↓
 

Louise Cornelis

Tekst & Communicatie

  • Home |
  • Lezergericht schrijven |
  • Over Louise Cornelis |
  • Contact |
  • Weblog Tekst & Communicatie

Categorie archieven: Leestips

Interessante boeken, artikelen en websites.

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

De verkeerde vraag stellen

Louise Cornelis Geplaatst op 6 december 2024 door LHcornelis6 december 2024  

Ik lees altijd met interesse de nieuwsbrief van SIOO. Een tijdje geleden stond daarin een ‘white paper’ aangekondigd met als titel ‘Adviseurs zijn niet immoreel. De meeste adviseurs deugen’. Ik had wel drie redenen om die te willen lezen: ik werk met adviseurs, ik ben zelf adviseur, en ik heb gewerkt voor de firma die tegenwoordig gezien wordt als misschien wel de meest immorele van allemaal, althans in één geval: McKinsey (ik doel op de schokkende rol in de opioïden-crisis).

Ik heb de white paper inmiddels gelezen, interessant verhaal. Het leverde me één belangrijk inzicht op, met een haakje naar mijn eigen werk: één van de oorzaken van de beeldvorming van externe adviseurs als ‘immoreel’ is dat de adviseur vaak een andere diagnose stelt van het probleem van de organisatie van de organisatie zelf. Meestal is de vraag ‘platgeslagen’: in een survey bleek dat ongeveer twee derde van de adviseurs vindt dat ‘inkoop’ geen recht doet aan de complexiteit van het vraagstuk. Dan krijg je ofwel dat de adviseur aan de slag gaat op basis van de originele vraagstelling, maar dat helpt dan niet, of dat die eerst maar een ‘braaf’ voorstel doet om binnen te komen en vervolgens gaat afwijken van dat voorstel, om met het echte probleem aan de slag te gaan – maar dat overvalt de opdrachtgever ook dan. Dit speelt vooral bij de overheid, en al helemaal bij tenders.

Wat ik in de eerste plaats hiervan is hoe vragen bij mij binnenkomen. Standaard is dat: ‘doe ons maar een training’. Bij doorvragen gaat het soms om heel andere problemen, veelal rond leiding ven (voorbeeld) en sowieso is het rendement van een losse training zo ongeveer nul. Dus die vraag doet geen recht aan de complexiteit van het vraagstuk ‘beter schrijven’ en is inderdaad te plat of te smal. Ik kan gelukkig meestal zelf een voet tussen de deur krijgen en dat leidt dan tot een betere probleemdefinitie, meteen al of anders gaandeweg. Maar ik ben ooit wel eens bij een tender betrokken geweest waar nou eenmaal een boel trainingen waren ingekocht, terwijl er van alles loos was rond dat schrijven. Als onderaannemer was het leuk en interessant werk en verdiende ik er een aardig centje aan, maar als burger dacht ik wel eens: zonde van de publieke middelen. Maar ik zou daar niet zomaar een oplossing voor weten.

Ik herken de worsteling ook van schrijvende adviseurs, namelijk met de oorspronkelijke vraag of vragen. De ‘braven’ zijn geneigd zich daaraan te houden. Dat dat te ‘braaf’ is, daarmee confronteer ik ze wel eens. Ik herinner me een situatie waarin de opdrachtgever tien vragen had gesteld. Die één voor één beantwoorden, zo zei ik, lijkt meer op een proefwerk op school dan op een adviestekst. De uitdaging daar is dan om op zoek te gaan naar wat er ‘achter’ die tien vragen zit: de vraag achter de vraag. Waar zit die opdrachtgever écht mee? Bovendien zit er altijd tussen het stellen van de vraag en het beantwoorden ervan tijd. In die tijd kunnen zaken anders zijn komen te liggen. De kunst van goed adviserend schrijven is om een hoofdboodschap te brengen die nieuw, actueel en saillant is. Daar bedenk je dan de vraag bij – een soort omgekeerd proces. In de onderbouwing van de hoofdboodschap beantwoord je gaandeweg de ooit gestelde vragen, voor zover die nog relevant zijn. Zo schrijf je een tekst die op dat moment de opdrachtgever zo veel mogelijk vooruit helpt.

