Er bleek zonder dat ik het wist een relatie te zijn tussen twee van mijn posts van de laatste weken, namelijk die van vorige week maandag over het interview in NRC Handelsblad met Peter Zuijdgeest en die van 7 september over de geboorte van de term jip-en-janneketaal: Peter Zuijdgeest is de geestelijk vader van die term!
Soms lijkt het een kleine wereld. Ik had, zoals ik op 7 september schreef, een ingezonden brief gestuurd naar de redactie van Onze Taal over dat ik jip-en-janneketaal al kende vóór 2002, dus voordat Bas Eenhoorn hem in de Tweede Kamer introduceerde. Een redacteur van Onze Taal had het interview met Zuijdgeest beter gelezen dan ik, of liever gezegd: hij had niet, zoals ik, het biografische kadertje over het hoofd gezien. Daarin staat:
Van 1987 tot 1991 was [Zuijdgeest] beleidsvoorlichter bij de gemeente Voorburg, waar Bas Eenhoorn (VVD) destijds burgemeester was. Voor zijn cursus Begrijpelijk Schrijven maakte Zuijdgeest reclame met een affiche: Burgemeester Eenhoorn schrijft begrijpelijk. Vindt hij. Maar begrijpelijk voor wie? Jip en Janneke of Einstein?
Ik heb het Peter Zuijdgeest even gevraagd, en inderdaad: hij bedacht die poster in 1988, de cursus werd een groot succes en kreeg landelijke bekenheid. De term ook, want in de jaren negentig had die zich van deze context losgezongen en leerde ik hem bij McKinsey kennen. De postertekst was bij Eenhoorn goed blijven hangen, en zo kon deze jip-en-janneketaal in de politiek introduceren. Inmiddels is het een staande uitdrukking. Lijkt me erg leuk, om als bedenker van zo’n postertekst je geesteskind jaren later een eigen leven te zien leiden!