehad omdat het mijn werk niet sterk beïnvloedde, maar ik ben bijna negen van de twaalf maanden niet fit geweest. Eerst, half maart, kneusde ik mijn ribben; tussentijds was ik nog even fiks verkouden en eind mei kreeg ik last van een darminfectie. Een hele medische zoektocht en zes maanden later deed een medicijn de parasieten de das om; ik ben nu net een maand weer fit. Tegelijkertijd was er ’thuis’ veel aan de hand: mijn schoonvader overleed, mijn man ging met pensioen en er zijn nog leuke andere ontwikkelingen die ik in het nieuwe jaar hier zal aankondigen.

Ik heb al die tijd gewoon doorgewerkt. Het ging gelukkig ook allemaal wel, want ik was niet heel ziek. Ik had wel duidelijk minder energie en hier en daar wat praktische problemen. Ik heb niets hoeven afmelden, alleen dwong die verkoudheid een college naar online. In juli zat ik er wel een beetje doorheen, na een niet-effectieve antibioticakuur, maar toen werd het gelukkig net zomer-rustig. Vanaf de zomer voerde ik een strikter agendabeleid dan normaal, om het iets kalmer aan te kunnen doen, maar dat was voor mijn opdrachtgevers niet te merken.

 Ik ben mijn werk inhoudelijk wel een beetje aan het aanpassen: vanaf deze herfst ben ik geleidelijk aan het stoppen met het geven van alleen-maar-beginnerstrainingen. Dus van de opdrachtgevers waarvoor ik alleen dat deed, ben ik afscheid aan het nemen, bijvoorbeeld door ze te begeleiden in het overnemen van mijn werk in de vorm van een train-de-trainers-programma. Dat kan prima, en het past mooi bij mijn visie op het vak: het is goed als de managers zelf zo veel mogelijk doen aan de schrijfbegeleiding.

Ik ben er trots op dat het op het gebied van werk zo goed is gegaan. Ik heb weer een boel leuke dingen gedaan, voor mijn opdrachtgevers, voor de Universiteit Leiden (ik gaf Tekstanalyse en Woorden als Wapens), rond mijn  boek dat dit jaar verscheen (ik schreef hier eerder over een workshop die ik gaf voor hardlooptrainers – die is goed geëvalueerd, met een 8 gemiddeld!) en in de vorm van symposia en dergelijke die ik bezocht – met AI/ChatGPT als rode draad.

Ik heb veel geleerd ook weer – en daarvan op dit weblog verslag gedaan. Dat blijf ik gewoon doen natuurlijk – ook in 2024. Ik heb al zin dat nieuwe jaar. Maar eerst lekker even vakantie! En mijn lezers hier wens ik fijne feestdagen.

 

 

Geplaatst in Opvallend | Geef een reactie

Retorische lessen van Wilders

Louise Cornelis Geplaatst op 6 december 2023 door LHcornelis6 december 2023  

Vorige week stond op het programma van het college Woorden als Wapens onderzoek naar de manier waarop Wilders formuleert, deels in vergelijking met Pechtold. Dat was toeval, of nouja: de timing had niets te maken met de actualiteit. Wel is onderzoek naar politiek taalgebruik in het algemeen en dat van populisten in het bijzonder een Leids speerpunt.

Nou wisten we natuurlijk net dat Wilders onlangs buitengewoon succesvol was, en dat maar weer eens was gebleven hoe goed hij is in het debat. Ik bedoel: er zitten grote haken en ogen aan zijn retoriek, maar hij doet ook iets heel goed. We hebben op het college dan ook op een rijtje gezet wat andere politici van hem kunnen leren. We hebben dus het analytische werk een praktische draai gegeven. Die draai was kort door de bocht, maar ik vond het wel leuk om zo iets te doen met de stof in combinatie met de actualiteit.

Dit waren de adviezen, door mij samengevoegd uit de twee groepen en dus met dank aan mijn ‘donderdagstudenten’:

Strategie:
– Wees je er bewust van dat je ook in de Kamer een breder publiek toespreekt dan alleen je Haagse collega’s
– Als je je richt op kiezers die het anders willen, zul je je (tot op zekere hoogte) moeten afzetten

Metaforen:
– Gebruik metaforen weloverwogen en matig, zeker voor een breed publiek:
   Wel: om complexe zaken uit te leggen
   Niet: als het letterlijker/concreter kan
– Pas op: metaforen kunnen verkeerd begrepen worden of onbedoeld grappig zijn (vergelijk de stekker-metafoor van Jolande Sap)

Formuleringen:
– Zet begunstigde mensen centraal (in de zinsstructuur) als je hen toespreekt – bij voorkeur op de subjectspositie. Het omgekeerde geldt ook: doe dat niet bij nadelige inhoud
– Als je op wilt roepen tot actie, gebruik dan inclusief we (zoals Timmermans op de avond van 22 november: ‘laten we een vuist maken tegen discriminatie, armoede…’)

Explicietheid:
– Leg voldoende uit/expliciteer, gericht op je beoogde publiek – wees net wat explicieter dan je denkt te moeten zijn
– Stem jargon zorgvuldig af op het publiek (en overschat dat niet)

Dat laatste punt, van de explicietheid, viel mij ineens nogal op. Wilders expliciteert vaak de strekking van zijn betoog, bijvoorbeeld door het antwoord te verwoorden op retorische vragen waarvan het antwoord voor de hand ligt. Veel policiti rekenen er – denk ik – op dat ze wel begrepen zullen worden, en overschatten daarmee mogelijk de burgers/hun achterban. Bovendien komen ze daarmee ‘moeilijk’ en elitair over. Zeker als ze ook nog abstracte woorden gebruiken. Een woord als leefomgeving bijvoorbeeld, dat is in Haagse kringen een heel gewoon woord, maar burgers praten niet zo over hun buurt of wijk. Een opiniestuk in NRC deze week gaf een vergelijkbare analyse.

Ineens komt dat dicht bij het werk dat ik doe met adviseurs. Hoe vaak ik wel niet zeg: het moet explicieter, je moet meer uitleggen, deze woorden zijn te moeilijk, overschat je lezer niet… Het sluipt er zo makkelijk in.

Het is daarom, ik moet het toegeven, briljant wat Wilders doet. Het is een enorme prestatie om zo lang in de Kamer te zitten als hij, en dan toch nog feeling te hebben met de taal en het begrip van gewone mensen. Het is jammer dat hij er dingen  mee doet waar ik me niet in kan vinden, maar bijzonder is het zeker wel.

Geplaatst in Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • ‘Vermijd contact’ – waarschuwing of gebruiksaanwijzing?
  • Hoe schrijf je een goede songtitel?
  • Uit de Microsoft-cloud
  • Druk met schrijven met AI
  • Welweg?

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (316)
  • Opvallend (544)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (153)
  • schrijftips (888)
  • Uncategorized (45)
  • Veranderen (38)
  • verschenen (202)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