Ik heb al vaak gezegd: ‘en als je dat goed doet, gaat je opdrachtgever echt niet checken of je wel precies de oorspronkelijke vraag of vragen beantwoord hebt’. Maar dat schat ik misschien wat te rooskleurig in. Die opdrachtgevers zijn er misschien wel degelijk, of ander hun hoofden inkoop wel. Want dat begreep ik uit de white paper: veel opdrachtgevers zijn ontevreden over hun externe adviseurs. De reactie daarop is om nog stringentere inkoopvoorwaarden te formuleren, wat het hele probleem eigenlijk alleen maar versterkt. Ik heb daar geen oplossing voor, er is ook echt geen ‘quick fix’. Ik blijf het alleen wel ter discussie stellen.

De white paper was dus zeer de moeite waard.

Overeind blijft wel ook dat het sowieso immoreel is om te adviseren hoe je mensen zo verslaafd mogelijk maakt aan zware pijnstillers.

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Generatieve AI als hulpmiddel bij het schrijven

Louise Cornelis Geplaatst op 7 november 2024 door LHcornelis7 november 2024  

Lieve de Wachter hoorde ik in de afgelopen jaren zinnige dingen zeggen over schrijven met generatieve AI. Ik keek daarom uit naar het boek dat zij met drie collega’s schreef: Wetenschappelijk schrijven in tijden van AI. Waar ik vooral benieuwd naar was: zou daar nou eens een heldere instructie in staan voor het schrijven van goede prompts? Daar had ik al eens naar gezocht, en nog niet iets nuttigs gevonden.

Die instructie is er inderdaad, al duurde het lang voordat ik die tegenkwam. Het is namelijk een bijlage, op p. 231-232. Dat is achteraan het boek, maar bovendien had ik er bij doorbladeren overheen gekeken. Het zijn maar twee pagina’s immers, en die zijn niet eens vol. Het is één tabel, met zes prompt-elementen, elk voorzien van korte uitleg en een of twee voorbeelden. De elementen zijn taak, rollenspel, stappen, context, doel en vorm.  ‘Als het zo simpel is…’ dacht ik. Kennelijk overschatte ik de moeilijkheid, of hoopte ik nog iets wonderbaarlijks nieuws te leren ofzo. Dit soort dingen wist ik eigenlijk al, al had ik zo’n net lijstje niet kunnen geven. Ik wil volgende volgende week ChatGPT iets laten schrijven als experiment (voor een workshop over AI namelijk), dat ga ik met deze tabel eens sytematisch aanpakken, kijken of het lukt (wordt vervolgd dus).

Dat die instructie achterin staat en niet op een prominentere plek, heeft er mogelijk mee te maken dat dit in de eerste plaats een leerboek is over academisch schrijven, met daaraan gekoppeld de mogelijke ondersteuning daarbij van grote taalmodellen. Het gaat dus veel over wetenschappelijk teksten in het algemeen, gericht op studenten, hun schrijfproces volgend. Dat heb ik slechts vluchtig bekeken.

De toevoegingen over AI hadden meer mijn interesse. Die zijn nuttig en helder. Het is uitleg met tips, voorbeelden en opdrachten. Vooral de voorbeelden vond ik leuk om te zien: daarin komt aan de orde wat ChatGPT ‘doet’ met een tekst, bijvoorbeeld als je vraagt passieven weg te werken. Dat wordt dan eerst te persoonlijk (al denk ik daarbij altijd ook wel stiekem: waarom is dat toch zo erg in de wetenschap?), dan komen de passieven toch weer terug, dan iets met men, dan weer te persoonlijk… het is nog niet makkelijk, net zoals dat het voor een schrijver en bloed is, en zeker niet appeltje-eitje. Je moet dus altijd zelf kritisch blijven. De AI-tool laten uitleggen wat er verandert kan helpen.

Zo laten de voorbeelden ook zien wat er niet kan met AI. De inleiding sluit daarbij aan, bijvoorbeeld door duidelijk te maken dat AI de gegenereerde tekst niet echt begrijpt, maar alleen statistisch genereert, en dat dat zo z’n beperkingen heeft. Daaruit vloeien algemene regels voor gebruik voort, zoals dat je altijd zelf kritisch moet checken of er klopt wat er staat. Belangrijk principe is ook dat goed gebruik van AI bij het schrijven iteratief is, dus dat je niet zomaar tevreden bent met het eerste resultaat, maar dat gebruikt om je prompts te verfijnen en zo de tool ’te leiden naar het antwoord dat je zoekt’ (p. 22). In goede handen kan generatieve AI zo tot uitstekende teksten leiden.

