Nog een reflectie op een intensief presentatie-voorbereid-proces. Twee weken geleden schreef ik hier dat ik op drie sporen tegelijk aan het denken, voorbereiden en slijpen was: vorige week hield ik drie verschillende, nieuwe presentaties, eentje daarvan twee keer. Het is allemaal goed gegaan en het was leuk. Ik plaatste hier al een terugblik naar één van de drie bijeenkomsten waar het over ging, en op mijn andere blog een stukje met foto van nog een andere.
In die post van twee weken geleden had ik het erover dat mijn hoofd nogal vol zat. Achteraf gezien zat het nog voller dan ik toen in de gaten had, want afgelopen week werd ik me bewust van de ruimte die is ontstaan nu alles achter de rug is.
Ik heb nu niet bepaald niets te doen, maar wat ik te doen heb, is op een gegeven moment wel echt af. Zoals woensdag. Ik moest die dag een training voorbereiden en daarvoor een aantal teksten van feedback voorzien en er fragmenten van in mijn presentatie verwerken – routine. Om 5 uur was ik klaar en we zouden pas om 7 uur gaan eten. Twee uur over. Echt over. Voor klusjes. En daar schoot ik ineens doorheen. Het ene na het andere verdween van mijn to-do-lijstje.
Ik realiseerde me dat ik al wekenlang in zo’n geval minstens de helft van die twee uur besteed zou hebben aan dat slijpwerk aan de verhalen en het presentatiemateriaal. Zo van: ‘nog even door mijn PowerPoint lopen’. Eigenlijk was ik daar bijna de hele tijd mee bezig, tenzij ik iets anders moest. Het gewone werk als onderbreking van het denk- en slijpwerk. Deze week stond het weer ‘gewoon’ centraal, en was ik dus soms ook ‘gewoon’ klaar.
Als ik intensief aan het voorbereiden ben, ben ik nooit echt helemaal klaar. Het denkwerk gaat altijd door. Ik realiseerde me deze week ook dat ik op momenten dat mijn geest kan dwalen, zoals tijdens de afwas en bij het sporten, niet meer in gedachten alvast het ene of het andere verhaal hoefde ‘af te spelen’. Mijn gedachten hoefden even nergens heen. Er kwam dus ook niks bijzonders, maar dat hoeft ook niet – het is wel even best zo.
En wat in die laatste week gebeurde was dat ik zenuwachtig was. Ik heb geen spreekangst, vind het meer leuk dan eng. Maar ik heb wel degelijk gezonde spanning. Twee presentaties waren ’s avonds, en dan ben ik me er bijvoorbeeld van bewust dat ik niet te veel kruit moet verschieten om nog voldoende energie over te houden voor die presentaties. Op die manier beïnvloedt zo’n presentatie de hele dag. Ruim op tijd bereid ik alle praktische zaken voor. En dan, ja, uh… nouja, dan doe ik niet echt iets anders productiefs in elk geval! Gelukkig hoefde dat ook niet.
Dat is dus wat schrijven en presentaties voorbereiden doet met mijn tijd en met mijn geest: een heleboel ruimte innemen. Geen probleem. Als het maar niet altijd zo is.