‘In goede handen’, schrijf ik bewust. Ook na dit boek blijft mijn beeld onveranderd: je moet nog steeds zelf goed kunnen schrijven om je AI-tool te begeleiden. Misschien moet je het zelfs nog wel beter kunnen dan voorheen, want je hebt er ook meta-vaardigheden voor nodig: de tekst beoordelen en er prompts over kunnen formuleren. Als je dat goed doet, neemt AI je wat werk uit handen. In mijn ogen zit dat vooral op het gebied van samenhang bewerkstelligen, samenvatten en afwerken (eindredactie). Maar om nou te zeggen dat iets goeds schrijven als geheel er sneller of makkelijker van geworden is – nee. Daarvoor zijn wetenschappelijke teksten, maar ook de teksten van schrijvende professionals, te complex.

Dit boek is de moeite waard, maar het is wel nog maar een begin. Het is nog een beetje te veel stukjes over AI aan een bestaand, traditioneel schrijf-lesboek vastgeplakt. Dat is zelfs visueel zo: de AI-gedeeltes zijn blauwe kaders met een symbool ervoor, los te knippen van de hoofdlijn van het boek. Maar dat snap ik: je moet en wil ergens beginnen; aan een boek als dit is behoefte – voor veel schrijfdocenten is de omgang met AI nog een hele uitdaging. Dan is dit een goed begin. Een volgende stap is meer integratie. Ik kijk daarnaar uit!

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Twee boekpresentaties in één week

Louise Cornelis Geplaatst op 24 oktober 2024 door LHcornelis24 oktober 2024  

Ik ben afgelopen week maar liefst naar twee boekpresentaties geweest. Dat is echt uitzonderlijk: in de meeste jaren heb ik er nul of één. Nu verschenen er kort na elkaar twee boeken in mijn vakgebied die ik sowieso wilde hebben en lezen én kan aanraden. Dat is al heel leuk, en in beide gevallen kende ik de auteurs, dus leidde het nog tot twee toffe bijeenkomsten ook.

Vorige week vrijdag trapten mijn Leidse collega’s (en vrienden) Ronny Boogaart, Henrike Jansen en Maarten van Leeuwen af. Van hen verscheen net Maar zo bedoelde ik het niet. Hoe we recht praten wat krom is. Op de typisch Leidse manier hebben de schrijvers daarin inzichten uit de retorica, argumentatieleer en de taalwetenschap gecombineerd en toegepast op een heerlijke vlootschouw actuele voorbeelden. Mark Rutte, Pete Hoekstra, Thierry Baudet, Willem Engel, Famke Louise, Johan Derksen en noem maar op – allemaal hebben ze wel eens iets controversieels gezegd waarop ze aangesproken werden, en hoe redden ze zichzelf dan?

Ronny Boogaart tijdens de presentatie van Maar zo bedoelde ik het niet

Daar blijkt structuur in te zitten: dat redden gebeurt langs vier verdedigingslinies die al onderscheiden werden in de klassieke retorica: ontkenning, een beroep op een andere interpretatie of op verzachtende omstandigheden, en de tegenaanval. Die zijn soms geslaagd en soms maken ze de boel alleen maar erger.

Het zijn vooral de vele voorbeelden die dit boek tot een leesfeest maken. Op de terugweg van de presentatie was ik van Leiden naar Kapelle al tot pagina 185 gekomen – het boek leest als een trein, in de trein. De resterende 90 las ik thuis vlot uit. Het is dus toegankelijk geschreven, en ondertussen leer je als lezer heel wat over strategisch taalgebruik – en misbruik.

De boekpresentatie zelf was inhoudelijk: op de universiteit, in een grote, onderaardse, schuin oplopende hoorcollegezaal, met luisteren naar een inleiding door emeritus hoogleraar Ton van Haaften en daarna naar de drie auteurs, die een overzicht gaven van de vier strategieën. Dat was ook vermakelijk overigens, vooral dankzij de filmpjes die ze lieten zien, maar het contrast met de tweede boekpresentatie was best groot, groter dan tussen de boeken.

Dinsdag was ik namelijk in de Glazen Zaal in Den Haag, voor de boekpresentatie van Magneetwoorden. Ontdek de aantrekkingskracht van positieve taal van vakgenoot Jeanine Mies. Dat was op een stijlvolle, klassieke plek, we stonden, Jeanine gaf voorbeelden uit haar boek maar sprak ook over haar zieke zus, de dagvoorzitter betrok ons er allemaal bij, en er was muziek en een stadsdichter. Ik ervoer het als persoonlijker en dynamischer. En feestelijker, ook doordat Jeanine tegelijk haar 25-jarig jubileum als zelfstandig schrijver en trainer vierde.

Aan de borrels lag het verschil niet: beide waren drukbezocht met een boel bekenden; dinsdag kon ik gelukkig wat langer blijven en meer vakgenoten spreken.

Wat bovendien hetzelfde is: Jeanines boek is óók een serieus vakboek, het leest ook heel lekker, en het staat ook vol met herkenbare en leuke voorbeelden. Bijvoorbeeld van onhandige ontkenningen (‘nietjes’ in het boek). Ik moet altijd aan Jeanine denken als ik bordjes zie met een ontkennende boodschap erop: ‘gras niet betreden’. Soms voel ik dan namelijk de behoefte in me opkomen om precies dat te doen, dat gras betreden dus. Het is een van de hoofdlijnen in het boek: formuleer niet wat je niet wilt, maar wat je wél wilt. Grotere kans dat je je doel bereikt. Want het werkt – zie deze persoonlijke ervaring.

Jeanine signeert mijn exemplaar van Magneetwoorden

Een erg leuk voorbeeld is de Groningse durfpoli in plaats van angstpoli – naar een durfpoli gaan klinkt alleen al stoerder. En wie bedenkt er iets beters voor coördinator pesten en de toolkit ouderenmishandeling – de voorbeelden waar ik dinsdag het hardst om moest lachen. Of griezelen, net hoe je het bekijkt.

Onderweg uit Den Haag naar Kapelle dinsdag kwam ik nog niet zo heel ver in het boek, want ik moest onderweg ook nog wat andere dingen doen. Maar ik zag al wel dat er naast voorbeelden met uitleg een boel praktische tips in staan, met aan het eind zelfs een stroomschema om je eigen magneetwoorden te bedenken. Dat ga ik zeker doen!

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Twee pittige leeservaringen (2/2): Wat nu!?

Louise Cornelis Geplaatst op 15 oktober 2024 door LHcornelis8 januari 2025  

Vervolg op gister. Het tweede boek dat best een zware dobber was om te lezen was Wat nu!? van Thijs Homan en Rob Wetzels. Het gaat over de vraag die mij al langer bezighoudt (zie hier): hoe komen de grootschalige gedragsveranderingen tot stand die nodig zijn voor de toekomst van de planeet en onze maatschappij? Bij Homan volgde ik mijn opleiding over organisatieverandering en ik vind dat hij een originele en interessante kijk op veranderen heeft – die opleiding veranderde mijn kijk op mijn werk en de wereld. Die originaliteit blijkt in dit boek ook weer. Kern is – opnieuw – dat verandering niet maakbaar is van bovenaf, maar ontstaat in de gesprekken van ons allemaal.

Maar daarachter komen was ook weer hard werken, andersom dan in Prophet Song: de vorm hinderde mijn lezen.

Het begon ermee dat het boek flink wat slordigheden bevat op het gebied van spelling en interpunctie – iets wat ik wel van Homan kent, dat hij dat soort dingen niet belangrijk vind (de opleiding vond ik ook slordig). Ik ben bereid best wel wat door de vingers te zien, maar stijl schrijven waar het steil moet zijn, vind ik wonderlijk – heeft er geen redacteur naar gekeken?

Gaandeweg werd dat beter of wende het, maar toen ging iets anders steeds zwaarder wegen: in Wat nu!? Vind ik de informatiedichtheid veel te laag. Deels heeft dat ermee te maken dat ik Homans gedachtegoed ken, maar belangrijker is dat het boek wel erg meanderend geschreven is. Sowieso bouwt het op naar de conclusie, wat van wetenschappers te verwachten is (maar wel jammer), maar daarbij is de hoeveelheid tekst besteed aan terug- en vooruitblikken overweldigend. En die voegen allemaal niets nieuws toe.

Het gaat om paragrafen die ‘conclusie’ heten aan het eind van een hoofdstuk, maar die meer een samenvatting (resumé) zijn, getypeerd door de vele zinnetjes als ‘wat we in dit hoofdstuk hebben gezien is…’ en die eindigen met een vooruitblikkend stukje: ‘Dit alles geconstateerd hebbende, geven we in het volgende hoofdstuk een nadere beschrijving…’ (einde hoofdstuk 1). En dan begint dat volgende hoofdstuk (2) met ‘In het vorige hoofdstuk hebben we geschetst dat…’ en dat loopt dan een flink eind door. Dan komt ‘In dit hoofdstuk concretiseren we de analyse (…) en gaan we in op (…). We beginnen met…’ pas daarna komt het echt ter zake.

Ik werd er narrig van. Zó veel herhaling. Ik voelde me betutteld ook: alsof ik zelf niets kan onthouden en geen enkele relatie kan leggen.

Bij de hele tijd moeten vooruit- en terugblikken kunnen volgens mij twee dingen aan de hand zijn, of hun combinatie:

  • Er is een probleem met de structuur. Zonder al die ‘lijm’ tussen de onderdelen van de tekst rammelt die uit elkaar. Mogelijk komt dat doordat de enige logica erin is: die van de associaties van de schrijvers. Want dat opbouwen naar de conclusie, dat is weliswaar gebruikelijk in de wetenschap, maar dan volgt de tekst de methodologische chronologie. Dat is hier niet het geval: het is geen verslag van onderzoek, het is eerder essayistisch geschreven. Een gedachtegang dus. Dat die voor lezers niet helder genoeg is, voelen de schrijvers wel aan, maar het probleem lossen ze op door met veel lapmiddelen de tekst samenhangend maken. Als lezer moet je zo’n structuur als die wel stap-voor-stap volgen, je kunt niet zelfstandig vooruit denken.
  • Het komt voort uit een behoefte van de schrijvers om steeds de draadjes af te hechten (vergelijkbaar met ‘en toen kwam de olifant met z’n lange snuit en die blies dit verhaaltje uit’), plannen te maken voor het vervolg, en dan in dat vervolg een aanloopje nemen (‘startmotor’) om weer op gang te komen. Voor de lezer is dat onnodig. Die ziet bijvoorbeeld al aan het naderen van het einde van het hoofdstuk dat het er bijna op zit. Behoefte aan een startmotor heeft een lezer alleen na de onderbrekingen van het leesproces, maar die vallen niet per se samen met de tekst-eenheden. Lezers redden zichzelf dan: ‘waar ging het ook alweer over, even terugbladeren’. Een redacteur moet daarom bij dit soort neigingen genadeloos zijn.

Met een betere structuur (in elk geval logischer, liefst hiërarchischer en zo mogelijk piramidaal) en/of een stevige redactieslag had het boek minstens 20 % korter gekund. En dan was de waardevolle inhoud dus scherper uit de verf gekomen. Want inhoudelijk interessant, dat was het zeker. Daarom bedwong ik mijn ongeduld en las ik verder.

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Twee pittige leeservaringen (1/2): Prophet Song

Louise Cornelis Geplaatst op 14 oktober 2024 door LHcornelis10 oktober 2024  

Ik heb net twee boeken tegelijkertijd gelezen (doe ik wel vaker) die allebei zeer de moeite waard waren, maar ook allebei pittig, om verschillende redenen. Om ze per boek recht te doen, besteed ik er twee weblogposts aan. Vandaag dus het eerste boek, morgen het tweede.

Ik kreeg van een vriendin Prophet Song aangeraden, als goed maar bepaald niet vrolijk stemmend boek dat nauw aansluit bij de huidige tijd. In dat boek heeft schrijver Paul Lynch twee opvallende vormkeuzes gemaakt:

  • Er staan geen alinea’s in, dus per paragraaf gaat de tekst achter elkaar door. Dat heeft me niet gehinderd bij het lezen. Er zaten wel ‘adempauzes’ in de hoofdstukken met witregels, die soms een fikse en impliciete sprong in de tijd waren, maar dat vond ik niet afwijkend van veel andere romans.
  • Er staan geen aanhalingstekens in om gesproken woord te markeren. Er wordt gepraat, in dialogen zoals gebruikelijk in een roman, maar waar een citaat begint en eindigt, is niet zichtbaar. Dat is een kwestie van zoeken in die doorlopende zinnen terwijl je interpreteert. Dat vond ik af en toe knap lastig, moeilijker dan het gebrek aan alinea’s. Het wende wel.

Ik werd me er zo van bewust hoe nuttig markeringen zijn: als hulp bij het lezen. Maar het gebrek eraan is hier beslist functioneel. Ik had het zelf niet bedacht (ik las het op Wikipedia) maar onbewust wel degelijke ervaren: deze keuzes passen bij de strekking van het boek, omdat ze wat claustrofobisch aandoen: je zit ‘vast’ in het spoor van zo’n eindeloze alinea, zonder houvast. Dat lijkt op de beklemmende manier waarop de hoofdpersoon vast zit in een Ierland dat onder een regime komt dat een einde maakt aan de democratie, waarop het land richting burgeroorlog afglijdt.

Het is een indringend boek, zeer actueel en het nodigt uit tot empathie. Beslist een aanrader – maar dus wel lastig lezen.

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

‘Klare taal’ verhult

Louise Cornelis Geplaatst op 3 oktober 2024 door LHcornelis3 oktober 2024  

Goed opiniestuk in de NRC gisteren: Philip Huff betoogt dat die ‘klare taal’ in de politiek, waar het zo vaak in positieve, wenselijke zin over gaat en waar zelfs een prijs voor bestaat, politieke en bestuurlijke complexiteit verhult. Je kunt wel eenvoudige, heldere woorden gebruiken, maar daarmee doe je de werkelijkheid geen recht en heb je ook nog geen uitvoerbaar beleid ontwikkeld. Je kan zelfs met klare taal liegen, zoals Yesilgöz deed over de nareizende vluchtelingen. Je kan je dan wel blindstaren op die duidelijke taal, maar als die over non-beleid gaat, heb je er niks aan.

Taal is niet los te knippen van inhoud. Van al te veel hameren op klare taal worden we niet beter.

 

Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

En nog wat

Louise Cornelis Geplaatst op 8 augustus 2024 door LHcornelis8 augustus 2024  

Schreef ik vorige week over een vrij karige oogst aan links, verschijnen er prompt in een week nog vier leuke dingen, dus ik doe er nog maar wat links achteraan:

  • Van die interessante studiemiddag in Gent over AI en schrijven verscheen eerder al wat online, en nu zijn er nog drie lezingen te bekijken, namelijk over creativiteit, over het hoger onderwijs en de ontwikkelingen in het Nederlands en in de EU.
  • Gisteren trok een artikel in NRC mijn aandacht, over dat diep nadenken niet leuk is. Dat we het wel als leuk ervaren en zelfs voor ons plezier doen, komt doordat er een beloning tegenover staat: het levert wat op, al is het maar dat je er beter in wordt of dat het complimenten oplevert. Goed schrijven en werken met het piramideprincipe vragen allebei ook om diep nadenken. Dat dat niet zomaar leuk is, merk ik wel aan de mensen met wie ik werk. Ik ga er wat scherper op letten of het wel voldoende voor ze oplevert. Daar ligt een rol voor managers!

 

Geplaatst in Leestips, Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Jaarlijkse links

Louise Cornelis Geplaatst op 1 augustus 2024 door LHcornelis25 juli 2024  

Sinds Twitter X geworden is, heb ik minder vaak blogposts te schrijven met m’n oogst aan interessante links. Dat was vorig jaar ook al zo, en er komt nog bij dat SlideMagic bijna is stilgevallen sinds de oorlog in Gaza, wat ik wel begrijp.

Af en toe post ik tussendoor wat, bijvoorbeeld over schrijven en AI. Hier allereerst nog een paar daarover die ik daarover ‘opviste’: over wat AI kan betekenen voor tekstschrijvers en de problemen ervan voor het beoordelen van schrijfvaardigheid (niet het meten van kwaliteit zoals in de kop staat, dat is iets anders) en voor wetenschappelijke peer review.

En dan de andere lezenswaardige dingen op internet van een jaar verzamelen:

  • Leuk om m’n eigen naam weer eens tegen te komen, in een redelijk genuanceerd schrijfadvies voor de lijdende vorm. 
  • Over onderzoek dat je kunt zien als pleidooi voor meer op creativiteit gericht schrijfonderwijs las ik natuurlijk heel graag.
  • Leuk om te lezen dat Apple het nut van dagelijks schrijven heeft ontdekt, alleen zou ik zelf nooit een toepassing gebruiken waarvan ik niet zeker weet of mijn zo persoonlijke tekst helemaal veilig is. Ik denk dus dat dagboekschrijven op papier beter is. Sowieso met de hand schrijven. Maar goed dat dit er is voor mensen die niet zonder telefoon kunnen. 
  • Van collega Willy: een goed stuk over vaagtaal. Misschien hadden ze er in Zwolle wat aan gehad bij het protest tegen wollige taal?
Geplaatst in Leestips, schrijftips | Geef een reactie

Stukje Gent online en meer AI

Louise Cornelis Geplaatst op 18 juli 2024 door LHcornelis18 juli 2024  

Ik schreef hier laatst over de interessante studiemiddag in Gent over AI en schrijven die ik bezocht. Een stukje daarvan staat nu online: de openingsspeech van Walter Daelemans met als titel ‘Moeten we bang zijn voor filosofische zombies?’ De moeite waard! Het is eigenlijk een kijktip en geen leestip, maar daarvoor heb ik geen aparte categorie op dit blog. Wel een echte leestip: op diezelfde site neerlandistiek.nl stond in de tussentijd ook nog een goed stuk van Marc van Oostendorp over hetzelfde onderwerp: ‘Chatbots als kletskoekmachines’.

 

Geplaatst in Leestips | Geef een reactie

Inlevingsvermogen groeit gaandeweg

Louise Cornelis Geplaatst op 12 juli 2024 door LHcornelis12 juli 2024  

Soms lijkt er in mijn werk ineens één thema dominant. De laatste weken was dat inlevingsvermogen. Ik coach twee schrijvers en ik kwam bij allebei uit op dat begrip en in een training ging het er ineens ook uitvoerig over: je inleven in de lezer.

Het piramideprincipe is daar een instrument voor, omdat het je vraagt waarom- en hoe vragen te stellen vanuit het perspectief van je lezer, en zodoende je gegevens te interpreteren in datzelfde licht. Zo kom je tot een lezergericht verhaal.

Maar dat gaat niet altijd zomaar goed. In één van die gevallen van de laatste weken had een document een duidelijke hoofdboodschap en een hoe-gerichte onderbouwing, maar de lezer kon er niks mee. Ik snapte dat meteen wel: de hoofdboodschap bevatte de conclusie van het het (interessante!) onderzoek dat de schrijver had gedaan, met als vraag ‘hoe dan?’ – maar dan slaat het ook op de stappen van dat onderzoek. Dan gaat de tekst dus over de belevenissen van de schrijver. Zo praatte die er ook over: ‘ik heb zus-en-zo bedacht’. Ja, maar wat moet de lezer daarmee? Dat vroeg ik: wie is dat eigenlijk, die lezer, en wat wil je hem of haar nou eigenlijk precies vertellen?

Wie is je lezer eigenlijk – die vraag heb ik meermalen gesteld de afgelopen tijd. Wat wil die, wat zijn de belangen, de zorgen? Hoe beter je dat voor ogen hebt, des te beter ga je schrijven. Ik heb daarom als ‘huiswerk’ de laatste tijd de opdracht gegeven de lezer eens beter in kaart te brengen, zo mogelijk door met hem/haar zelf in gesprek te gaan.

In één van die gevallen had ik zelf vooraf een lezer gesproken. Die had een helder verhaal: het ging om beslisstukken, en dus gaat het erom dat de lezer een goede afweging kan maken, in het licht van de strategische belangen van het bedrijf, en inclusief mogelijke ernstig risico’s. Helder, althans, als uitgangspunt – dat moet dan natuurlijk per geval concreet worden, en je moet als schrijver bijvoorbeeld ook nog weten wanneer een risico in de ogen van zo’n beslisser ‘ernstig’ is. Daar krijg je (hopelijk) gaandeweg steeds meer zicht op. Zien of horen wat lezers met je tekst doen is, daarbij noodzakelijke input.

Dat ‘gaandeweg steeds meer zicht krijgen’, dat geldt voor je lezers in het algemeen. Het is precies dit punt dat zich over decennia ontwikkelt: je bij je schrijven steeds beter kunnen voorstellen hoe je lezer je tekst leest (‘knowledge crafting’). Een training of coaching is daar maar een klein stapje in, dat tot bewustwording leidt. Daar begint het mee. Vervolgens is feedback essentieel. Ik kan daar een rol in spelen, maar uiteindelijk is de beoogde lezer de belangrijkste persoon om die te geven. Ook ik ben immers afhankelijk van mijn inlevingsvermogen in de beoogde lezer. Ik heb dat professioneel aangekweekt natuurlijk, maar toch is het beperkt.

Het thema ‘beperkt inlevingsvermogen’ lijkt breder te spelen: ik las een paar weken geleden met veel interesse deze column van Floor Rusman, over een herkenbaar soort botsing. Ze legt daarmee – denk ik – de vinger op een van de zere plekken in de maatschappij op dit moment: dat we ons onvoldoende inleven in anderen. Als schrijven een rol kan spelen in het oefenen daarin, is het van een veel groter belang dan alleen het produceren van die ene tekst.

 

Geplaatst in Leestips, Opvallend, schrijftips | Geef een reactie

Bericht navigatie

← Oudere berichten
Nieuwere berichten →

Recente berichten

  • Nood aan input
  • Schrijven vraagt om precisie
  • John Searle RIP
  • Komma’s uit de jaren ’70
  • Terug uit Ierland (3/3): limericks uit Limerick

Categorieën

  • Geen rubriek (10)
  • Gesprek & debat (30)
  • Gezocht (9)
  • Leestips (319)
  • Opvallend (549)
  • Piramideprincipe-onderzoek (98)
  • Presentatietips (154)
  • schrijftips (895)
  • Uncategorized (46)
  • Veranderen (39)
  • verschenen (205)
  • Zomercolumns fietsvrouw (6)

Archieven

  • oktober 2025
  • september 2025
  • augustus 2025
  • juli 2025
  • juni 2025
  • mei 2025
  • april 2025
  • maart 2025
  • februari 2025
  • januari 2025
  • december 2024
  • november 2024
  • oktober 2024
  • september 2024
  • augustus 2024
  • juli 2024
  • juni 2024
  • mei 2024
  • april 2024
  • maart 2024
  • februari 2024
  • januari 2024
  • december 2023
  • november 2023
  • oktober 2023
  • september 2023
  • augustus 2023
  • juli 2023
  • juni 2023
  • mei 2023
  • april 2023
  • maart 2023
  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • januari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014
  • oktober 2014
  • september 2014
  • augustus 2014
  • juli 2014
  • juni 2014
  • mei 2014
  • april 2014
  • maart 2014
  • februari 2014
  • januari 2014
  • december 2013
  • november 2013
  • oktober 2013
  • september 2013
  • augustus 2013
  • juli 2013
  • juni 2013
  • mei 2013
  • april 2013
  • maart 2013
  • februari 2013
  • januari 2013
  • december 2012
  • november 2012
  • oktober 2012
  • september 2012
  • augustus 2012
  • juli 2012
  • juni 2012
  • mei 2012
  • april 2012
  • maart 2012
  • februari 2012
  • januari 2012
  • december 2011
  • november 2011
  • oktober 2011
  • september 2011
  • augustus 2011
  • juli 2011
  • juni 2011
  • mei 2011
  • april 2011
  • maart 2011
  • februari 2011
  • januari 2011
  • december 2010
  • november 2010
  • oktober 2010
  • september 2010
  • augustus 2010
  • juli 2010
  • juni 2010
  • mei 2010
  • april 2010
  • maart 2010
  • februari 2010
  • januari 2010
  • december 2009
  • november 2009
  • oktober 2009
  • september 2009
  • augustus 2009
  • juli 2009
  • juni 2009
  • mei 2009
  • april 2009
  • maart 2009
  • februari 2009
  • januari 2009
  • december 2008
  • november 2008
  • oktober 2008
  • september 2008
  • augustus 2008
  • juli 2008

©2025 - Louise Cornelis
↑